PAUL VAN DER STEEN gaat op berenjacht in de wereld van kunst en cultuur. 

In het voorportaal van de Akense Dom staat een bronzen sculptuur van een dier. Maar welk dier? Een twijfelgeval. Waar kenners het eens zijn over de datering (ongeveer derde eeuw voor Christus), lopen de meningen over de typering uiteen. Een wolf, zeggen sommigen. Een beer, denken anderen.

Voor beide lezingen valt wat te zeggen. Kijk naar de kraag. Zoveel harenweelde rond de hals hebben alleen beren. Nog meer aanwijzingen in die richting: de ontbrekende staart en de verspreide, scherpe tanden in de opengesperde muil.

De zit is daarentegen wolfachtig. Net als de spitse oren. Het is duidelijk dat het dier vrouwelijk is; de plek van de tepels doet eveneens aan een wolf denken.

Kamp Wolf heeft tegenwoordig de meeste aanhang. Dat heeft vooral te maken met de man die het beeld waarschijnlijk van Rome naar Aken haalde: Karel de Grote. Hij kan het een mooi beeld hebben gevonden, maar het werk paste toch ook goed in zijn propagandastraatje. De glorie van de Romeinse keizers en hun rijk moest op Karels imperiale heerschappij afstralen.

Met een bronzen wolvin in Aken zou keizer Karel een link kunnen leggen tussen hem en Romulus en Remus, de volgens de legende door een wolvin gezoogde stichters van het roemrijke Rome. Met nadruk: zou kunnen. Want mogelijk hoorde Karel de Grote gewoon bij Kamp Beer.

 

PAUL VAN DER STEEN