Een bredere kijk op de migratie is broodnodig, zegt Kenan Akyil, die de geschiedenis van zijn familie beschreef in Baardman. Op zoek naar mijn geschiedenis. PAUL VAN DER STEEN sprak met hem. ‘Migratie wordt vrijwel altijd geproblematiseerd.’

‘Dat is De Griffel’, zegt Kenan Akyil, ‘de lagere school waarop we allebei zaten. Ginds staat de sporthal, waar we vaak rondhingen. Maar ook hier waren we vaak te vinden.’ We, dat is behalve Kenan zijn jongere broer Kerim. Hun jeugd speelde zich grotendeels af op en rond het Lindeplein in Houthalen-Oost.

Nu staat daar een bord ter nagedachtenis aan Kerim. In de allereerste uren van 2017 werd hij door IS doodgeschoten in een discotheek in Istanbul. Boven een hand die het V-teken maakt, staat een tekst van hun vader: ‘Terreur denkt het leven te kunnen nemen maar vereffent zijn schuld door liefde en vrede te verspreiden.’  Op een paar minuten rijden vanaf het Lindeplein, achter Kenans appartement, komt een plek van samenzijn ter nagedachtenis aan Kerim.

Oude familiefoto van de familie Akyil

En nu is er Baardman. Op zoek naar mijn geschiedenis, het boek waarin Kenan Akyil (Genk, 1990) zijn geschiedenis beschrijft. Aanvankelijk was het ook bedoeld als monument voor Kenans grootvader Mükremin Akyil. ‘Baardman’ was zijn bijnaam. Hij verloor zijn vrouw en broer bij een auto-ongeluk en raakte jaren later verlamd bij een tweede ongeval. Hij overleed na een door corona niet snel genoeg behandelde complicatie als gevolg van die aanrijding.

Schrijven over zijn broer leek Kenan nog te moeilijk, maar gaandeweg werd Baardman ook een monument voor hem.

Kenan en Kerim deden alles wat broertjes samen doen: ze haalden kattenkwaad uit, gingen op stap en beleefden met z’n tweeën mooie vakanties. Opa Mükremin voorzag zijn kleinzonen voortdurend van wijze raad. Hij haalde daarbij veel uit zijn spirituele benadering van de islam. Kenan: ‘Ik koester zijn tips. Vaak gingen ze over delen en je bijdrage leveren aan de samenleving. Opa was een goede leerling op school, maar kon niet doorleren. Ik ging politieke en sociale wetenschappen studeren, hij was erg trots dat ik de eerste universitair geschoolde in de familie werd.’

‘Mijn identiteit is als een lasagne, opgebouwd uit verschillende, elkaar verrijkende laagjes. Je kunt er niet zomaar een uithalen.’

Mükremin Akyil vertrok al jong uit zijn geboortedorp in Centraal-Anatolië. Zijn eerste halte was de stad Adana, waar hij werk kreeg in een touwfabriek. Later beproefde hij zijn geluk in België: na korte episodes in Bergen (Mons) en Luik streek hij neer in Beringen, waar hij in de mijnen aan de slag kon. Loodzware arbeid voor een betere toekomst voor zichzelf en vooral voor zijn gezin, dat na enige tijd kon overkomen naar het nieuwe thuisland.

Ondanks grote bedragen die naar Turkije werden gestuurd, kon Mükremin goed rondkomen. ‘Hij begon met een kwart woning, dat werd daarna een halve en nog later een heel huis.’

De historie van nieuwkomers in België bleef volgens Kenan Akyil te lang onbesproken. ‘Net als de geschiedenis van België als koloniale macht. Op scholen hoorde je daar niks over. De belangstelling begint nu op te leven. Canvas zendt de documentaire-reeks Kinderen van de migratie uit. Van de journalist Tom Naegels, met wie ik ook sprak in de voorbereidingen voor mijn eigen boek, verscheen onlangs Nieuw België. Een migratiegeschiedenis, het eerste overzichtswerk op dit gebied.’

Een bredere kijk op de migratie is broodnodig, vindt Akyil. ‘Als je moslims alleen van tv kent, is het bijna logisch dat je antipathie opbouwt. Het getoonde beeld is zo eenzijdig. Migratie wordt vrijwel altijd geproblematiseerd.’

Mükremins zoon Ali, Kenans vader, had zijn zinnen gezet op een baan bij Philips, maar begon, toen dat niet lukte, ook in de mijnen. Na de sluiting daarvan boekte hij in horeca  en projectontwikkeling zakelijke successen. ‘Hij wilde ons de wijde wereld laten zien. Een schotelantenne bleef bewust buiten de deur. Wij konden beter naar het VRT Nieuws en FC de Kampioenen kijken.’

De Turkse cultuur kreeg Kenan Akyil vooral mee door het intensieve contact met familie. Via vriendjes met allerhande achtergronden sijpelden ook andere invloeden door. Akyil ziet zijn identiteit als een lasagna: ‘Opgebouwd uit verschillende, elkaar verrijkende laagjes. Je kunt er niet zomaar een uithalen.’

Zelf switcht hij met groot gemak tussen die lagen. ‘In Belgisch-Limburg is dat eenvoudiger dan elders, waar mensen veel meer aandringen op het kiezen van één identiteit. Hier is het een echte smeltkroes. In opa’s jaren als mijnwerker spraken al die mensen met verschillende achtergronden citétaal, een mengelmoes van talen. Ondergronds zag iedereen zwart. Op dezelfde manier is een soort citécultuur ontstaan.’

Dat het combineren van het beste van de verschillende werelden soms uit zicht raakt, begrijpt hij. Omstandigheden kunnen mensen heel erg één richting uitsturen, en dat is niet per se de beste richting. ‘De integratie-paradox bestaat echt. Zelfs als je heel goed je best doet, blijven er momenten komen waarbij je wordt buitengesloten. Neem al die keren dat we niet binnen geraakten in discotheken. Je hebt je beste kleren aan, je lekkerste parfum op, misschien zelfs een vrouw aan je zijde, en keer op keer krijg je die deur tegen je neus. Dat is vernederend, een kutgevoel. Gelukkig gaven ze ons thuis een sterk zelfvertrouwen mee.’

Akyil noemt zijn discothekenverhaal ‘een luxeprobleem in verhouding met de problemen waarmee anderen met een migratieachtergrond worden geconfronteerd: op het gebied van banen, onderwijs, huisvesting. Hoe goed iemand ook integreert, het lijkt bijna nooit goed genoeg om er echt bij te mogen horen.’

Zelfs de aanslag in Istanbul, waarbij zijn broer Kerim werd doodgeschoten, leidde op social media tot racistische uitingen als ‘een Turk minder’, ‘nog velen te gaan hopelijk’ en ‘Belg Belg Belg, het is gene Belg’. Vader Akyil reageerde groots, toen een tv-journalist hem onverwacht om een reactie vroeg: ‘Kijk, ik heb mijn zoon niet in Turkije laten begraven. Ik heb hem teruggebracht naar hier. Ik ben deel van dit land. Van het Belgische volk verwacht ik alleen een beetje begrip, alsjeblieft. En die racistische berichten…dat zijn gewoon arme mensen. Ze weten niet wat ze doen.’

v.l.n.r. Kenan, grootvader Mükremin en Kerim Akyil

Het fragment werd vele malen herhaald op tv en leverde hartverwarmende reacties op uit heel België. ‘Ik heb daar zelf toen niet alles van meegekregen, was met andere dingen bezig’, zegt Kenan Akyil. De aanslag en de dood van zijn broer brachten hem danig in de war. Hij flirtte met het idee van zelfdoding, en bleef ook daarna onrustig. In zijn boek schrijft hij: ‘Ik bezocht begrafenissen van wildvreemden, ging naar alle grafleggingen mee. Op een bepaald moment was ik zo geobsedeerd geraakt door die aanslag, zo fucked up, dat ik naar Turkije wilde vertrekken om me aan te sluiten bij het Turkse leger: ik zou de terroristen eigenhandig wel eens terugpakken! Pure waanzin.’

Zijn ouders, die zelfs even dachten dat Kenan drugs gebruikte, wisten zich geen raad met hun zoon. Hun opmerking dat de zorgen over de ene zoon geen ruimte gaven voor het rouwen om de andere, werd een wake-up call voor Kenan. Met hulp van psychologen en steun van bekenden kwam hij weer tot zichzelf.

Inmiddels bekwaamt hij zich in het vak waarin ook zijn broer verder wilde, dat van makelaar. ‘Maar politiek blijft mijn nummer een.’ Een tijdlang was hij medewerker van sp.a/Vooruit-parlementslid Meryame Kitir, nu minister van Ontwikkelingssamenwerking en Grootstedelijk Beleid. Intussen hoopt hij voor die partij mee te kunnen doen aan de verkiezingen in 2024.’

In Houthalen-Oost richtte Akyil ondertussen een club op voor jongerenwerk, Jong East. Net als in de politiek streeft hij daar naar écht samenleven. Gesprekken met ‘allochtonen’ blijven te veel hangen bij migratie en diversiteit alleen. ‘Ook vrijuit praten over andere maatschappelijke thema’s is van belang: technologie, maatschappelijke veranderingen, digitalisering, conservatisme, enzovoort.’ Tegelijkertijd ageert hij tegen het blijven hangen in slachtofferschap: ‘Willen leren, kansen pakken is een verplichting tegenover mensen als Baardman, onze voorouders die gedurfde stappen zetten en hard werkten om ons een toekomst te geven.’

Kenan Akyil, Baardman. Op zoek naar mijn geschiedenis. Uitgeverij Lannoo, 21,99 euro