Elco Brinkman was in de stad. Elco is de ondervoorzitter van Nederland. Lobby is zijn tweede naam, hij zegt je en jij tegen Kamerleden, CEO’s en commissarissen. Meestal treedt hij op achter het vlaggetje van de bouw. Doet hij al jaren. Maar of het veel uithaalt?
De bouw geldt als een van de motoren van onze economie. Het is een motor die hapert. En wat doet een economische motor die hapert? Die gaat naar Den Haag. Steun vragen. Geen sector die zoveel subsidie krijgt als de bouw. Nu zowel de woning- als de kantorenmarkt op zijn gat ligt, zijn de claims hoger dan ooit. Geef ons drie miljard, en de economische groei pakt een half procent hoger uit. Zegt Brinkman.
De overheid kan het beter niet doen, die miljardenimpuls. Want de bouw heeft de ellende voor een groot deel over zichzelf afgeroepen. En in de sector is het na gedane arbeid gewoonte dat je je eigen rommel opruimt.
Jarenlang leefde de sector zwaar boven zijn stand. Met als resultaat acht miljoen vierkante meter leegstaande kantoren, in sommige steden tot vijftig procent, neergezet door een ongrijpbare kongsi van lokale overheden, investeerders, banken, ontwikkelaars en bouwbedrijven. De klinkende miljardenfraudes waar de sector bij betrokken was, kregen we er gratis bij.
Ook de woningmarkt is door een innige verstrengeling van belangen, de bouwlobby voorop, aardig verpest. Met de hypotheekrenteaftrek, de moeder aller overheidssubsidies, als katalysator. In de gouden jaren negentig stegen de woningenprijzen met 150 procent. Nu dat waterhoofd is geïmplodeerd, zit de helft van de Nederlandse huishoudens met een hypotheek die hoger is dan de waarde van hun huis.
Dus misschien is het goed dat er, om herhaling te voorkomen, eerst hier en daar wat hervormd wordt. Niet alleen in de bouw trouwens, ook bij de banken, de overheid en niet in de laatste plaats in de hoofden van de consument. Het symposium waar Elco Brinkman en nog vier anderen spraken, hier in de stad, had ‘transitie’ als thema. Met geen woord werd er gerept over wat er de afgelopen jaren allemaal is misgegaan. Geen analyse, geen reflectie, geen pleidooi voor hervorming.
Wel werden de grijsgedraaide platen van innovatie, ketensamenwerking en duurzaamheid weer afgedraaid. Met op zijn tijd een imperatief. “We weten wat bouwen is, we moéten bouwen.” De ene spraakwaterval volgde de ander, nergens viel het woord hervorming. Nou ja, een architect van enige faam vroeg om reflectie (“De bouw ligt stil, het is een goed moment om te kiezen”), maar doelde eigenlijk op wat anders.
En de bezoekers? Ze hadden niet eens het fatsoen om de muzikale slotact uit te zitten. Ze snakten naar de lunch, en de gratis Tefaf-entreekaarten die daar werden uitgedeeld.
WIDO SMEETS