Hebzucht

Rattenvanger
Ontwerper Job Smeets van Studio Job: “Wij maken geen producten in de reguliere zin van het woord, maar objecten of sculpturen. De functie van onze ontwerpen is minder belangrijk. We dienen niet de consument, maar eigenlijk ons zelf. In die zin zijn we zelf de hebzuchtigen.
De zeven hoofdzonden keren regelmatig terug in ons werk en daarbij is hebzucht zeer inspirerend, het laat zich namelijk filmisch en dramatisch goed vertalen. Het begrip heeft voor ons te maken met het kwade versus het goede. Het heeft geen zin om hebzucht te laten zien als je daar niet ook barmhartigheid tegenover stelt, vinden wij. Hebzucht heeft niet alleen te maken met materiële zaken, maar ook met het egocentrisme dat nu eenmaal in onze genen zit.
Ik denk dat de mens in wezen slecht is. In die zin is Studio Job een soort rattenvanger van Hamelen: met onze mooie, glanzende ontwerpen proberen we de hebzucht te lokken. Daarbij willen we het publiek niet zo zeer verleiden om te kopen, maar veel meer een spiegel voorhouden. We spelen zo met het begrip hebzucht. Onze eigen materiële behoeften zijn overigens vrij discreet. Mijn partner Nynke en ik leiden geen armoedig leven, maar we stoppen veel van onze verdiensten ook weer in ons werk.”

Hoogmoed

Old Hickory
Beeldend kunstenaar Appie Drielsma: “Het begrip hoofdzonden zegt me niet zo veel, ik schrik er eigenlijk een beetje van. Hoogmoed, lust, afgunst, luiheid; het zijn allemaal menselijke eigenschappen. Vaak gebruik ik een citaat van Albert Schweitzer: ‘Ik ben leven dat leven wil te midden van leven dat leven wil.’ Dat is mijn manier om die hoofdzonden te lijf te gaan, of beter nog, te vermijden.
Het belangrijkste voor mij is het ‘zijn’. Je moet leven in het moment, niet in het verleden of de toekomst. Daarbij maak je deel uit van de gemeenschap, ben je een onderdeel van een groter geheel. Die gemeenschap geeft aan wat je wel of niet moet doen, maar de normen en waarden liggen bij mij zelf. Voor mij is het voldoende dat je mensen geen pijn doet. Als iemand te ver gaat, knijp ik hem even in zijn arm, zodat hij zich bewust wordt waar hij mee bezig is.
Natuurlijk zijn menselijke eigenschappen mij niet vreemd. Zo kan ik best trots zijn op mijn werk. Bijvoorbeeld het Old Hickory monument: door inbreuk van het licht ontstaan er diagonalen in de horizontale en verticale constructie. Als ik dat zie, ja , daar geniet ik van.”

Lust

Gedoogzone
Artistiek leider Fons Dejong van AINSI: “Lust is eigen aan de mens, alleen al vanwege de voortplantingsdrift. Maar door onze rationaliteit, die ons bijvoorbeeld oplegt dat we niet naakt over straat lopen, komen we in conflict met onszelf. De christelijke religie heeft daar een oplossing voor gevonden. Zij geeft gelovigen de opdracht: vermenigvuldig u en zorg dat u de planeet beheerst. Zo creëert religie als het ware een gedoogzone voor de lust. Daarnaast schept de religie een kader, zoals de relatie tussen twee mensen, waarbinnen de lust uitstijgt boven de fysieke wellust.
In de kunst, die lange tijd dienstbaar was aan de sociale, maatschappelijke en religieuze context van de opdrachtgever, zijn er vaak elegante oplossingen bedacht om de lust te verbeelden. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van allegorieën (denk aan de asperge) of door als een soort excuuspolitiek terug te grijpen op thema’s uit de klassieke oudheid.
Sinds het begin van de vorige eeuw heeft de wellust langzaam bezit genomen van het publieke domein. Eerst met de naakten van Toulouse-Lautrec, nu in reclames en videoclips. In plaats van een middel – om een relatie te verdiepen cq in stand te houden – is wellust nu een doel geworden. Maar dat neemt niet weg dat lust ook gewoon heerlijk is.”

Traagheid

Flaneurs
Theatermaakster Kristel Boekhorst van De Bus: “Het geheim van genieten is traagheid en dat hebben de Maastrichtenaren volgens mij wel door. Zodra je richting zuiden gaat, vertraagt de pas. Het bijna uitgestorven ras van flaneurs bestaat hier nog en dat moeten we koesteren. Aan de mate van traagheid kun je zien of een Maastrichtenaar gelukkig is. En geef hem ongelijk: het is toch heerlijk om te slenteren over de kinderkopjes.
Boven de rivieren wordt het straatbeeld overheerst door haast. Traagheid is daar echt een zonde. Langzaam lopen betekent in het westen dat je lui, een lapzwans en arbeidsongeschikt bent. Je wordt continu opgejaagd. Misschien wel goed voor de ondernemer, maar ik denk dat het voor een theatermaker niet gezond is. Vliegensvlug en efficiënt een voorstelling maken bestaat namelijk niet. Theater maken kan alleen als je een van de zeven hoofdzonden begaat, namelijk vertragen. Theater maken vereist geduld, concentratie en rust. Theatergroep De Bus is daarom blij met Maastricht als standplaats. We voelen ons gesteund om in alle rust mooie dingen te maken.
Zoals Milan Kundera al schreef: ‘Er bestaat een geheim verband tussen traagheid en geheugen, tussen snelheid en vergetelheid. Hoe langzamer het gebeuren, des te intenser de herinnering. En omgekeerd: hoe sneller men leeft, hoe gemakkelijker men vergeet’.”

Onmatigheid

Eerst ’t dessert
Cartoonist Ruben L. Oppenheimer: “Ik ben een hedonist. Religieus ben ik niet, hooguit een beetje spiritueel. Ik geloof dan ook niet in een hiernamaals. Je krijgt maar één kans, dus je moet er hier wat van maken, is mijn overtuiging. Zoals een fraai Engels gezegde luidt: ‘Life is short, eat dessert first’.
Onlangs is mijn vader overleden. Hij heeft in zijn leven armoede gekend en veel ellende gezien. Voor zijn kinderen wilde hij het beter doen, maar pas laat is hij zelf van het leven gaan genieten. Die fout wil ik niet maken. Ik werk hard, maar als ik iets leuk of fijn vind, ga ik er helemaal voor. Soms onmatig, ja. Ik hou enorm van lekker eten, drinken en vrouwen. Gelukkig maar dat ik geen godsbesef heb, dan kan ik ook niet op mijn onmatigheid worden afgerekend.
Voor mijn werk ben ik niet zozeer onmatig, maar wel gulzig. Om een tekening te kunnen maken, moet ik overal een mening over hebben. Zodra ik wakker word, gaat de computer aan. Ik lees de hele dag door, surf op internet en luister naar de radio. Geen tv, die kijk ik nauwelijks. Al die input van een dag gaat in mijn hoofd gisten en daar rolt altijd weer een cartoon uit.”

Afgunst

Wat collegialer
Componist/violist/dirigent Marijn Simons: “Afgunst is een emotie die mij vreemd is. Ik doe wat ik graag wil doen. Ik kan wel onder de indruk zijn van de prestaties van andere musici, maar dat geeft me eerder inspiratie, ik word er creatief van. Afgunst is een negatief gevoel, dat leidt niet tot creativiteit. Net zo min als afgunst ken ik overigens ook de luiheid niet. Daarvoor is de drang tot creëren te groot. Er zijn altijd te veel ideeën en te weinig tijd.
Componeren is een creatief proces en soms steekt wel eens de twijfel de kop op of heb ik een haat-liefde verhouding met mijn creatie. Maar dat hoort erbij om tot de juiste keuze te komen. Zo dit al negatieve gevoelens zijn, dan staan ze altijd in dienst van het uiteindelijke resultaat.
Of anderen jaloers zijn op mij, zou ik niet weten. Ik heb er in elk geval geen last van. Het valt me wel op dat onder instrumentalisten misschien iets vaker afgunst voorkomt dan onder componisten. De laatsten zijn wat dat betreft wat collegialer. Maar ik moet erbij zeggen dat afgunst op een hoog creatief niveau eigenlijk niet meer speelt. Daar is vooral sprake van een inspirerende kruisbestuiving.”

Toorn

Wilders
Liedjesschrijver Frans Pollux: “Samen met luiheid is toorn mijn favoriete hoofdzonde. Ik beschouw het overigens niet als een negatieve emotie. Volgens mij is toorn de motivatie voor een hoop goede dingen. Het werkt namelijk als katalysator als je iets wil verbeteren. Waar sommige mensen zich laten leiden door ambitie of geld, doen anderen dat door boosheid. Als je je ergens kwaad over maakt, toont dat immers ook je betrokkenheid.
Zelf erger ik me vooral aan domheid, of althans door mij veronderstelde domheid. Mensen die geen kennis van zaken hebben, vreselijk. Omdat ik niet kan vechten, zet ik die boosheid om in iets creatiefs. Toevallig is toorn ook een belangrijk thema in mijn boek, dat in februari 2010 uitkomt. Daarin gebeurt een natuurramp en het centrale thema in het boek is de vraag of de ramp het gevolg is van de toorn Gods.
Boosheid was ook een reden om op te stappen als stadsdichter van Venlo na de overwinning van Geert Wilders bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2006. Maar meer nog wilde ik met mijn vertrek een punt maken: nadat Wilders opeens salonfähig was geworden, vond ik dat iemand iets moest zeggen of doen. Ik handelde uit noodzaak, niet om zelf in de publiciteit te komen.”