om Lanoyes Diplodocus Deks gaat over veranderingen en het onvermogen daarin mee te bewegen. De interpretatie van Toneelgroep Maastricht speelt zich af in de ENCI-groeve. Regisseur Hans Trentelman: “Het maatschappelijk belang van een stuk staat weer op de agenda.”

In 2009 stapte Hans Trentelman op als artistiek leider van Het Vervolg om na de fusie met Els Inc. als acteur en regisseur terug te keren in de boezem van het fusiegezelschap dat nu Toneelgroep Maastricht heet. Hij heeft er geen moment spijt van gehad. “Vanuit het westen kreeg ik wel eens de opmerking dat we het in het zuiden allemaal rustig voor elkaar hadden. Maar ik werd helemaal gek van het eeuwige gevecht om de centen. Het was een opgave om steeds weer de politiek te bewerken, zonder te verzuren en zonder uit het oog te verliezen waar het werkelijk om gaat: theater. Ik heb er altijd voor gezorgd dat we op tijd van koers, samenstelling of speelruimte veranderden.”
Er moesten offers worden gebracht; de regisseurs Léon van der Sanden (De gelukkige huisvrouw, De Avonden) en Annelore Kodde (Kleine Teun, Interiors) moesten het veld ruimen. “Soms zijn harde beslissingen nodig om nieuw beleid mogelijk te maken”, zegt Trentelman.”Ik heb altijd verdedigd dat we een breed stadsgezelschap moesten zijn met veel regisseurs om de nodige diversiteit te waarborgen, maar door die diversiteit lever je ook herkenbaarheid in; lijd je gezichtsverlies. Het publiek wil duidelijkheid.” Die is er nu: Toneelgroep Maastricht kiest voor verdieping en maatschappelijke relevantie, muzikaal en ontregelend en met hartstocht gebracht. Trentelman: “Het maatschappelijk belang staat weer op de agenda.”
Diplodocus Deks, een stuk van de Vlaamse schrijver Tom Lanoye, is daar een goed voorbeeld van. Amateur-archeoloog Deks vindt tussen de Groeneberg en de Bruineberg beenderen van de voorhistorische Diplodocus. Een gewiekste projectontwikkelaar ziet kansen om daar veel geld uit te slaan. Je zou bijna denken dat Lanoye zich heeft laten inspireren door de vondst van een kaakfragment van de Mosasaurus door amateur-paleontoloog Frans Vonken in 2000 in de ENCI-groeve. Maar Lanoye situeerde het stuk in Zuid-België en knipoogde ermee naar de stammenoorlog tussen Frans- en Vlaamstaligen.
Regisseur Trentelman neemt zijn publiek mee naar de ENCI-groeve aan de rand van Maastricht. Hier is het waar zíjn projectontwikkelaar grootse plannen heeft voor ‘een Europees Las Vegas’, gefinancierd door – hoe kan het anders – kapitaal van een Arabische oliesjeik. Het plan is ambitieus: er moet een wereldattractie, inclusief dinopark komen. Lanoye schreef de tekst nog vóór de toestanden rond de vermeende komst van het Amerikaanse gokbedrijf Harrah’s naar Maastricht.
Voor dat attractiepark moeten omwonenden wel hun grond verkopen en zal de oude kabellift tussen de bergen verdwijnen. De gemeenschap komt in beweging. Posities worden ingenomen, stellingen betrokken, de gemoederen lopen hoog op. “Een kleine fanfare van de wanhoop, of een harmonie van de wanorde”, vatte Lanoye zijn stuk samen. Trentelman: “Lanoye bedoelt dat gemeenschapszin wel degelijk bestaat. Maar het leidmotief is dat mensen altijd verschrikkelijk veel moeite hebben met veranderingen. Als individuele belangen komen boven drijven ontstaat er al gauw chaos. Zelf ben ik niet iemand die op de winkel past, hoewel ik ook een sentimentele ouwehoer kan zijn en kan janken om dingen die verdwijnen. Maar het moet wel fris blijven.”
Trentelman liftte in de jaren zeventig van zijn geboortestad Enschede naar Maastricht om er nooit meer weg te gaan. Samen met Dieke Ruwhof richtte hij Het Vervolg op. “Ik was een buitenstaander hier. Ik weet nog hoe destijds Maastrichtenaren foeterden over alle veranderingen die begonnen met de komst van het academisch ziekenhuis en de universiteit. Maar die zijn juist een zegen voor de stad geweest. Voor het gezelschap was het nogal een verandering toen we vanuit de binnenstad naar Céramique verhuisden, weg van de kinderkopjes, de kermis en de winterlandschappen, maar dat was nodig voor onze ontwikkeling.”
Hij ziet in de Zuid-Limburgse volksaard een vermogen om het samen gezellig te maken, om feest te vieren. “Wonderlijk, want toch zitten we te chagrijnen over veranderingen en buitenstaanders die de boel komen verstieren. Onder druk wordt alles voelbaar, dat wordt in dit stuk mooi zichtbaar. Als de stemmen van de dorpelingen in de chaos van belangen staken, en de projectontwikkelaar in de fout gaat door ten koste van alles zijn zin door te drijven, kantelt het stuk en trekken de personages zich terug in een soort van nationalisme. Maar wat is dat dan en wat heb je dan? Wat is bijvoorbeeld een Twentenaar of een Maastrichtenaar? Maastricht bestaat uit een lappendeken van cultuurtjes. Wat is de wezenlijke cultuur? Wanneer ben je Maastrichtenaar, Limburger, Nederlander, Europeaan? Dit stuk nodigt uit hier met de nodige zelfspot naar te kijken.”
Trentelman paste de tekst van Lanoye licht aan, introduceerde een ingeburgerde Duitser en laat drie personages Maastrichts spreken. Toch benadrukt hij dat het een universeel thema is dat in dit stuk behandeld wordt. “Het laat zien hoe mensen zich gedragen wanneer ze hun zekerheden dreigen te verliezen. Zodra angst het discours bepaalt, wordt het bloedserieus. Als je niet smakelijk met elkaar kunt lachen, gaat het pas echt fout.”

Toneelgroep Maastricht, Diplodocus Deks, locatie ENCI-groeve, van 2 t/m 27/6 van wo. t/m zo., steeds om 20.30 uur. www.toneelgroepmaastricht.nl

Hans Trentelman: “Zodra angst het discours bepaalt, wordt het bloedserieus.”
Foto Perry schrijvers