Toen ik voor deze uitgave van Zuiderlucht de foto’s zag voor bij het prachtige stuk van Patrick van IJzendoorn over Grayson Perry, waande ik me even terug in mijn kindertijd. Op weg naar school kwamen we elke dag langs de snoepwinkel van Toby Pisa. Met het dubbeltje zakgeld dat ik van mijn moeder had meegekregen, stond ik daar voor bakken vol met drop, blokken geelrood suikerschuim, stroopsoldaatjes in alle kleuren en eetbaar papier, gedrapeerd naar de kleuren van de regenboog. Op het eerste gezicht is het alsof Grayson Perry in zijn kunst zo’n ouderwetse snoepwinkel nabootst – natuurlijk is er veel meer aan de hand.

Nog zo iemand bij wie je ogen te kort komt, is Jeroen Bosch, nu 500 jaar geleden gestorven als Jherominus van Aken. Nog steeds kent deze duivelskunstenaar (of moet het duivelse kunstenaar zijn?) niet alleen talloze bewonderaars, maar ook navolgers: kunstenaars die zich door hem lieten en laten inspireren, zoals Salvador Dali en James Ensor, en, in onze eigen tijd, Chris Berens en de gebroeders Chapman. Hun beroemdste werk Hell ging ooit letterlijk in vlammen op ging, na een wederopstanding, verder onder de titel Fucking Hell. Als dat geen Bosch-geur heeft, weet ik het niet meer.

Mooi oud worden is ook een kunst. John Berger (91) verstaat het, zie zijn doorgroefde gelaat op de foto bij het stuk van Cyrille Offermans over deze auteur met een fascinerend oeuvre. Zijn levenswerk, de trilogie De vrucht van hun arbeid, over het leven van de gewone man, de immigrant en de boer, wordt opnieuw uitgegeven. Wie, zo schrijft Offermans, bekrompen, bang, laf en rancuneus Nederland niet het laatste woord gunt, kan aan deze boeken zijn hart ophalen.

Marc Alberto is een opvallende verschijning. Ik hoorde hem in de Lambertuskerk in Maastricht tijdens een Ted-X bijeenkomst klanken uit zijn instrumenten toveren die aan filmmuziek deden denken. Hij speelt onder andere in de band Jett Rebel. Omdat hij in die band volop moet improviseren, houdt hij zijn streven naar perfectie onder controle.

Bij de afdeling perfectie hoorde tot enkele weken geleden ook David Bowie, daar hoorde als vanouds ook zijn timing bij. Bowie, die erin slaagde aan de vooravond van zijn dood een nieuwe plaat uit te brengen, had volgens Leon Verdonschot meer charisma dan er in een zaal paste.

Niet toevallig is Leon Verdonschot ook een van de schrijvers die we gevraagd hebben hoe het dialect hun leven en werk(en) heeft beïnvloed. De andere auteurs zijn Wil Boesten, Daan Doesborgh, AHJ Dautzenberg, Joep Leerssen en Marente de Moor. Hun bijdrages leest u in de Zuiderlucht-special Toal Taal Taol.

Intussen hebben we ons nieuwe agendakatern ZL XT alweer uitgebreid naar zestien pagina’s. Zo is de ZL Cultuuragenda niet alleen omvangrijker, maar ook overzichtelijker geworden. Aanleidingen te over om deze maand op pad te gaan om te gaan bekijken of te beluisteren. Nu ik er bij stil sta: zo’n veelkleurig overzicht heeft eigenlijk ook wel iets van een snoepwinkel.