Het Bonnefanten ziet af van de traditionele groepstentoonstelling als nevengerecht bij de grote BACA-presentatie. Dit jaar gaat de aandacht uit naar aanstormende talenten uit, niet toevallig, Brazilië en Mexico. “Het is geen modernisme van de protestantse soort.”
De twee zijn generatiegenoten en komen beiden uit Latijns-Amerika. Toch is een groter contrast nauwelijks denkbaar.
De Braziliaan Jonathas de Andrade (Maceió, 1982) levert met installaties, video, foto- en illustratieonderzoek puntige maatschappijkritiek. Tegenover dat engagement staat Rodrigro Hernández (Mexico Stad, 1983) die drukker lijkt met het reflecteren op de kunstgeschiedenis dan met de grote gebeurtenissen in het heden. De laatste tijd was hij vooral ‘in’ Dada, maar zijn horizon is breder. Zijn kunst schiet ook alle kanten op: figuratief, abstract, tussenvormen, installaties, sculpturen, tekeningen, schilderijen.
Paula van den Bosch, conservator hedendaagse kunst, vindt het een meerwaarde dat het Bonnefanten via BACA Projects jong, aanstormend talent kan laten zien, mensen die nog in ontwikkeling zijn. “Naast een prachtige winnaar met een uitgekristalliseerd oeuvre zie je soms de chaos van jonge kunstenaars die nog aan het zoeken zijn en van wie je je afvraagt waar ze uiteindelijk uit zullen komen als hun werk een meer definitieve richting opgaat.”
Drie maal eerder richtte het Bonnefantenmuseum via BACA Projects de schijnwerpers op jonge kunstenaars. In 2008, 2010 en 2012 reageerden studenten van de Jan van Eyck Academie in een groepstentoonstelling op het werk van de BACA-winnaar van dat jaar. Ditmaal heeft het museum de opzet veranderd: “Vaak werd gezocht naar een overkoepelende thematiek. De afzonderlijke kunstenaar en zijn of haar werk kwamen maar matig tot hun recht. Voor dit jaar wilden we meer focus. En eigenlijk heeft de Jan van Eyck Academie ook al een groepstentoonstelling door haar Open Studio’s in februari.”
Voor de nieuwe opzet van BACA Projects liet het Bonnefanten zijn oog vallen op Rodrigo Hernández. “Hij sprong er duidelijk tussenuit”, zegt Van den Bosch. “Een robuuste persoonlijkheid die risico’s durft te nemen. Intens. Sensitief. Nieuwsgierig.” De Andrade viel door zijn activiteiten in de kunstwereld op als een ander talent dat goed zou passen naast de eveneens Braziliaanse BACA-laureaat Laura Lima. “Een geval van late roeping. Hij is door zijn omgeving er op gewezen dat hij serieus werk moest maken van zijn kunstenaarschap. Sindsdien timmert hij in hoog tempo aan de weg. Alsof het er allemaal opeens uit moet.”
Het idee achter de nieuwe opzet van de BACA Projects was ook dat de uitverkoren kunstenaars een aantal maanden kunnen verblijven aan de Van Eyck Academie. In het geval van Hernández, die er al eerder zat, gebeurt dat ook. “De Andrade is op dit moment zo druk dat hij het bij een paar bezoeken aan Maastricht moet laten”, legt de curator uit.
Voor veel jonge kunstenaars is het meedoen aan de BACA Projects hoe dan ook een ervaring. “Tentoonstellen in een museum is toch anders dan exposeren bij een kunstenaarsinitiatief of in een galerie. Jonge kunstenaars voelen dat ze in een rij van voorgangers staan. Het museum is een meneer. Ze moeten omgaan met de druk van de verwachtingen.”
Hernández speelt met zijn werk What is the Moon? voor de BACA Projects met een yantra, het visuele equivalent van een mantra. Van den Bosch: “De bezoeker zal ervaren dat hij uit elke hoek een andere kijk zal krijgen en dat de volledige waarheid zich niet laat kennen.” De Andrade toont bestaand werk, 40 Black Candies for R$ 1.00, in een nieuwe opstelling. “De politieke inslag is heel erg aanwezig. Hij deconstrueert illustraties uit een bekend Braziliaans sociologisch boek door de figuren die er op te zien zijn uit hun context te halen. Dan wordt duidelijk hoeveel er heel blijft van de voorgespiegelde multiculturele modelsamenleving en hoezeer de oude verhoudingen tussen slaaf en meester tot op de dag van vandaag doorwerken.”
Voor Europeanen voelt kunst van Latijns-Amerikanen gevoelsmatig vaak wat vertrouwder aan dan die van bijvoorbeeld Chinezen, beweert Van den Bosch. “Ze hebben ook een geschiedenis met modernisme. Tegelijk hebben ze hun heel eigen benadering. Over het algemeen laten ze meer surrealisme en spiritualiteit toe. Ze spelen meer met licht en kleuren. Het is geen modernisme van de protestantse soort.”