Het is goed als je er wat voor moet doen, voor de kunst, maar er zijn grenzen. De tentoonstelling Cer variabil in het Collectors House in Heerlen beweegt zich dicht in de buurt van die grenzen.
De tentoonstelling is een ontmoeting tussen de verzamelingen van Albert Groot, (mede-)grondlegger van het Collectors House, en Mircea Pinte, beursmakelaar uit Roemenië. Cer variabil is dan ook Roemeens en betekent zoiets als ‘veranderend zwerk’. De titel is afkomstig uit een poëtisch werk van Mircea Cantor waarin deze woorden met kaarsenwalm op het plafond zijn geschreven. Natuurlijk, alles verandert, wijzelf en de wereld om ons heen, maar het is in dit geval bijna onmogelijk niet ook aan de recente geschiedenis van Roemenië te denken. Cantor en de andere Roemenen op de tentoonstelling zagen als kind Ceauşescu vallen en ontwikkelden zich als kunstenaars in de roerige jaren die daarop volgden.
Toch is die geschiedenis maar in enkele werken expliciet aanwezig. Simpel en veelzeggend is het velletje postzegels van István László waarop een tank uit de mist opdoemt en, een paar postzegels verder, er weer in verdwijnt. Opschrift: Revolutia 1989. Ze lijken op de postzegels die ik zelf als kind verzamelde (“Wow, een heel velletje uit Roemenië!”), maar dan net anders. Even krachtig is de foto van een zittende, van zelfverzekerdheid glimmende minister-president – geen acteur, maar de echte uit 2004, Adrian Năstase. Naast hem staat de kunstenaar, Alexandra Croitoru, in eenvoudig grijs T-shirt en met afwerende, maar op een bepaalde manier even zelfverzekerde blik. Wie heeft het hier voor het zeggen? Wie lacht het laatst?
De rest van de getoonde kunstwerken heeft een bredere, meer algemene strekking. Dat is kenmerkend voor de generatie Roemeense kunstenaars die na 2000 actief werd, meen ik te kunnen opmaken uit het overigens zo goed als onbegrijpelijke begeleidende essay van Mihnea Mircan. Ook de niet-Roemeense kunstenaars op de tentoonstelling hebben het om begrijpelijke redenen niet alleen over de Roemeense revolutie. Zo gaat het op Cer variabil over – ik doe maar een greep: hoe wij kennis verwerven (onder meer een mooie installatie van Job Koelewijn met de boeken die hij tussen 2006 en 2009 las), hoe wij tot onze oordelen en vooroordelen komen, over macht en totalitaire systemen, over het gewicht van de geschiedenis, over eenheid en scheiding, over het verstrijken van de tijd.
Dat is heel veel. Stuk voor stuk zijn het mooie, boeiende kunstwerken, daar niet van, maar de meeste missen helaas de directheid van László en Croitoru. Voor sommige moet je behoorlijk thuis zijn in je klassieken (Marcel Duchamp, Yves Klein, Joseph Beuys), andere vereisen kennis van de culturele en historische context waarin ze zijn ontstaan, weer andere zijn zo poëtisch dat ze enigszins cryptisch dreigen te worden. Voor de aandachtige beschouwer zijn er dan ook nog eens allerlei dwarsverbanden te ontdekken. Alle lof wat dat betreft voor de vindingrijkheid van de verzamelaars/curatoren, Albert Groot en Mircea Pinte, maar met slechts 34 kunstwerken is deze expositie toch overvol. Na anderhalf uur stevige intellectuele arbeid (dat is drie minuten per werk) begin je te verlangen naar, tja, naar een gebakje of zo.
Cer variabil. van 14 maart t/m 24 juni in Collectors House, Heerlen. www.collectorshouse.eu.