‘De grote Bach’: voor Mozart en Haydn was dat niet Johann Sebastian maar Carl Philipp Emanuel Bach. Aan regeltjes stoorde hij zich niet meer dan nodig was, het ging hem om het gevoel. De Duitse pianist Michael Rische kent hem zo goed dat hij hem Emanuel mag noemen.

“Als Mozart en Haydn het over ‘de grote Bach’ hadden, bedoelden ze Carl Philipp Emanuel Bach.” De Duitse pianist Michael Rische zegt het nadrukkelijk, bijna dreigend.

Michael Rische (Leverkusen, 1962) houdt zich sinds een aantal jaren intensief bezig met het werk van Carl Philipp Emanuel Bach (1714-1788). En ja, daar begint het al: om Carl Philipp Emanuel een beetje te plaatsen, moet ik erbij vermelden dat hij één van de vier componerende zonen van Johann Sebastian Bach was. “Met de heruitvoering van de Matthäus Passion in 1829 zorgde Felix Mendelssohn ervoor dat Johann Sebastian weer in het centrum van de belangstelling kwam te staan. Terecht natuurlijk”, zegt Michael Rische, “maar Carl Philipp Emanuel is daardoor enigszins uit het zicht geraakt. Er waren een paar uitzonderingen. Brahms zag zijn kwaliteiten en redigeerde de uitgave van een aantal van zijn werken. Maar tot op de dag van vandaag wordt Carl Philipp Emanuel toch vooral gezien als een overgangsfiguur tussen de barokmuziek van zijn vader en de Weense klassieken Mozart, Haydn en Beethoven.”

Ook in het programma dat de philharmonie zuidnederland onder leiding van Jan Willem de Vriend in januari ten gehore zal brengen, lijkt ‘Carl Philipp Emanuel’ op het eerste gezicht de vertrouwde rol als doorgeefluik te spelen: zijn pianoconcert in d-klein (WQ 23), niet meer dan zo’n twintig minuten muziek, zit ingeklemd tussen de schitterende Derde Orkestsuite van vader Bach en de groots opgezette Posthoornserenade van Mozart.

Als we het zo zien, doen we niet alleen Carl Philipp Emanuel maar ook onszelf tekort, meent Michael Rische: “Carl Philipp Emanuel Bach is dé componist van de Verlichting. Hij werkte bijna dertig jaar aan het Pruisische hof in Berlijn en verkeerde daar met de denkers, schrijvers en kunstenaars die Frederik de Grote om zich heen had verzameld. Later verhuisde hij naar Hamburg. Als leider van de kerkmuziek domineerde hij het muziekleven in de stad, maar zijn vrienden vond hij vooral in literaire kringen. Toen Immanuel Kant in 1781 zijn Kritik der reinen Vernunft publiceerde, was Carl Philipp Emanuel één van de eerste intekenaren.”

In de periode van de Verlichting nam de rede het over van religieuze dogma’s. Zelf denken was het devies. De literatuur en de muziek voegden hier een essentieel element aan toe: zelf voelen. Weg met de strakke regels! De muziek van Carl Philipp Emanuel is grillig, verrassend en expressief. Niet voor niets had hij een grote voorliefde voor improviseren. Sterker nog: de ‘vrije fantasie’ was voor Carl Philipp Emanuel een voorwaarde voor een goede compositie.

“Het pianoconcert dat ik in januari speel, kende ik al uit de platenkast van mijn vader”, vertelt Michael Rische. Het is het eerste concert dat ik als student in het openbaar heb gespeeld. Een jaar of acht geleden wilde ik het weer spelen en ik stelde voor het te koppelen aan het Eerste Pianoconcert van Brahms, muziek die op een bepaalde manier eraan verwant is. Dat werd me afgeraden omdat die combinatie niet zou verkopen, maar ik mocht het wel aanvullen met een ander pianoconcert van Carl Philipp Emanuel. Ik ben toen de bibliotheek in gedoken en vond zoveel moois! Emanuel” – Rische kent hem inmiddels zo goed dat hij Emanuel mag zeggen – “heeft een stuk of vijftig pianoconcerten geschreven, de meeste in zijn Berlijnse periode. Hij deed dat niet in opdracht van Frederik de Grote, dus hij kon alle vrijheid nemen, maar hij mocht wel gebruik maken van het uitstekende hoforkest, dus technische beperkingen waren er bijna niet. Het concert in d-klein heeft alles wat je van hem mag verwachten: een flitsende opening, eigenwijze melodieën, bedachtzame stukjes waarin de muziek plotseling bijna stilstaat en vooral in het laatste deel allerlei onverhoedse sprongen en afbrekingen.”

Samen met Kammersymphonie Leipzig heeft Michael Rische tot nu toe vier CD’s met concerten van Carl Philipp Emanuel Bach opgenomen. Steevast maakt hij gebruik van een moderne vleugel, ook tijdens het concert in januari. Eigenlijk kan dat niet. Carl Philipp Emanuel leefde in het tijdperk van het klavecimbel. Rische: “Emanuel hield niet zo van het klavecimbel, hij bespeelde liever het klavichord. Dat instrument werkt net als een piano met hamertjes en biedt veel meer mogelijkheden tot dynamiek en expressie. Helaas is het geluid ervan te zacht voor de combinatie met orkest. Ik denk dat de moderne vleugel aanzienlijk dichter bij Emanuels klankvoorstelling komt dan het klavecimbel. Ik heb dat een keer met Nikolaus Harnoncourt besproken, zeg maar gerust de paus van de oude muziek. Hij zei: ‘Machen Sie das, Herr Rische!’ Zolang het hielp om Emanuels bekendheid te vergroten vond hij het prima.”

In januari klinkt eerst Johann Sebastian Bach. Zijn meerstemmigheid vind je terug in de muziek van Carl Philipp Emanuel. Aan het eind komt Mozart en let maar op, je herkent iets: een expressiviteit die er ook bij Carl Philipp Emanuel al in zat! Emanuel is niet de verbindende schakel, maar de kern van het programma.

De Vriend verrast met Bach en Mozart door philharmonie zuidnederland o.l.v. Jan Willem de Vriend met Michael Rische, piano. Toernee van 19 t/m 27 januari 2017. philharmoniezuidnederland.nl.