De slanke sound van Studium Chorale
Professionele koormuziek moet het niet hebben van de grote bezoekersaantallen, weet dirigent Hans Leenders van Studium Chorale inmiddels. “Het komt erop aan om in gematigd idioom nieuwe muziek te schrijven.”
“Zeker, Nederland is een koorland”, zegt Hans Leenders beslist. Maar in toenemende mate is het vooral het lichte genre dat aan populariteit wint: popjazz, standards, close harmony. “Vaak is het moderne repertoire te moeilijk.”
Neem het programma Merkstenen waarmee Studium Chorale, sinds een jaar of drie professioneel, binnenkort de boer op gaat. Het is top, maar voor amateurs niet te doen. De titel is ontleend aan een werk van Roderik de Man dat door Studium Chorale in 2003 in première werd gebracht en dat daarna door geen enkel koor meer werd opgepakt. Terwijl het volgens Leenders gaat om koormuziek met de grote K.
Er wordt nog steeds goede koormuziek geschreven, zegt de dirigent. De kwestie is alleen, hoe zal hij het zeggen, dat componisten nogal eens de neiging hebben om sans limit te schrijven. Zich nauwelijks bekommeren om de uitvoerbaarheid van hun composities. Vooral amateurs brengen ze daarmee tot wanhoop. “Die slaan de partituur openslaan en roepen: ‘Oh my God.’ Dat is wel een beetje het probleem van de moderne koormuziek.”
Werk van hedendaagse componisten vereisen veel concentratie en studie van de zangers. “Bij religieuze koormuziek kan dat nog meevallen, maar moderne, complexe muziek zing je niet zo maar van het blad.” Daar zit volgens hem natuurlijk ook de uitdaging: krijgen we het klaar? “Lukt het om van stemmen een spannende samenklank te maken, ondanks de abstractie? Juist omdat het veel moeite kost, hóór je de spanning. Het is nooit obligaat; dat is de charme.”
Het komt er volgens Leenders op aan om in gematigd idioom nieuwe moderne muziek te schrijven. Die op zulk een niveau uitgevoerd kan worden waarop het ook voor de luisteraar mooi blijft. In het programma Merkstenen is gekozen voor de combinatie orgel en koor. Leenders: “Iedereen denkt meteen dat je een verkapte mis krijgt voorgeschoteld. De kleur is heel duidelijk kerkelijk maar er staat niet één kerkelijk stuk op het programma. Ik denk dat de luisteraars niet uitsluitend móóie stukken willen horen. Je moet natuurlijk geen innig stuk op een innig stuk laten volgen.”
Le monde du someil van Huub Kerstens (op tekst van Marcel Proust) is zo’n stuk dat je als ‘innig’ kan karakteriseren. Nooit eerder vond hij de gelegenheid om het in een programma in te passen. Sterker nog: het is nooit eerder uitgevoerd. “Je kunt zo’n stuk altijd wel laten liggen maar Kerstens heeft toch veel betekend voor de muziek.”
Ook een primeur, althans in een uitvoering met orgel, is de koormuziek die Marijn Simons in 2006 componeerde op gedichten van Wiel Kusters. Leenders: “De reacties op het stuk van Marijn Simons waren heel wisselend. Marijn kan toveren met heel weinig. Nu we het uitvoeren met orgel, wordt de sound heel compact maar blijft de kracht van het werk behouden.”
Sinds Studium Generale een professioneel koor is, kan Leenders beroepskoorzangers uit alle windhoeken strikken op hun specialiteit. Toch wil hij een vaste kern behouden van zo’n tien tot twaalf zangers zodat het koor iets van een eigen cultuur vasthoudt. “Die cultuur is de kleur van het ensemble. Die is al bij de oprichting ingezet door Erik Hermans. Wij zullen nooit een vet geluid met veel vibrato hebben, altijd opteren voor een slanke sound. We zijn relaxed en goed georganiseerd. Dat hoort bij ons. De zangers worden warm ontvangen, ze hoeven alleen nog maar te zingen. Die amicale sfeer draag je mee als koor.”
Studium Chorale, Merkstenen. Donderdag 22 mei 2008 vanaf 20.15 uur in het Orgelpark in Amsterdam.
Zaterdag 24 mei 2008 vanaf 20.15 uur in de Martinuskerk in Maastricht.
www.studiumchorale.nl