Mode is moralistisch. Hoe ‘het hoort’, lijkt nog altijd de norm. Tijdens FashionClash, een primeur in de pril ontluikende modestad Maastricht, wordt daarmee gebroken. Daarnaast spelen frustraties bij de initiatiefnemers een rol. “Wil deze stad überhaupt dat ik hier ben?”
Geen goodie bags onder de stoel
Het gaat goed met de emancipatie van de mode. Gerenommeerde musea ondernemen nobele pogingen om deze wispelturige kunstvorm voor het voetlicht te brengen, popmuzikanten veranderen in stijliconen en terwijl tv-kijkend Nederland overspoeld wordt met goedbedoelde kledingtips heeft elke zichzelf respecterende stad tegenwoordig een fashion event.
In 2001 gaf Walter van Beierendonck, enfant terrible van de Belgische mode, in Antwerpen al een imposante voorzet. Landed Geland was één van de eerste grote mode-evenementen van de Lage Landen en verbond de Vlaamse stad voor eens en altijd aan mode. Nederland volgde enkele jaren later met de Amsterdam International Fashion Week, de Arnhemse Modebiennale en het Rotterdamse multi-culturele Bridges to Fashion.
Mode is actueel en ook in Maastricht begint het te broeien, vooral van onderaf. Gelukkig maar. Een stad met een kunstacademie én een modeopleiding die zich de laatste jaren positief ontwikkelde, mag zich best eens laten horen. Het gerucht ging als een lopend vuurtje langs de Nederlandse modepers: ‘Maastricht krijgt ook een fashionweek…’
Nawie Kuiper, Branko Popovic en Els Petit hebben er flink aan moeten trekken, maar eind van de maand vindt Fashion Clash Maastricht toch echt plaats. De voormalige Timmerfabriek van Sphinx aan Het Bassin vormt het decor voor “mode in de breedste zin van het woord”, uitgedragen in shows, collectiepresentaties, een expositie, een weblog en mogelijk in etalages in de binnenstad.
‘Mode in brede zin’: het lijkt op het eerste gezicht een nogal stuurloze artistieke visie. Geen keuze is in dit geval echter ook een keuze, vindt Nawie Kuiper: “Hiermee geven we letterlijk inhoud aan het woord clash: door totaal verschillende soorten ontwerpers bij elkaar te brengen. We wilden in geen geval beperkingen opleggen, want FashionClash gaat niet over smaak of over hoe het hoort, maar over eigenheid. Het is jammer dat je vaak precies kunt zien van welke academie een ontwerper komt. Ik vind het veel interessanter als iemand een heel persoonlijk handschrift heeft.”
De naam Clash blijkt goed gekozen. Behalve modeontwerpers doen er productdesigners, grafisch ontwerpers, filmmakers en beeldend kunstenaars mee. Er is bewust gezocht naar jonge makers die op een andere manier met mode bezig zijn. De mix van disciplines en het opzoeken van grenzen valt samen met de vraag die Kuiper, Popovic en Petit willen stellen, misschien wel in de eerste plaats aan zichzelf: wat is mode eigenlijk? Kuiper: “Dat weet ik zelf nog niet eens, maar ik wil ook absoluut niet aan het publiek laten zien: dit is mode. FashionClash is een experiment en de uitkomst is voor mij net zo spannend als voor de bezoekers.” Popovic: “Mode is een beweeglijke en onderzoekende discipline die veel overlap vertoont met andere kunstvormen en juist dat maakt het interessant.”
Eén van de kristallisatiepunten van zo’n crossover is het werk van De meisjes. De collectie Brave ones Walking Wasteland van Severine Jessen en Meyke Link beleeft een primeur tijdens een van de shows eind juni. Eefje Schenk werkt momenteel de tassen- en sieradencollectie Home sweet home voor de FahionClash en betreedt daarmee eveneens nieuw terrein. Alledrie studeerden ze vorig jaar af aan de Academie Beeldende Kunsten Maastricht, Jessen met een kledingcollectie, Link met interieurstoffen en Schenk bij productdesign. Enkele andere namen die hebben toegezegd zijn Miriam Hartwig, Nathalie Vanheule, Romy Smits, Linda Maissan en Cédric Pradel: ontwerpers die de confrontatie met andere disciplines niet schuwen.
Maar de clash gaat verder. De dame die normaal enkel haar inkopen doet op de Stokstraat mag aan de catwalk plaatsnemen langs de puber die zijn garderobe bij H&M aanschaft. De organisatie mikt op een breed publiek, en van de gebruikelijke glamour bij modeshows is dan ook geen sprake. “Bij ons zul je geen goodie bags onder je stoel aantreffen. Het gaat om de ervaring van mode als kunstvorm. We willen dat bezoekers zich afvragen: wat vind ik hier nou eigenlijk van? En juist aan die ene huisvrouw die zich mode laat voorschrijven, willen we laten zien dat het echt niet altijd rokje, blousje, jasje hoeft te zijn.”
Mode voor en door iedereen, zo lijkt het. De verklaring ligt voor de hand volgens Popovic: “Mode communiceert goed en kan daardoor gemakkelijk een brug slaan tussen verschillende groepen mensen.” Een goede reden voor de stad Maastricht om, in navolging van bijvoorbeeld Arnhem waar deze maand ook de modebiënnale plaatsvindt, zo’n fashion event te ondersteunen.
Dan de hamvraag: is de stad er klaar voor? Nawie Kuiper: “Wij stellen die vraag ook. Het evenement is ontstaan uit frustratie: wil deze stad überhaupt dat ik hier ben? Of maken alleen dure winkels Maastricht tot modestad? We zullen het zien. Als het niet werkt, moet ik misschien wel weg hier.”
FashionClash Maastricht, van 26/6 tot en met 5/7. www.fashionclash.nl
Modebiennale Arnhem, van 6/6 tot en met 6/7. www.modebiennalearnhem.nl