Subtiel en vasthoudend

De Spaanse architecten Antonio Cruz Villalón (1948) en Antonio Ortiz García (1947) zijn verantwoordelijk voor een van de meest aansprekende Nederlandse bouwprojecten van deze eeuw: de renovatie en herinrichting van het Rijksmuseum in Amsterdam. Na een prijsvraag in 2001 werd het ontwerp van dit Spaanse duo unaniem gekozen. Uitgangspunt was het herstel van het historische gebouw uit 1885 van architect Pierre Cuypers in oude glorie, waarbij het duo grote terughoudendheid in de eigen inbreng heeft betracht. Tegelijkertijd krijgt het museum eindelijk de entree met grandeur waar het al zolang recht op heeft.

De Spanjaarden werden geboren in Sevilla en studeerden architectuur in Madrid. Sinds 1971 vormen ze het bureau Cruz y Ortiz. Ze doceren aan verschillende hogescholen en universiteiten, waaronder de Eidgenössische Technische Hochschule in Zürich en aan Harvard University. Na het behalen van de opdracht voor de verbouwing van het Rijksmuseum openden ze in 2002 een kantoor in Amsterdam. Andere gebouwen in Nederland van Cruz y Ortiz zijn wooncomplexen op Java-eiland in Amsterdam, Céramique in Maastricht en de uitbreiding van de universiteitsbibliotheek van de Universiteit van Amsterdam. Net als bij het Rijksmuseum hebben ze hier het oorspronkelijke ontwerp (in dit geval van J. Leupe uit 1967) in zijn waarde gelaten.

Cruz y Ortiz zijn meesters in de verbouw van bestaande  architectuur. Toevoegingen – of beter gezegd: aanpassingen – zijn helder en ingetogen en doen nooit afbreuk aan het origineel. Voor de 450 miljoen kostende renovatie van het Rijksmuseum is gedegen research gedaan naar de optimale manier om te reageren op de dominante architectuur van Cuypers, die geen expressieve vormtaal naast zich duldt. De ingrepen in het gebouw zijn dan ook minimaal; oudere aanpassingen zijn ongedaan gemaakt. Het museum is wel uitgebreid met een ondergronds plein van 4000 vierkante meter. De twee lichthoven zijn ingericht als publieke ontmoetingsruimte met voorzieningen als educatie, museumwinkel en café.

Met het nieuwe Ateliergebouw, aan de overkant van de Johannes Vermeerstraat, heeft het Spaanse architectenbureau meer vrijheid genomen. Op een lastige, langgerekt kavel die ingeklemd lag in bestaande bebouwing is een strak en eigentijds gebouw geplaatst met een donkere maar neutrale kleur. Door het gebruik van bakstenen en speelse puntdaken verwijst het toch naar het Rijksmuseumgebouw.

Succesvolle architectuur hangt niet alleen af van bouwkundig vaardigheden en esthetisch fingerspitzengefühl. Ook bewonderenswaardig is de flegmatieke houding van Cruz en Ortiz bij het gesteggel over de fietsonderdoorgang. Dankzij de niet aflatende energie van de architecten is er uiteindelijk een compromis bereikt dat voor alle partijen aanvaardbaar is.    Sinds 2001 hebben de architecten te maken gehad met drie verschillende museumdirecteuren, evenzoveel projectmanagers, een zware budgetoverschrijding en een vertraging van bijna vijf jaar. Genoeg om veel architecten gillend weg te jagen. Maar Cruz en Ortiz werkten onverstoorbaar verder, zonder hun oorspronkelijke ontwerp te verloochenen. Het is aan deze twee Spaanse architecten te danken dat de nationale schatkamer een herkenbaar Nederlands gebouw is gebleven dat met subtiele ingrepen is aangepast aan de moderne tijd.

Uit het juryrapport:

Cruz & Ortiz hebben bij de prachtige restauratie van het Rijksmuseum de inbreng van Cuypers goed geaccentueerd. Met een voor hen ongebruikelijke terughoudendheid hebben ze de oorspronkelijke architectuur versterkt. Er is gedegen research gedaan om te reageren op Cuypers waarbij het resultaat een eigen invulling geeft aan Verder met Cuypers. Door de synergie tussen Cuypers’ neostijlen en de nieuwe formele vormen van Cruz & Ortiz is er sprake van een ode aan Cuypers.