Mijn generatie leidt een bodemloos bestaan, schreef columnist Kiza Magendane (25) laatst in de Volkskrant. Waarna hij vaststelde dat hij en zijn leeftijdsgenoten niet weten wie ze daarvoor verantwoordelijk moeten houden.

Wat dacht je van jezelf, Kiza?

O zeker, schuldigen genoeg voor de bestaansonzekerheid van Kiza & friends, met op numero uno Mark Rutte en zijn neoliberale vrienden die een Wilhelmus-zingende samenleving voorstaan waarin multinationals geen belasting hoeven te betalen – ze zorgen immers voor werkgelegenheid voor onderbetaalde en niet-verzekerde flexwerkers en freelancers.

Welkom dus bij het 21e eeuwse proletariaat, Kiza, welkom in het land dat zonder morren aanhaakt bij de mondiale race to the bottom.

De resultante van die uitgeknepen samenleving heeft Kiza in de tien jaar die hij in Nederland woont goed in beeld gekregen: een om zeep geholpen kunstklimaat, sluiting van bibliotheken, afschaffing van studiebeurzen en het opdoeken van alle studies die geen in euro’s uit te drukken rendement opleveren. Het meest teleurstellende onderdeel in zijn analyse is, helaas, Kiza’s in ironie gedrenkte conclusie: er zit weinig anders op dan het te nemen zoals het is en op zijn tijd onder te duiken in de polonaise voor het handjevol generatiegenoten dat het wél goed doet, zoals Lieke Martens en, godbetert, Neymar.

Misschien, Kiza, helpt het als jouw verloren-generatievrienden eens héél ouderwets gaan doen door het bij zichzelf te zoeken. Door niet alleen voortdurend op Facebook en Instagram te zitten maar af en toe eens de krant te raadplegen, dat 20e eeuwse ding waar ze, ver weg van alle logaritmen, het onbekende leren kennen en in de gaten krijgen dat ze niet voor alles bang hoeven te zijn. Zelfs niet voor een bodemloos bestaan. Ze zouden eens kunnen gaan stemmen, verkiezingen, weet je wel, en dan liever niet op die man die niet van visie houdt omdat die “als een olifant het uitzicht belemmert”, noch op de partijen waarmee hij nu al een half jaar probeert een regering te vormen die naar zijn pijpen danst.

Eigenlijk kost het me niet eens zoveel moeite me in te leven in de generatie van Kiza. Misschien omdat ik in de jaren tachtig zelf deel uitmaakte van een verloren generatie. We luisterden naar punk en new wave, sommigen gebruikten (met fatale gevolgen) hard drugs, of droegen kapotgescheurde T-shirts met de tekst NO FUTURE. Dat bleek een misvatting. De toekomst was ver weg, maar niet verdwenen. Net als nu dus. Haal haar dichterbij, Kiza, haal haar dichterbij. Jouw generatie is de enige die het kan.

Door Kiza moest ik denken aan Rosanne Hertzberger, een jonge wetenschapper die de lof zingt van de magnetronmaaltijd en op elk denkbaar terrein de politieke correctheid naar de keel vliegt. Een mondige millennial, een handen-uit-de-mouwen type, dit jaar de eerste gast in de onverslijtbare tv-reeks VPRO Zomergasten. Daar bleek deze superslimme omnivoor zich ineens te verschuilen achter het pantser van de ratio en dook verscheurd door twijfel weg bij elke vraag die te dichtbij kwam.

Dus vroeg ik de millennial aan onze keukentafel hoe het nu eigenlijk zit met Kiza en Rosanne en hun generatie. “We vormen een ik-generatie die, op het moment dat ze het moet laten zien, bang is dat er niets is”, luidde het antwoord.

WIDO SMEETS
hoofdredacteur
w.smeets@zuiderlucht.eu