De waanzin der kunsten
Wat is normaal? Wat is abnormaal? Dat zijn de hamvragen die steeds opnieuw gesteld worden bij de exposities van het Gentse Dr. Guislainmuseum. Gestart als museum van de psychiatrie heeft het zich in twintig jaar tijd gespecialiseerd in outsiderkunst, art brut, en zich de thema’s in de kunsten die gerelateerd zijn aan de psychische gezondheid eigen gemaakt. Dat leidt tot uitdagende perspectieven en zet aan tot andere, artistieke percepties over psychische stoornissen.
Daarmee doet het de stichter van het instituut waarin het museum gehuisvest is, alle eer aan. Dokter Joseph Guislain, algemeen beschouwd als de eerste psychiater van België, ageerde halverwege de 19de eeuw tegen het gebrek aan zorg voor geestelijke zieken en de manier waarop ze behandeld werden in dolhuizen. Hij wilde in zijn instelling een menswaardige behandeling voor deze mensen. In het gebouw dat nog altijd een psychiatrische inrichting is, bevindt zich het museum. In de tuinen kom je altijd wel een patiënt tegen.
Het museum startte met een permanente tentoonstelling over de geschiedenis van de psychiatrie en vooral over de behandeling van mensen met een hoekje af. Dat gaat van keisnijden via koude baden en elektroshocks naar bezigheidstherapie. Geleidelijk aan kwamen er tijdelijke exposities: Gestoorde Vorsten, Pijn, Waanzin is Vrouwelijk, Verborgen Werelden, om er maar een paar te noemen. De collectie outsiderkunst De Stadshof uit Zwolle verhuisde naar Gent en de Prinzhorn-collectie uit de jaren twintig werd tentoongesteld.
Nu is er Het Spel van de Waanzin. Over gekte in film en theater, maar ook op schilderijen en in beeldende kunsten. Hoe waanzin en kunsten elkaar bevruchten.
Wij kijken graag naar mensen die in een conflict geraakt zijn en daaruit proberen te geraken. Mensen uit balans zijn boeiend om naar te kijken. En als ze op het doek of op het podium gespeeld worden, dan zijn ze op veilige afstand van ons. Dan krijgen ze een symbolische functie: ze laten zien wat als (ab)normaal wordt beschouwd, houden ons een spiegel voor, zetten ons aan tot reflectie. Denk aan de klassieke films als Rain Man, One Flew over the Cuckoo’s Nest. Of aan The Idiots van Lars von Trier. En als ze echt helemaal doordraaien dan kunnen we huiveren, lekker huiveren. Groot voorbeeld is natuurlijk Silence of the Lambs, over psychopaat Hannibal Lecter. Heel wat geestesmanken zijn hem in de literatuur, op het podium, in schilderijen en tekeningen en op het filmdoek voorgegaan, en er zullen nog wel veel volgen.
In het Spel van de Waanzin gaat het om het theatrale spel zelf. Er staat werk van Jan Fabre, en van regisseur Eric De Volder zijn er tekeningen van personages die hij tijdens de repetities uitdenkt. Acteur Julien Schoenaerts tekende ‘hersenspinsels’, beelden die hij in zijn hoofd zag. Is deze Limburgse artiest niet een van die spelers die zo opgaan in hun rol, zich zo inleven in hun personage dat ze die stap door de coulissen van dramatische realiteit naar de werkelijkheid buiten het theater niet meer maken? Zoals Antonin Artaud, icoon van de sociaal niet aanvaarde gekke geniale theatermaker?
De nar of de zot kon in vroegere tijden alle normen overtreden, en legde daarmee ook de waarheid of de idiote gedachtekronkels van de vorst bloot. Schilderijen met hysterische vrouwen tonen ons hoe passionele liefdes tot razernij of moord kunnen leiden. Hartstocht of machtsgeilheid leiden tot waanzin, zoals bij Lady Macbeth of bij Johanna de Waanzinnige of Karel de Vijfde. Psychiaters en experimenterende wetenschappers nemen de gekte van hun patiënten over, zoals Frankenstein of Dokter Caligari.
De gek als symbool voor onze blindheid. Wordt onze zogezegde klare kijk op de wereld niet vertroebeld door machthebbers? Zijn wij ook niet als marionetten aan draden die op het theater van de wereld door god weet welke pervert gemanipuleerd worden, zoals op de schilderijen van de Servische Goran Djurovic? Of is alles maar een enge droom? Kijk naar het meisje op het schilderij van Guy Van Bossche: in haar nachtpon staat ze daar, met een grotesk grijnzend masker, en met haar poppetje. Als een verschijning uit een nachtmerrie, dwingt ze tot reflectie. Over waanzin, over het opgevoerde spel, over wat normaal en abnormaal is.
Goran Djurovic, Übersetzung der Übersetzer (2005), collectie kunstenaar.
Julien Schoenaerts, Zonder titel. Collectie Omar Van Meervelde, Antwerpen.
Museum Dr. Guislain, Gent: Het spel van de waanzin. Tot 12 april 2009. www.museumdrguislain.be