…graniet met fluwelen rand

Een genie. De meester der meesters. Pure religie. Uitzinnige toestanden in de zalen. Superlatieven schieten tekort als het om de Russische pianist Grigory Sokolov gaat. Hier en daar is er ook reserve. “Het is een hype, maar eigenlijk voel ik een lichte aversie.”

“Niet alleen het fenomenale genie van pianist Grigory Sokolov imponeert, maar ook de standvastigheid daarvan”, schreef NRC Handelsblad. Vervolgens deed recensent Floris Don een gooi naar de top van de Champions League in pianoland. Wie zijn de Messi, Ronaldo of Robben onder de pianisten? “Maurizio Pollini heeft wel eens een mindere dag, Radu Lupu wordt steeds excentrieker. Op Sokolov kun je altijd bouwen.’

“Ik heb eerlijk gezegd niet zo veel met Sokolov”, aarzelt Sylvester Belaert, radiomaker en programmeur van Musica Sacra. “Eigenlijk voel ik zelfs een lichte aversie tegen de hype die rond hem is ontstaan. Ik hoor om me heen dat het een indrukwekkende virtuoos is en de absolute top, maar ik heb mijn reserves. Misschien heb ik teveel naar Ivo Pogorelich geluisterd, die ik meer bewonder maar die nu op zijn retour is. Toegegeven: Ik heb Sokolov maar één keer live gehoord, in 1995 speelde hij het tweede pianoconcert van Rachmaninov tijdens De Proms. Weet je wat, ik kom binnenkort gewoon luisteren in Maastricht.”

Grigory Sokolov (Sint Petersburg, 1950) wordt beschouwd als een van de laatste vertegenwoordigers van de oude Russische School die door de broers Anton en Nikolai (eind negentiende eeuw) Rubinstein werd gesticht. Die staat voor een rijke pianotraditie in Rusland; kinderen worden vanaf de peuterleeftijd goed geschoold en stromen via hoogstaande muziekscholen door naar conservatoria. Het systeem leverde grote pianisten als Rachmaninov, Horowitz, Richter, Gilels, Sherkassky en Berman af. Met name subtiel gebruik van de pedaal wordt zo met de paplepel ingegoten.

De Heerlense pianist Roger Braun hoorde Sokolov voor het eerst in 1992 in de serie meesterpianisten, die de Rus sindsdien vrijwel jaarlijks heeft opgeluisterd. Braun studeerde zelf nog aan het conservatorium. “Ik vond het verpletterend en vroeg me af hoe het kon dat ik nooit eerder van hem had gehoord. Vooral die combinatie van helder pianospel en die ontzettende power was een belevenis. Hij heeft een stralende klank, graniet met een fluwelen rand.” Daarna bleef Braun hem volgen. “Ik was en ben nog een enorme fan van Glenn Gould die ook heel helder en heel weinig pedaal speelt maar die niet zoveel power heeft als Sokolov.” Toch ziet Braun langzaam het pianissimo, de zachte tonen, in zijn spel komen. Goed te horen ook op de laatste uitgave van Sokolov, The Salzburg Recital (2008), zijn debuut op Deutsche Grammophon waarop hij vooral Mozart, Chopin en Scriabin speelt. Live uiteraard, Sokolov verdomt het de studio in te duiken.

Braun zelf speelt vaker met bariton Maarten Koningsberger, ze brachten drie cd’s uit. “Met een zanger naast je maak je beperkt gebruik van het pedaal. Of je moet wel heel nauwkeurig pedaal spelen, zoals Sokolov. Als je niet oppast, kun je met de pedaal een zanger zo wegblazen.” Aan de superlatieven die over de Rus worden uitgestort, hecht Braun weinig waarde. “Er zijn meer mensen die iets magisch kunnen overbrengen. Ik hou van pianisten die niet meteen alles weggeven, zo blijf je op het puntje van je stoel zitten. Vergis je niet, je kunt ook je publiek wegblazen, piano spelen is niet alleen de ruimte vullen.” Het valt Braun ook op dat Sokolov steeds vaker op de recital-tour gaat. “Waarom zou je ook alleen maar bravourestukken spelen? Als je tegen een orkest moet spelen, moet je je veel geluid geven. In een recital hou je alles in eigen hand.”

Vaak en graag luisterde pianiste Daria van den Bercken naar Sokolov. Zelf specialiseerde ze zich in de klaviermuziek van Georg Friedrich Händel. “Er zijn zelden pianisten die een concentratieboog zo lang kunnen vasthouden tijdens een recital. Een concert van Sokolov bijwonen is een soort leerproces: ik ben na afloop altijd moe omdat ik zo intensief in de tekst van de muziek word getrokken. Dat is voor mij zijn belangrijkste kracht. Daarnaast heb je dan nog de klankvorming, de helderheid van zijn spel et cetera, maar dat zijn technische zaken die van een ongelooflijk hoge standaard zijn. Dat komt er nog eens bij.”

“Zijn spel is vlezig, vol, krachtig en tegelijk zeer geraffineerd”, bewondert pianist Arthur Schoonderwoerd vanuit het Franse Besançon, zijn woonplaats. “Hij is een pianist van de lange lijn. Als hij begint aan een grote Schumann-cyclus, wat mij betreft een van zijn sterke punten, dan gaat hij van begin tot einde door. Er zijn pianisten die stokken, die het geheel niet kunnen vervolmaken; Sokolov heeft een enorm groot vormgevoel waardoor hij de grote lijn vast kan houden.” Het spel brengt Schoonderwoerd naar het landschap van Siberië, en vooruit, naar het oneindige.

Natuurlijk valt er ook wel wat af te dingen op al die loftuitingen. Schoonderwoerd: “Hij overdrijft wel eens in de tempi die hij heel langzaam neemt of in de dynamische schakeringen. Dat excessieve, dat hebben pianisten als Richter en Gavrilov ook een beetje. Horowitz vind ik veel meer een pianist die zonder gewicht kan spelen. Sokolov gebruikt zijn lichaamsgewicht om klank te produceren. Horowitz doet het met vingerspel, daarom is hij ook zo virtuoos.” Schoonderwoerd zelf concerteert vooral in Duitsland, Frankrijk en Zwitserland, al speelde hij een maand geleden nog in Maastricht. Hij doceert piano aan het Hoge Conservatorium in Barcelona. Is Sokolov een pianist die hij laat horen aan zijn studenten? “Ik laat niet zo veel pianisten horen. Ik ben bang dat ze hem na proberen te doen en zo tics oplopen in hun spel. Een pianist moet oorspronkelijk zijn. Sokolov kun je niet nadoen. Hij speelt vanuit zijn persoonlijkheid.”

Grigory Sokolov – Recital. Theater aan het Vrijthof Maastricht op 13 mei, 20 uur.