Ik ga naar Tilburg om de film te zien.

Het is Ascent van Fiona Tan, een 77 minuten durend filmessay over de berg Fuji in Japan, in museum De Pont. Het blijft raar om voor een lange film naar het museum te gaan. Vroeger dacht ik dat we daar bioscopen voor hadden.

Een bordje spoort mij aan de film vanaf het begin te bekijken. Dat gaat nog even duren. Normaal ben je blij met een uurtje in het museum. Nu moet ik de tijd zien stuk te slaan. Willem de Kooning, Gerhard Richter en Anish Kapoor in de vaste collectie worden teruggebracht tot wachtkamerbehang. Het is reuze onnozel, maar je kijkt er dan toch anders naar dan anders.

Naast Ascent zijn er twee kleinere werken van Fiona Tan. The changeling stelt aan de hand van tweehonderd portretfoto’s en een fictief levensverhaal vragen over identiteit. In Depot mijmert een voice-over bij beelden van zeedieren op sterk water over zijn jeugd en over herinneringen. Daarmee hebben we meteen een paar van Tans belangrijkste thema’s te pakken. Fiona Tan (1966) werd geboren in Indonesië, groeide op in Australië en raakte eind jaren tachtig via Duitsland in Nederland verzeild. Haar voortdurende onderzoek naar identiteit, cultuur en de betekenis van herinneringen heeft allicht met deze achtergrond te maken.

Dan is het eindelijk tijd voor de hoofdfilm. Het blijkt, strikt genomen, geen film te zijn, maar een aaneenschakeling van honderden foto’s van de berg Fuji. Je kunt de serie op verschillende niveaus tot je nemen. In de eerste plaats zijn er de prachtige beelden. De Fuji vanuit Tokio, de Fuji omgeven door de meest fantastische wolkenformaties, de Fuji met kersenbloesem op de voorgrond, het adembenemende uitzicht vanaf de top, historische foto’s van de Fuji, het kan niet op. Ten tweede is er het verhaal van Mary, die herinneringen ophaalt aan haar overleden vriend Hiroshi. Centraal staat zijn verslag van de beklimming van de vulkaan. Hij is niet de enige die naar boven wil. Om vanaf de top de zon te zien opkomen, trekt in het holst van de nacht een onafzienbare rij lampjes de berg op. Ten derde geeft het verhaal van Mary en Hiroshi aanleiding tot allerlei overpeinzingen over de plek van de Fuji in het collectieve geheugen. De berg is het symbool van Japan. Kinderen, legers, geisha´s, de keizer en de hogesnelheidstrein werden gefotografeerd met de witte top op de achtergrond. Je kunt er alle kanten mee op, de berg blijkt een ijshoorntje dat iedereen naar eigen smaak kan vullen.

“Je kunt een berg beklimmen”, stelt Hiroshi tegen het einde van de film vast, “maar op het moment dat je de top bereikt, besef je dat er niets is.”

Dat is een paradox, want er is natuurlijk wel degelijk iets. Zonder de berg stond je daar niet op 3776 meter. Het verhaal van de berg zelf is het enige verhaal dat de film in al zijn caleidoscopische breedte niet vertelt. Waarom ligt hij daar zo eenzaam? Welke rol hebben de uitbarstingen van de vulkaan gespeeld in de Japanse geschiedenis? Hoe gaat het met hem nu er jaarlijks driehonderdduizend mensen naar boven klauteren? Ascent gaat over de mensen rondom de berg en het beeld dat zij van de berg verspreiden. De berg zelf wordt er nog ongrijpbaarder door.

Fiona Tan – Ascent. Van 11 februari t/m 11 juni in De Pont, Tilburg. depont.nl