De werkelijkheid. Sommige kunstenaars hebben het er behoorlijk moeilijk mee. Claude Monet had meer dan twintig schilderijen nodig om het licht op de kathedraal van Rouen te vangen en was toen nog niet tevreden. David Hockney, vorig jaar in Keulen, installeerde tientallen videoschermen om de ervaring van een plek vast te leggen – of hij tevreden was weet ik niet, maar ik vraag het me af.
Wim Wenders (1945, Düsseldorf) kijkt er zorgelozer tegenaan. Met zijn foto’s wil hij gewoon, zonder omhaal, rechttoe rechtaan de werkelijkheid laten zien. “Was es alles gibt” – niet meer en niet minder. Dat is verrassend, want we hebben het over de maker van films als Paris, Texas en Der Himmel über Berlin. Ik heb ze nog eens bekeken en die films zijn allesbehalve rechttoe rechtaan. Voorafgaand aan de tentoonstelling van zijn foto’s in Museum Kunstpalast in Düsseldorf zei Wenders het zo: “In mijn films vertel ik mijn eigen verhaal, in mijn foto’s laat ik plekken zien die zelf iets te vertellen hebben”. In de catalogus koppelt hij zijn voorliefde voor de werkelijkheid aan een tirade tegen de digitale fotografie, tegen gemanipuleerde beelden en tegen de “second hand reality” van de “zogenaamde” sociale media.
Hoe doet Wenders dat, de werkelijkheid laten zien? In ieder geval ging hij er ver voor van huis. Hij reisde naar Armenië, naar Japan en naar het Wilde Westen. Hij fotografeerde prachtig vervallen gevels in Havana, het meer van Galilea in de oranje gloed van de zonsopgang en een woestijnlandschap in Australië dat uit niets dan zand en horizon bestaat. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat er ook foto’s van de Potsdamer Platz in Berlijn en uit Brandenburg zijn. Die laatste lijken nogal op negentiende-eeuwse schilderijen, maar dan dik vier meter breed. En daar hebben we precies het probleem van op zijn minst een deel van deze foto’s. Ze zijn zorgzaam opgebouwd en schitterend van licht en kleur. Echt heel mooi zijn ze, maar misschien zijn ze wel een beetje al te mooi. In zijn verwondering over “wat er allemaal is” scheert Wenders rakelings langs cliché en megalomanie. Waarschijnlijk waren de twijfels van Monet en Hockney toch niet helemaal uit de lucht gegrepen.
De spannendste foto’s in Düsseldorf zijn, grappig genoeg, nu net de foto’s waarin Wenders wél een verhaal vertelt. Of preciezer: waarin hij door nadruk te leggen op een contrast of een bizar detail – een knalrood bankje, een eenzame figuur, een éénrichtingsbord – het begin van een verhaal suggereert. Je kunt dat het verhaal van de plek noemen, maar mij lijkt dat een mystificatie. Het is immers niemand anders dan de maker van de foto die ons met zachte dwang op het spoor zet.
Na afloop at ik een appeltje in het plantsoen tussen het museum en de Rijn. De bloemen bloeiden, een boot voer voorbij, de zon scheen op mijn voorhoofd, traag bewoog over de brug een tram, het geluid van het verkeer vermengde zich met het getsjilp van de mussen. Een intense vrede daalde op mij neer. “Was es alles gibt”, dacht ik.
4 Real & True 2. Wim Wenders – Landschaften, Photographien. Van 18 april t/m 16 augustus 2015 in Museum Kunstpalast, Düsseldorf. smkp.de