Vroeger woonden er zusters van de Ursulinenorde, nu is het een museum voor twee aparte collecties. Museum het Ursulinenconvent in Eijsden is een toonbeeld van zinvolle herbestemming. door Patricia Pisters

Het eerste museum ter wereld waarin ieder individu iets van zichzelf kan terugvinden. Dat stond Leo Barjesteh voor ogen toen hij in 2013 met zijn plan voor een familiemuseum bij de gemeente Eijsden-Margraten aanklopte. Toevallig stond toen net het Ursulinenklooster uit 1849 te koop dat inmiddels dienst had gedaan als meisjesschool, pensionaat, gemeentehuis en bibliotheek.

Het voorstel van Barjesteh, die zich veertig jaar had verdiept in het fenomeen familiegeschiedenis, werd zo goed ontvangen dat hij zijn museum in het klooster mocht onderbrengen. “Een perfecte plek”, zegt hij, “niet alleen vanwege de architectuur, de indrukwekkende gevel – uit de school van Pierre Cuypers – en de gebrandschilderde ramen, maar ook vanwege de centrale locatie”. De ambitie om het museum internationaal op de kaart te zetten, leverde hem in 2014 de Innovatieprijs van VVV Zuid-Limburg op.

Museum het Ursulinenconvent herbergt twee collecties: die van het Internationaal Museum voor Familiegeschiedenis en de collectie Afrika Anders, een herinnering aan het voormalige Afrikacentrum in Cadier en Keer. Afrika Anders is een museum op zich, gevestigd op de tweede verdieping van het klooster, met aandacht voor het Afrikaanse leven van alledag. In het Familiemuseum ligt de focus op de geschiedenis van de universele mens in familieverband.

“Het idee ontstond toevallig”, zegt Barjesteh. Na de realisatie van een tentoonstelling over honderd families in Schiedam merkte dat bruikleengevers zich zorgen maakten over hun collecties. Zij wilden niet dat ze in de archieven of depots van musea zouden belanden, maar dat ze zichtbaar zouden blijven voor het publiek. “De zoektocht naar mogelijke locaties waar zij hun verzamelingen konden onderbrengen, deed mij beseffen dat er nog geen museum was dat zich uitsluitend op familiegeschiedenissen richt. Daar zag ik een mogelijkheid.”

De rondgang in het Familiemuseum start bij de eerste mens en eindigt in het heden. Er zijn ruimtes gewijd aan DNA, heraldiek, iconografie en genealogie. Aandacht voor het Eijsdens verleden is er in de presentaties over de verwantschap die bekende Limburgers hebben met Karel de Grote en over Eugène Dubois, de wetenschapper die Darwins ‘missing link’ ontdekte: de ontbrekende schakel tussen mens en aap. Barjesteh: “Dubois werd geboren tegenover het toenmalige klooster als zoon van een apotheker. Daarnaar verwijst in het museum de farmaciekamer: het interieur van Apotheek Dubois in Eijsden.”

Hoewel de basisopstelling van het museum nog in ontwikkeling is, vinden er regelmatig wisseltentoonstellingen plaats. Binnenkort opent er een over de Eijsdense familie Henquet, die in enige generaties verschillende ‘voedingsproducenten’ voortbracht. Centraal staan de stroopfabrikant, bierbrouwer en slager. Ook is er aandacht voor het thema identiteit, gericht op de verschillen en overeenkomsten tussen mensen. Barjesteh illustreert het aan de hand van Eve’s Tree, een kunstwerk van Haseeb Ahmed. “Het stelt Eva voor als de oermoeder van alle levende mensen. Zodoende kan ieder individu ter wereld iets van zichzelf terugvinden in dit museum.”

Binnenkort wordt het museum verrijkt met database van portretten waarin bezoekers foto’s van familieleden wereldwijd kunnen opzoeken – als ze erin zitten natuurlijk. Verdere verdieping voor het museum zoekt Barjesteh door samen te werken met universiteiten en hogescholen. “Als museumdirecteur kun je niet achterover leunen, mensen kunnen hier ook terecht voor familiebijeenkomst, zoals doop- en communiefeesten, huwelijken en uitvaarten. Voor levensgebeurtenissen van begin tot eind. Het past bij dit museum.”

museum.ursulinenconvent.com