Bijna acht jaar heb ik een stad gewoond die zichzelf als Bourgondisch beschouwt. Aanvankelijk kreeg ik van die status weinig mee. Als student leefde ik ’s ochtends op havermout en appels, ’s avonds at ik in het eetcafé waar ik een bijbaantje in de keuken had. Na mijn shift spoelde ik een salade met stokbrood weg met een gin-tonic. Uit eten zat er in die tijd niet in. Ik was het ook niet gewend. Van huis uit had ik de...