Van de vijf kunstenaars op de tentoonstelling in Heythuysen is Frans Koolen het verst uitgevlogen. Hij woont en werkt al meer dan vijfentwintig jaar in Stockholm, Zweden. Frans Koolen schildert en fotografeert.

“In Nederland gebeurt wel erg veel per vierkante kilometer. Ik kom er nog regelmatig, voor werk en voor familie, maar na een paar weken begint het te kriebelen en wil ik terug naar Zweden.

Frank Koolen (Baexem, 1949) is opgeleid aan de Stadsacademie Maastricht, onder meer bij zijn oom Harry Koolen. “Hij was bekend om zijn typische kleurgebruik. Ik denk dat dat nog steeds in mijn werk herkenbaar is. Vervolgens heb ik een periode in Amsterdam gewoond. Daar heb ik ook mijn latere vrouw ontmoet, de Zweedse beeldhouwster Maria Hellmin. Eind jaren tachtig – mijn vrouw afgewezen voor de Vrije Academie in Den Haag, de Beeldende Kunstenaars Regeling (de BKR) opgeheven en mijn huis aan de Rozenstraat afgebroken – zijn we naar Stockholm gegaan. En daar gebleven.

Ik ben in de eerste plaats schilder, maar heb altijd veel gefotografeerd. In opdracht van de gemeente Stockholm heb ik bijvoorbeeld alle recente kunst uit de éénprocents-regeling (die hebben ze in Zweden ook) gedocumenteerd. Mijn vrouw werkt voor ‘Kunst in de metro’ in Stockholm en had in de afgelopen jaren een aantal grote projecten in de openbare ruimte, onder meer in Noord-Zweden en Noorwegen. Ik help haar bij die opdrachten. Daardoor is het schilderen er de laatste tijd een beetje bij ingeschoten.

In Heythuysen laat ik een aantal foto’s zien. We waren op zoek naar materiaal voor een van de opdrachten van mijn vrouw en kwamen terecht bij een metaalbedrijf. Op het terrein lagen grote hopen metaalschroot. Het was productie-afval en min of meer gesorteerd: steeds lagen dezelfde vormen bij elkaar. Ik heb er foto’s van gemaakt en die afgedrukt op aluminium. Ik was getroffen door de esthetiek van die hopen en zag een verbinding met mijn schilderwerk.

Daarnaast komt er op de tentoonstelling een al wat ouder schilderij, of eigenlijk een assemblage van vijf schilderijen. Ik heb het uitgezocht omdat het dezelfde sfeer heeft als de foto’s. Nu mijn vrouw het wat minder druk heeft met opdrachten, hoop ik het schilderen snel weer op te pakken. We wonen in hartje Stockholm, maar in de zomer gaan we naar ons huis in de bossen. Dan komen de kwasten weer te voorschijn.”