In navolging van Sint-Niklaas krijgt nu ook Genk een – tijdelijk – kunstenaarsdorp. Parallel aan Manifesta9 wonen tijdens de derde week van augustus 25 kunstenaars op het binnenplein van C-mine volgens het idee van de summerschool. Bedenker Stef van Bellingen wil het concept graag exporteren naar andere steden.
Eind augustus verrijst er op het terrein van C-mine een kunstenaarsdorp, waar 25 deelnemers uit onder meer New York, Los Angeles, Mexico en Moskou hun intrek nemen. Vijf dagen lang laten ze hun werk beoordelen door commentatoren van over de hele wereld.
Het evenement, dat parallel loopt aan Manifesta9, is volgens initiator Stef van Bellingen (Villers-sur-Meuse, 1963) een uitgelezen kans voor jonge kunstenaars om hun netwerk uit te breiden. “Ik heb gemerkt dat ze nog wel wat sturing kunnen gebruiken aan het begin van hun loopbaan. Met dit kunstenaarsdorp en met de komst van invloedrijke curatoren scheppen wij die mogelijkheid,” aldus Van Bellingen, artistiek leider bij het kunstenaarsplatform WARP.
Van Bellingen ziet het dorp, waar de 25 deelnemers ook eten, drinken en slapen, als “een vruchtbare voedingsbodem. Sommige kunstenaars doen hier contacten op waar ze de rest van hun loopbaan profijt van hebben.” Roel Arkesteijn (Museum Het Domein in Sittard), Bjorn Geldhof (kunstcentrum Pinchuck in Kiev), Fatou Kande-Senghor (kunstenaar uit Dakar) en Lene ter Haar (Schunck in Heerlen) zijn enkele commentatoren die hun komst al hebben toegezegd.
Het concept kunstenaarsdorp komt voort uit zogenoemde portfoliodagen, die Van Bellingen vroeger organiseerde en waar eveneens kunstenaars en curatoren bijeen werden gebracht. Van Bellingen, afgestudeerd archeoloog en freelance curator, merkte dat een dag wat aan de korte kant was en besloot het concept uit te breiden. Gedurende vijf dagen worden colleges en workshops gegeven en brengen de kunstenaars bezoeken aan andere culturele evenementen. De eerste editie had plaats in 2010 op de Markt van Sint Niklaas.
Voor de Genkse variant was al ver voor het eind van de inschrijvingstermijn (10 juni) duidelijk dat er veel meer aanmeldingen dan plaatsen waren. De kosten per deelnemer bedragen 250 euro. “Inclusief slapen, eten en drinken. Op de laatste avond is er een feest en bouwen we een camping op het terrein,” aldus Van Bellingen. Uiteraard wordt er ook eerder een biertje genuttigd, maar, zegt de in Frankrijk geboren Belg, “ze maken er geen bende van. De volgende ochtend staan ze allemaal paraat. In Sint Niklaas heeft één keer een deelneemster uit Oostenrijk een dagdeel gemist, ze had een leuke man uit Sint-Niklaas ontmoet.”
De stad Genk speelt volgens Van Bellingen een belangrijke rol bij het realiseren van het kunstenaarsdorp. Na het succes van Sint-Niklaas en de hoge verwachtingen van deze Genkse variant denkt Van Bellingen aan uitbreiding van het kunstenaarsdorpenimperium. “Ik zou er graag een jaarlijks karakter aan geven, zodat het een soort ‘summerschool’ wordt. Steden als Den Haag, Londen en Berlijn hebben interesse, het zijn oorden waar ik graag eens zou neerstrijken.”