Eijsden-Margraten en de Belgische buurgemeente Voeren hebben heel wat gemeen. Op bestuurlijk vlak moet nog het nodige water door de Voer, verenigingen en ondernemers weten elkaar van oudsher te vinden. “Waarom repeteren aan beide zijden van de grens als je zulke naaste buren bent?” door Adrienne Peters
“De grootste stommiteit in de geschiedenis van onze provincies is de splitsing van de beide Limburgen in 1839.” Huub Broers, burgemeester van Voeren, N-VA man en voormalig leraar geschiedenis, vindt dat er geen grens zou mogen bestaan tussen zijn gemeente en de buren in Eijsden-Margraten. Van oudsher wordt er over en weer uitgegaan, gevreeën en getrouwd. “Er is niemand in Voeren die niet een familielid heeft met een Nederlandse achtergrond, en andersom.”
Eijsden-Margraten wil graag meer samenwerking over de grens, de gemeente Voeren doet enthousiast mee maar is vooral nog volgend. Broers: “Wij hebben als gemeente meer oppervlakte. In Eijsden-Margraten hebben ze meer middelen en een grotere bevolking. Waar we samenwerken, gebeurt dat vooral nog met gesloten beurs.” Zo steekt de brandweer de grens over als de situatie daarom vraagt, bij heroïsche wielertochten door de beide Limburgen wordt samengewerkt aan de beveiliging. En met carnaval is het één groot feest, dan bestaan er helemaal geen grenzen meer. Huub Broers kan het weten, ooit was hij Prins Carnaval.
Geen grenzen. Dat dachten de Oude Harmonie St. Cecilia van ’s-Gravenvoeren en Harmonie Berggalm uit Noorbeek acht jaar geleden ook. De besturen van de twee muziekgezelschappen besloten samen te gaan werken. Niet uit subsidie-overwegingen, niet omdat het van boven werd opgelegd. De verminderde aanwas zette aan tot een creatieve oplossing. Als twee of drie muzikanten afwezig waren, konden repetities niet doorgaan, zo waren de gezelschappen uitgedund. Uitvoeringen werden minder talrijk vanwege die (te) kleine bezetting. Waarom gescheiden repeteren aan beide zijden van de grens als je elkaar als naaste buren kunt helpen?
Zo gezegd, zo gedaan. De harmonieën, die als stichting bleven bestaan, tellen nu samen 55 muzikanten en een drumband. Repetities vinden drie keer per maand plaats in Noorbeek (want meer leden), en een keer per maand in ’s Gravenvoeren. De dirigent van St. Cecilia, woonachtig in Stein, werd ook de dirigent van Harmonie Berggalm. Na wat onwennigheden trekken de muzikanten nu ook zonder problemen hetzelfde uniform aan.
“We hebben altijd met plezier gespeeld”, licht bestuurslid Ellen Brouwers toe, “maar met de toename van het aantal leden nam ook de speelvreugde toe.” Zij stond aan de wieg van de samenwerking. De klarinettiste is toch al het lichtend voorbeeld van de grenzeloze Limburger. Geboren in ’s-Gravenvoeren – haar moeder is de zus van Huub Broers – trok zij enkele jaren geleden de grens over naar Eijsden, voor de liefde. Al van kinds af aan speelt ze bij de harmonie.
Ook Math Elissen, collega-klarinettist en –bestuurslid aan Nederlands-Limburgse zijde, is blij met de samenwerking. “Het mooiste is dat we onze mooie hobby kunnen blijven uitoefenen en er alleen maar vrienden en vriendinnen bij gekregen hebben. De toekomst? We gaan zo verder, met vooral mooie muziek maken. En met als kers op de taart een openluchtconcert, in een crossover met zang, toneel en misschien wel film.” Locatie kan niet anders zijn dan Kasteel Altembrouck. Precies op de grens van de beide Limburgen.
Vooral tussen de sociale gemeenschappen en ondernemers worden steeds meer contacten gelegd en onderhouden. De harmonie is daar een prachtig voorbeeld van. En ook in de horeca maakt men gebruik van elkaars kennis en aanbod: streekproducten worden dankbaar uitgewisseld.
Op het moment dat financiën en regelgeving om de hoek komen kijken, moet er wel nog wat gebeuren. De fietsverbinding van Voeren naar Eijsden-Margraten kan bijvoorbeeld beter. De ontwikkeling van de fietsroute van De Hut, bij Margraten, tot aan de Plank net over de grens bij Voeren, ligt stil wegens gebrek aan geld in Voeren. Maar, concluderen beide partijen, als een bed & breakfast in Mesch een verhuurder van fietsen in Voeren aanraadt die zijn waar aan de deur aflevert en weer ophaalt, zijn we toch een heel eind op de goede weg.