Schrijver Tommy Wieringa gaf in oktober een lezing, ik citeer, “op een statige middelbare school in Brugge, waar de leraar Nederlands zijn leerlingen zelfstandig probeerde te leren denken en ze voedde met ernstige, gewichtige kennis. Tijdens mijn lezing zat niemand op zijn telefoon te klooien, na afloop stelden de leerlingen slimme vragen.”

Muziekrecensent Maurice Wiche bezocht de Opera van Luik. Hij zat centraal op het derde balkon en, ik citeer, “zag iets waar wij Nederlanders alleen maar van kunnen dromen: zo’n tachtig procent van de etage werd bezet door kinderen – tieners of nog jonger. Het was een gekwebbel van jewelste, maar toen de dirigent opkwam, werd het stil. Muisstil. Dat bleef zo voor de rest van de avond. Opmerkelijk, want het was nog een lange opera ook: dik drie uur (inclusief pauze). Na afloop juichte het jonge grut de zangers op het podium toe alsof het popsterren waren. Ik was ontroerd.”

Respect voor literatuur, respect voor klassieke muziek, respect voor kunstenaars in het algemeen, in Nederland kom je het steeds minder tegen, zo lijkt het. Wiche, behalve journalist ook muzikant, was ontroerd én nieuwsgierig: “Wat doen die Belgen nou zo goed”, peinsde ik, “wat in Nederland voor geen meter lukt?”

Het antwoord kennen we. Het kunstonderwijs in Nederland is vakkundig naar de knoppen geholpen. Eerst in het reguliere onderwijs, nu gaat de bijl in de dans-, theater- en muziekscholen. Lokale overheden zien hun budgetten verdampen sinds de nationale politiek de hoofdpijndossiers over de gemeentelijke schuttingen heeft gekieperd. Intussen staat de premier te pronken met een staatsbegroting “waar de mensen hun vingers bij af kunnen likken.”

Zo vinden we ons terug in een land, om met Paul Scheffer te spreken, waar banken niet en ziekenhuizen wel failliet kunnen gaan. Een land waar het neoliberalisme de morele boekhouding danig uit het lood heeft geslagen.

Intussen zijn er weinig mensen die het vreemd vinden dat de bezuinigingen op kunst en cultuur in deze tijd van hoogconjunctuur niet worden teruggedraaid. En kijkt niemand ervan op als een minister de kunsten wegzet als hobbyisme waar de rest van de samenleving geen boodschap aan heeft.

In die werkelijkheid brengen we, al bijna twaalf jaar, een onafhankelijk maandblad voor kunst en cultuur uit. Dat ook nog gratis is, voor iedereen toegankelijk. Kan het inclusiever?

Uit de complimenten waarmee we dagelijks worden overspoeld blijkt veel waardering.

Om dat werk te kunnen voortzetten doe ik hier, mede namens bladmanager Christiane Gronenberg, deze jaarlijkse oproep aan u, trouwe lezers, om ZL in de laatste maand van het jaar een financieel hart onder de riem te steken. Zodat u het blad ook in 2019 weer elke maand onder uw arm kunt steken.

Geef vrijuit op banknummer NL55 SNSB 0936779675 o.v.v. ‘donatie 2018’. Of word begunstiger van ZL, en ga naar zuiderlucht.eu/begunstigers.

Intussen wensen we u alvast prettige feestdagen en een goed uiteinde van dit enerverende jaar toe.

WIDO SMEETS
hoofdredacteur
w.smeets@zuiderlucht.eu