Achter Isaac Juliens dromerige beelden gaat een door racisme en discriminatie gekleurde wereld schuil. ISABEL FERREIRA DE SOUSA dompelt zich onder in zijn oeuvre. ‘Tijd is een verstrengeling van momenten zonder begin en einde.’
Als zwarte, homoseksuele kunstenaar gebruikt Isaac Julien zijn werk om aandacht te trekken voor ongelijkheid en discriminatie. In een van zijn eerste werken, Who Killed Colin Roach (1987) laat Julien zien hoe de moord op een zwarte jongen door de politie wordt vastgelegd. Archiefbeelden van demonstraties en tv-getuigenissen van familieleden van het slachtoffer, gekoppeld aan een lange, ritmische en doordringende muziekperformance, beschrijven wat er is gebeurd.
De artistieke registratie van de moord op Colin Roach vormt de introductie tot What Freedom Means To Me, de grote overzichtstentoonstelling van Isaac Julien (Londen, 1960) in het Bonnefanten in Maastricht. Het werk contrasteert in tal van opzichten met het volumineuze Once Again… (Statues Never Die) uit 2022, waar op vijf immense videoschermen geprojecteerde zwartwitbeelden worden gereflecteerd door spiegels aan de muur. De installatie gaat over hoe Afrikaanse kunst in westerse musea terecht is gekomen en hoe die wordt waargenomen door blanke mensen. Julien toont een gruwelijk moment in de koloniale geschiedenis en de impact daarvan op zwarte kunst, cultuur en identiteit.
Op een ander scherm zijn schrijver/filosoof Alain Locke, de vader van de Harlem Renaissance van een eeuw geleden, en Albert C. Barnes, een vroege verzamelaar van Afrikaanse kunst, verwikkeld in een geëngageerd gesprek over herkomst en betekenis van beelden en voorwerpen uit de Afrikaanse cultuur. De complexiteit van het thema weerhoudt Julien er niet van een parallel verhaal te tonen over homoseksualiteit en liefde, muziek en poëzie. De herhaling van de beelden werkt hypnotiserend: Lockes indringende vragen én sommige beelden blijven lang hangen.
In Looking for Langston (2019) worden bezoekers gekatapulteerd naar een glamoureuze gay bar in de jaren twintig waar mannen met elkaar praten, drinken en flirten. De scène wordt afgewisseld met sensuele en intieme beelden uit een andere ruimte. Aan deze glamour en intimiteit komt een abrupt en gewelddadig einde wanneer mannen met honkbalknuppels de ingang van de bar forceren om binnen te komen. Julien verbeeldt de tweeledige waarheid over de subcultuur van de Harlem Renaissance, een opleving van artistieke en culturele activiteit onder Afro-Amerikanen in het interbellum. De titel van het werk verwijst naar Langston Hughes (1902-1967), een toonaangevende schrijver/dichter activist uit die scene die de kracht van de zwarte cultuur benadrukte. Maar elke emancipatie kent haar limiet; Hughes heeft zijn homoseksualiteit nooit geopenbaard. Het tonen van liefde en verlangen buiten de queer gemeenschap was taboe.
Juliens scope lijkt onuitputtelijk. Marvelous Entanglement (2019) is een kleurrijke film waarin hij zijn camera richt op de gebouwen van Lina Bo Bardi, een Braziliaanse architecte van Italiaanse komaf die zich liet inspireren door de lokale tradities en cultuur. Buiten een gebouw lopen mensen met traditionele kostuums terwijl binnen een danser met klei in de weer is. Julien laat de Braziliaanse actrices Fernanda Montenegro en haar dochter Fernanda Torres scènes spelen uit het leven van Bo Bardi; wandelend door haar gebouw citeren ze uit haar teksten. Door Westerse normen te doorbreken wil ze haar werk letterlijk tijdloos maken: ‘Lineaire tijd is een westerse uitvinding. Tijd is niet lineair, het is een prachtige verstrengeling waarin op elk moment punten kunnen worden gekozen en oplossingen kunnen worden bedacht, zonder begin of einde.’
In What Freedom Means To Me verlegt Julien de grenzen van film door muziek, fotografie, dans, performance en tal van perspectieven toe te voegen. De tien getoonde werken laten een ontwikkeling zien van de directe weergave van de werkelijkheid en getuigenissen aan het begin van zijn loopbaan naar de sensuele en dromerige beelden in zijn latere werk; ze maken het contrast met de zaken die hij aan de orde stelt des te groter.
Wat in die periode is gebleven: verborgen en publiek racisme, discriminatie van mensen uit de LGBTQ-gemeenschap, het door Westerse visies gedomineerde debat over het teruggeven van Afrikaanse kunst – Juliens dromerige verhalen vormen een poëtische daad van verzet ertegen. In What Freedom Means To Me viert hij de diversiteit en de rijkdom van de zwarte cultuur en laat zien hoe veerkrachtig en hybride de zwarte identiteit is. Het ontbreken van een confronterende toon maakt zijn werk tot een aanhoudende uitnodiging om de dialoog te blijven aangaan.
Isaac Julien – What Freedom Means To Me. T/m 17.08 in het Bonnefanten in Maastricht. bonnefantenmuseum.nl