De ligfiets redde het niet, de fixie wel. Net als fietsen met een elektrische (hulp)motor. Bin nenkort gebeurt het schakelen, net als bij de profs, elektronisch. En de fietssnelweg is ook niet ver meer weg. Mat tal van innovaties lijkt de fiets aan een tweede (of derde) jeugd bezig. Het enige wat blijft, is dat je moet trappen. Door Alex van Hulst

Moest dit nog een fiets voorstellen? In 1994 brak de Schot Graeme Obree het werelduurrecord op de wielerbaan met een zelfgebouwde fiets. Obree lag met zijn borst op zijn stuur, een houding die al snel de benaming ‘de bidsprinkhaan’ kreeg. Het record van Obree werd dat jaar en de jaren erna gebroken door renners die bijna plat op hun fiets lagen, de supermanhouding. De internationale wielerfederatie UCI zette uiteindelijk een streep door al deze records. Er mocht enkel nog op een normale fiets worden gereden. Zo eentje waarop Eddy Merckx in 1972 het werelduurrecord brak.

MASS Snow. Ontwerp: Philippe Starck

Wat is een normale fiets? De UCI heeft inmiddels een boekwerk aan strenge regels waarin gewicht, afmetingen en verhoudingen van de fiets tot achter de komma zijn beschreven. In het frame moet een traditionele driehoek zitten en ook met de voor- en achtervork mag niet te veel worden geëxperimenteerd. De twee wielen, de trappers, het zadel en het stuur zijn vanzelfsprekend ook noodzakelijk en het formaat ligt vast. En toch zien de racefietsen er ieder jaar anders uit. De vooruitgang is niet te stoppen – zolang het maar niet al te revolutionair is. En zoals de Formule 1 het laboratorium is voor de personenauto, zo is het professionele wielrennen en mountainbiken de proeftuin voor de stadsfiets.

Die stadsfiets lijkt de laatste jaren steeds sportiever te worden. In het verkeersbeeld zijn meer en meer fixies te vinden. Dat is een fiets in de meest uitgeklede vorm. Geen versnellingen, geen spatborden, geen lampen, geen kettingkast. Er zitten zelfs geen remmen op. Dat is de meest extreme vorm, maar dit ontwerp heeft veel fietsontwerpers geïnspireerd om kalere modellen te maken. Het past in de trend van de laatste jaren waarin er een soort van fietsesthetiek is opgekomen. Een fiets hoeft niet langer enkel stevig en betrouwbaar te zijn, een mooie en sportieve uitstraling is zeker zo belangrijk.

Bamboo Bicycle. Ontwerp: Ross Lovegrove © John Ross

Die proeftuin in het wielrennen en mountainbiken heeft voor nieuwe materialen gezorgd. De fietsprofs zijn de afgelopen dertig jaar geëvolueerd van staal via aluminium naar carbon. Dat zorgt ook voor nieuwe aerodynamica. Voorheen was er nog de beperking van de ronde stalen buizen in een fiets. Door aluminium en carbon zijn die vormen aan het veranderen. Voor hobbywielrenners is carbon een statussymbool aan het worden, je kunt er niet genoeg van hebben. Hoge velgen, dikke buizen, hoe meer carbon een fiets heeft, hoe hoger de status. Tegelijkertijd is er een bescheiden revival van de ouderwetse, stalen glimmende fiets: een kleine retro-opleving.

Er zijn wielrenners die naar Italië afreizen voor een handbeschilderde Pegoretti. Anderen zweren bij het celeste van Bianchi. Het zijn met name de Italianen die voor mooie designs zorgen. Fietsontwerper Pinarello onderscheidt zich met buizen in voor- en achtervork die bijna golven. De fietsonderdelen van Campagnolo staan bekend om de mooie, ronde vormen, tegenover het hoekige, maar functionele ontwerp van de Japanse concurrent Shimano. In Amerika maken ze weer meer werk van aerodynamica en speciale kleurenschema’s waar consumenten uit kunnen kiezen als ze een fiets van Specialized of Trek kopen.

Biolove. Ontwerp: Ross Lovegrove © John Ross

Naast vorm is er ook inhoud. De belangrijkste fietsveranderingen bij het wielrennen en mountainbiken in de afgelopen jaren vonden plaats in het schakelen en het remmen. Als deze innovaties al nog niet zijn doorgevoerd in de normale fiets, zal het niet lang duren. De racefietsen van tegenwoordig schakelen allemaal elektrisch. Je hoeft niet langer met kabels de versnelling op zijn plek te trekken, maar de schakelknop geeft een signaal af die de versnelling scherp zet. Ook het remmen wordt geavanceerder. In de conservatieve wielerwereld is de zeer accurate schijfrem nog onderwerp van discussie en hebben de remblokjes op de wielvelg nog de overhand, maar in het mountainbiken en veldrijden is de schijfrem al overheersend. En dan is er ook nog eens het hydraulisch remmen waarbij het remmen veel beter kan worden gedoseerd.

Het enige wat exclusief aan de consumentenfiets blijft voorbehouden is de elektrische motor. Al geloven enkelen dat deze ‘mechanische doping’ ook in de profsport te vinden is. Het schijnbare gemak waarmee Fabian Cancellara tijdens de Ronde van Vlaanderen van 2010 op de Muur van Geraardsbergen wegreed bij mede-favoriet Tom Boonen is nog steeds onderwerp van speculatie. Als al die nieuwe ontwikkelingen en materiaalverbeteringen van de sportfietsen terugkomen in de stadsfietsen zullen we op termijn allemaal comfortabeler fietsen, remmen en schakelen.

Ontwerp: Paolo Di Giusti

Die behoefte aan eenvoud op de fiets is ook terug te vinden in het gebruik van onderdelen. Al vroeg speelde fietsfabrikant Van Moof in op de vraag naar een simpeler fiets, door een model te maken waar fietslampen en slot slim in het frame werden verwerkt. Een deel van de consumenten wil minder toeters en bellen. Minder accessoires betekent ook minder onderhoud en vervanging. Zo zijn er fietsen zonder ketting of met een aandrijfriem in plaats van een ketting. Het wegwerken en combineren van onderdelen is tegenwoordig een nieuwe uitdaging voor fietsfabrikanten. Zo kunnen wielrenners een bel onder hun fietscomputer zetten, zijn er helmen met lichten voor en achter om in het donker gezien te worden en zijn er knipperlichten voor onder je zadel. Daarnaast wordt de fietscomputer ook op de stadsfiets steeds belangrijker. De tijd van een grote kaart op je stuur is definitief voorbij, maar de ideale fietsnavigatie is nog niet gevonden. Die zoektocht zal nog even duren.

En er kan tegenwoordig ook stevig worden doorgefietst op al die sportieve modellen. Gemeentelijke en provinciale overheden investeren in fietspaden waar niet bij iedere kruising gestopt hoeft te worden. Er komen fietsbruggen, fietstunnels en als de verbinding goed genoeg is, zijn er zelfs fietssnelwegen. En dan komt zo’n sportieve fiets pas echt goed tot zijn recht.

Om terug te keren naar de beginvraag: wat is een fiets? Niets wijst er op dat er een revolutie aanstaande is waarbij het traditionele model van de fiets overboord wordt gegooid. We zijn niet

BUB Easy. Ontwerp: Van Berlo Design

zoals Obree allemaal met de borstkas op ons stuur gaan liggen. In de technologie hebben we gezien dat dit niet wil zeggen dat het dan ook niet zal gebeuren. Komt er een verandering die echt veel beter is dan het huidige fietsmodel dan zal iedereen snel overstappen, maar daar lijkt het vooralsnog niet op. De traditionele zit blijft de beste manier om comfort en snelheid op een simpele en veilige manier te combineren. Ligfiets zal het niet gaan maken.

Wel staat de fiets volop in de aandacht van ontwerpers, uitvinders en fabrikanten. Fietsen gaan met sprongen vooruit en zien er telkens beter uit. Ook komen er steeds meer gadgets voor de fiets. Vorm en functie lopen inmiddels gelijk op. Een fiets is steeds meer een statussymbool geworden, zeker in de drukke steden waar een auto niet alleen overbodig is, maar ook duur, hinderlijk en minder populair. Een beter stedelijk vervoermiddel dan de fiets is er niet. En dan mag die fiets dus ook mooi zijn, snel en flitsend. Maar zoals wielrenners altijd zeggen wanneer een van hun fietsvrienden met een peperduur, glimmend nieuw model aan komt zetten: “Uiteindelijk moet je nog steeds zelf trappen”.

De expositie Fiets – Bike – Fahrrad: Design on Two Wheels, een coproductie van Cube en IMF Foundation, geeft een inkijk in de toekomst van de fiets. Talent en inventiviteit krijgen vorm in slimme ideeën en ingenieuze prototypes. Door vorm en technologie op verschillende manieren met elkaar te combineren slagen ontwerpers erin de fiets telkens opnieuw uit te vinden. Het resultaat is een omarming van design, vakmanschap en industriële productie.

Fiets-Bike-Fahrrad, Design on Two Wheels. Van 1 juli t/m 3 december in Cube design museum.