Lena Lapschina was here!

Muren zijn dankbare plekken voor kunstenaars, binnen en buiten de musea. Je kunt er een spijker inslaan en daar van alles aan ophangen. Je kunt er ook op schrijven en tekenen. Bij Schunck in Heerlen hangen tekeningen van Pam Emmerik, waar ze met op de muur geschreven teksten zelf commentaar op levert. Bij KUS, eveneens in Heerlen, heeft Lena Lapschina alle muren tot haar werkterrein verklaard.
Afkomstig uit West-Siberië belandde Lapschina in de jaren negentig in Wenen waar ze bleef hangen als criticus, curator en kunstenaar. Tekenen op muren deed ze pas één keer eerder, vorig jaar september, in een oude Franse villa. Toon Hezemans van KUS zag de tekeningen op internet en haalde haar als artist in residence naar Heerlen.
“Prachtige lange muren zijn het hier”, zegt Lena, “ik ben er erg blij mee.” Tot begin december gaat ze die te lijf met associatieve tekeningen en teksten. Want dat is opvallend: de teksten zijn minstens even belangrijk als de tekeningen.
Toen ik haar twee weken geleden bezocht, drukte ze me een A4tje in de handen met een tekst, afgesloten met een citaat van James Joyce, de schrijver. “Any thing, a nothing, a fancy, a chimera in my brain.” Angelsaksisch flegma, toegediend door een Siberische kunstenares. De tekeningen van Lapschina hebben ook dat onnadrukkelijke. Misschien wel vanwege de clichés – waar ze zo van houdt. “Ze dwingen ons om te kijken. Clichés staan niet toe dat je wegkijkt.”
Haar thema’s zijn alledaagse gebeurtenissen, vaak autobiografisch. “Vooral veel banaliteiten, zoals in het echte leven.” Er komen ook beelden uit de wereldgeschiedenis voorbij. Hitler op de Heldenplatz in Wenen in 1938 bijvoorbeeld, ten tijde van de Anschluss. De enthousiaste menigte is dezelfde die een stukje verder op de muur juicht voor kanselier Julius Raab toen die in 1955 de Oostenrijkers vrijheid en democratie beloofde. Met sarcasme weet Lena Lapschina wel raad, “maar je moet het niet al te serieus nemen, het leven is al serieus genoeg.”
Haar tekeningen hebben geen begin en geen eind. Ze zijn als pop ups, het gaat om het moment de kijker kijkt. Het doet denken aan epifanie, een terugkerend thema in de boeken van, inderdaad, James Joyce. Epifanie is het heldere moment, vaak een split second dat ons inzicht geeft in ons bestaan. Dat is wat Lena Lapschina beoogt. Net als bijvoorbeeld toneelmaakster Lieke Benders. En beeldend kunstenares Donya Saed, als ik me niet vergis.
Als Lapschina na 6 december weer oostwaarts trekt, zal haar werk verdwijnen. Dan komt de winterschilder bij KUS voorbij. Ze is er niet rouwig om. In de Franse villa waar ze vorig jaar werkte, hebben ze haar gevraagd de tekeningen te kopiëren op papier, zodat ze bewaard blijven. Maar Lapschina vindt dat geen goed plan.
En wij?
Wij begrijpen nu waarom. Wie op zoek is naar het moment, heeft geen tijd voor de eeuwigheid.