Janicke Kernland en Stijn Segers kregen het verzoek een expositie samen te stellen in het Oudheidkundig Museum in Dresden. Ze verstopten archeologische vondsten in het huishouden van een fictieve familie Doorsnee.
“Alles wordt overhoop gehaald om de objecten te vinden. En vervolgens weer keurig op de plaats teruggelegd.”
Middeleeuwse potten in de vaatwasser
Dresden is een ander woord voor geschiedenis. Er zijn weinig steden die zo zuchten onder hun historische beladenheid, met als dieptepunt het gruwelijke bombardement door de geallieerden op 13 februari 1945.
Tot die traumatische gebeurtenis stond de stad vanwege haar barokke architectuur te boek als Florence aan de Elbe. Eeuwenlang was Dresden het artistieke pronkjuweel van Duitsland met magnetische uitwerking op kunstenaars. Schiller, Schumann, Kirchner, Wagner, Kokoschka en vele anderen woonden en werkten er.
Met grote voortvarendheid probeert de stad die positie te heroveren. Sinds de Wende in 1989 wordt de ruim zestig jaar geleden weggebombardeerde binnenstand in oude glorie hersteld. De in 2005 voltooide restauratie van de Frauenkirche gaf de Dresdenaren het vertrouwde stadssilhouet terug en staat symbool voor het herwonnen zelfvertrouwen van de stad.
Net buiten het oude centrum, aan de overkant van de Elbe, ligt het Japanischen Palais dat koning August vanaf 1717 liet bouwen voor de gasten van de bruiloft van zijn zoon. In het viervleugelige Barokgebouw huist het Oudheidkundig Museum, waar tot 6 januari Die Suche is te zien, een door Janicke Kernland bedachte en vormgegeven expositie. Kernland, die midden jaren negentig werkzaam was in het Japanischen Palais, kreeg begin januari een telefoontje van haar voormalige collega Cornelia Rupp. Het museum wilde een expositie wijden aan de archeologische vondsten die tussen 1995 en 2006 waren tentoongesteld in de reeks Funds des Monats. Alleen: het wilde maar niet lukken met het concept. “We wilden een overzichtsexpositie, maar vonden geen verbindend thema. Het is nogal wat om een steenbijl van 5000 jaar voor Christus thematisch te koppelen aan een condoomdoosje uit de jaren dertig van de 20e eeuw”, zegt Cornelia Rupp, als archeoloog verbonden aan het museum in het Japanischen Palais. Buiten valt de zoveelste hoosbui, het verbindende thema van de zomer van 2007.
Kort na het telefoontje trok Kernland naar Dresden, samen met de Hasseltse vormgever Stijn Segers, die voor de grafische ontwerpen zorgde. Haar voorstel was om de objecten te ontdoen van hun context en juist géén verbindend thema te verzinnen. Ze bracht de vondsten als in hun oorspronkelijke functie onder in een doorsnee 21e eeuwse omgeving. En wat is er nou meer doorsnee dan het huis waarin we wonen? Rupp: “Het was wel even slikken voor ons, maar we realiseerden ons dat je als bedenker van archeologische exposities gauw blijft steken in bepaalde patronen. Dat heeft Janicke weten te doorbreken.”
Op haar beurt was Kernland weer verbaasd hoe snel de Duitsers overstag gingen. “Zeker als je je realiseert in welke bureaucratische omgeving ze gewend zijn te werken. Ik denk dat het te maken heeft met de recente geschiedenis. Ze hebben de laatste jaren zo vaak moeten afwijken van wat ze gewend waren, dat ze nu snel bereid zijn om te schakelen. Ze nemen de nadelen voor lief omdat ze geleerd hebben welke voordelen zo’n houding kan opleveren.”
Die Suche blijkt een buitengewoon toegankelijke expositie waar volwassenen en kinderen op deze verregende augustusdag zichtbaar plezier aan beleven. Mogen bezoekers in een archeologisch museum normaliter niets aanraken, hier mogen ze overal op, aan en in. Geen suppoost te zien. Kernland: “Alles wordt overhoop gehaald om de objecten te vinden. En vervolgens weer keurig op de plaats teruggelegd. Er raakt niets kwijt.“
Kernland heeft 72 archeologische vondsten verstopt in de in het museum ingerichte woning van de (fictieve) familie Blüher. Vader Wolfgang (31) werkt bij beveiligingsbedrijf DWSI, moeder Katrin is afdelingshoofd bij woninginrichter Roller, dochter Lisa (2) gaat naar de crèche. Genoemde bedrijven bestaan echt, ze zijn zelfs sponsor van de expositie. Roller, een prijsvechter in het Ikea-segment, heeft de inrichting van de ‘woning’ voor zijn rekening genomen. Kernland: “We hebben ze zelf de keuzes laten maken. Ze weten beter hoe een doorsnee eengezinswoning eruit ziet dan wij.”
Zo speuren de museumbezoekers in een huiselijke omgeving die de hunne kon zijn naar waardevolle archeologische vondsten. In een schoenenrekje in de slaapkamer van de Blühers staat een laatmiddeleeuws damesmuiltje. Onder een kussen in het ouderlijk bed liggen zilveren munten uit 1632. In de vaatwasser staan middeleeuwse potten. In de werkplaats van pa Blüher liggen conservenblikjes uit 1943 van Britse krijgsgevangenen uit de (ook van een tv-serie bekende) gevangenis Colditz. En aan de binnenspiegel van de witte Opel Corsa in de garage van de Blühers hangt een kruis. Je kijkt er niet van op omdat veel Opels daar een of ander attribuut hebben hangen. Totdat je je realiseert dat dit een gegoten crucifix uit 1450 is.
‘Die Suche’. Landesmuseum für Vorgeschichte in het Japanischen Palais Dresden. Tot en met 6 januari 2008. www.archsax.sachsen.de
* Een jeugdige bezoeker speurt naar een archeologische vondst in het Japanischen Palais in Dresden. foto Zuiderlucht
Janicke Kernland
1966 geboren in Parkridge, Illinois
1986-1987 universiteit Oslo, filosofie
1987-1990 hogeschool Luzern, visuelles Gestalten
1991-1993 Pratt Institute New York, Masters, communication design
1993-1994 vormgeefster Shapiro Design Associates, New York
1994-1996 vormgeefster Landesamt für Archäologie, Dresden
1997-1999 free lance deisgner Dresden, onder meer voor NAi Rotterdam, Aedes Berlijn en Biennale Sao Paulo
1999-2002 Centree Céramique Maastricht, exposities in Stadshal
vanaf 2002 Studio Kernland Maastricht, concepten voor tentoonstellingen en educatieve activiteiten