Sinds ik de avondkrant noodgedwongen op een tablet lees (sommigen zien dat als vooruitgang, ik niet) overvalt me na het eten een onbedaarlijke lust tot bladeren. De laatste dagen blader ik mezelf tot rust in een boekwerk getiteld Secret Postcards. Eigenlijk is het geen boek, maar een catalogus. Met de dikte en het formaat van een scheurkalender, met alle 575 kunstwerken van de gelijknamige tentoonstelling, half november in Maastricht. Eigenlijk was het geen tentoonstelling, maar een actie. Kunstwerken op postkaartformaat, te koop à 55 euro. Maximaal vier per persoon, pas na afloop werd bekendgemaakt wie de makers waren.
Het idee is overgewaaid uit Londen, waar Secret Postcards al sinds 1993 een gloeiend succes is. In Maastricht pakte het niet anders uit. Op de eerste dag was driekwart van de werken verkocht. Wat in de Jan van Eyck Academie, waar de werken werden getoond, verder opviel: de perfecte organisatie en de kwaliteit van het gebodene. Niet voor niets zit ik nu elke avond te bladeren. At random, de enige (schijn)ordening in het boek is die van het alfabet.
Heel even beschouwde ik het ontbreken van kunstenaars-cv’s als een gemis, maar ook daar hebben de organisatoren goed over nagedacht. Je wil weten? Niks ervan. Kijken!
Onder de werken staan de namen, that’s all. Onder de 250 deelnemers zitten veel bekenden, maar nog veel meer onbekenden. Je kunt ze goochelen, maar dat doe je dus niet. Kijken! In de wandelgangen van de tentoonstelling had ik al gehoord dat er ook designers tussenzitten, en mode-ontwerpers, fotografen, architecten, muzikanten, account managers, meubelmakers, noem maar op. Hier worden de laatste resten vermolmde muren van de autonome kunst(enaar) geslecht, academische schijnbewegingen doen er hier niet toe. Wat je ziet, is wat telt: ambachtelijk conceptueel mensenwerk. “There’s no such thing as art, there are only artists.” U weet vast nog wel wie dat zei.
Uiteraard was er de scepsis, vooral onder kunstprofessionals. Het is nieuw en het is Nederland, dus er wordt gemopperd en gemonkeld, ach, zo gaat dat nu eenmaal. Moeten die arme kunstenaars zich nu ook nog anoniem, en gratis bovendien, blootstellen aan het plebs dat vooral op de dumpprijzen afkomt!? Die zielige kunstenaars tot object maken van zoiets ordinairs als smaak en begeerte, zonder een serieuze (uiteraard door een hooggeschoolde curator, na heel diep nadenken geconcipieerde) kunsthistorisch verantwoorde context? Nee, dat kan echt niet!
Gelukkig hadden de kunstenaars zelf, ze zijn niet arm en al helemaal niet zielig, minder bezwaar. Hun enthousiasme om mee te doen was groot, het werd tijdens en na afloop van de actie nog groter. Alle curatorenklets ten spijt, de grootste drive van een kunstenaar is het maken van kunst en het vervolgens laten zien. Dat gebeurde volop, tijdens dat weekje Secret Postcards in Maastricht. Het liep storm, de verkopen waren boven verwachting en de voorspelbare kritiek bleek goed voorspeld. De begeerte is in deze neo-liberale tijden groter dan ooit, het bijbehorende ellebogenwerk gênant. Koopjesjagers onder de kunstliefhebbers! Welcome to the real world! De Gordon Gekko’s zijn onder ons, ook hier. Dat het bij Secret Postcards niet gaat om de knikkers, maar om het spel, dat muntje zal nooit vallen. Het maakt Secret Postcards onbedoeld tot de ultieme snobtest. Ben je na het bekendmaken van de namen teleurgesteld over het werk dat je aankocht, dan ben je er een. Achttien karaats.
Zo belandde het werk van een coryfee als Berend Strik niet bij zo’n Gekko, maar bij een zesjarig menneke, hij zag er een ruimteschip in. Onbetaalbaar, dat ouders hun kinderen (er waren er opvallend veel van) 55 euro in handen stoppen om met eigen ogen hun eerste kunstwerk te kopen. Ontroerend, dat volwassen mensen die nog nooit in een museum waren, een middag lang met rode konen langs anonieme postkaarten lopen, zoeken, vinden, vergeten, terugvinden, en maar kijken, kijken, kijken, om vervolgens bij de organisatie te gaan beloven dat ze morgen terugkomen omdat 575 kunstwerken nu eenmaal niet op één middag in één hoofd passen.
Dat is het spel van Secret Postcards, zo moet het gespeeld worden.
Ik weet niet of er onderzoek is gedaan naar de bijna 20-jarige geschiedenis van het Britse voorbeeld, maar het zou zo maar kunnen zijn dat mensen door Secret Postcards hun eerste stappen hebben gezet als verzamelaar. Regelmatig lezen we van professionals hoe belangrijk particuliere verzamelaars zijn voor de musea. Toevallig waren er net die ene Secret Postcards-week in november een aantal van hen drukdrukdruk of anderszins verhinderd. Niet getreurd, gelukkig is er de catalogus nog. Die anarchistische, context-loze, niet-hiërarchische, smaak en begeerte opwekkende, avondverslindende pageturner die eruitziet als een scheurkalender.
Ze krijgen hem alsnog toegestuurd, begreep ik. Gratis.
Als dat nog geen koopje is.
WIDO SMEETS