Bijna veertig jaar na dato wordt de vondst bij Buchten van veertig skeletten opnieuw onderzocht. Zijn het vermoorde wederdopers uit de 16e eeuw, zoals steeds aangenomen, of is het een massagraf van duizend jaar ouder? “Misschien is het Romeinse bouwwerk door de Merovingers hergebruikt als begraafplaats.”

Het haantje van Buchten is een publiekslieveling. Vraag bezoekers van de archeologiecollectie van het Limburgs Museum in Venlo na afloop wat hen is bijgebleven en veel van hen noemen het vijftien centimeter hoge bronzen beeldje. Het is de combinatie van historische sensatie, kleurenrijkdom en nog altijd aansprekend, 1800 jaar oud ‘design’.

Reden voor het museum om specialisten aan het werk te zetten om meer verhaal bij het haantje te vinden. De Maastrichtse archeologe Beatrice de Fraiture is een van hen. De klus is nog in volle gang, maar ze waarschuwt nu al dat de hele operatie niet zozeer antwoorden, maar vooral nieuwe vragen oplevert.

In het Limburgs Museum is het haantje steeds tentoongesteld met een bronzen voet met inscriptie: ‘aan de godin Arcuana heeft Marcus Ulpius Verinus, veteraan van het zesde legioen, zijn gelofte gaarne naar recht en billijkheid ingelost.’ Dat deden Romeinen vaker, zegt De Fraiture. “Als een smeekbede was verhoord, bijvoorbeeld een veilige terugkeer uit een oorlog, dankten ze zo hun goden. Maar over Arcuana is niets bekend.”

Haantje met voet werden in oktober 1976 gevonden bij helaas nooit volledig beschreven opgravingen in Buchten. Amateurarcheologen kregen lucht van een geplande verkoop van een terrein, waar een verhoging in het landschap zou worden afgegraven voor de bouw van een bedrijf. Dat mocht niet gebeuren voor er eerst naar de sporen van de geschiedenis was gekeken. De autoriteiten waren het daarmee eens en dus gingen de schoppen de grond in.

Het perceel bleek een bonte verzameling aan vondsten op te leveren, daterend uit de lange periode tussen de steentijd en de zestiende eeuw. Meest opmerkelijke vondst: veertig gave skeletten. De Fraiture: “Uit geschreven bronnen was bekend dat in 1535 in de buurt van Born een groep van rond de veertig wederdopers is terechtgesteld. Dan is een vondst als deze te mooi om waar te zijn. Dus werd al snel aangenomen dat het hier ging om de lichamen van aanhangers van deze protestantse sekte die zich onder meer onderscheidde door volwassenendoop en een streven naar scheiding van kerk en staat. De toenmalige pastoor van Buchten heeft zich over de stoffelijke overschotten ontfermd. Ze hebben een monumentje gekregen op de plaatselijke begraafplaats.”

Maar klopt de aanname? Tussen de vondsten uit 1976 bevindt zich ook een doosje met twee wervels. “Waarschijnlijk zijn ze apart bewaard omdat ze helemaal groen waren uitgeslagen, waarschijnlijk door bronzen sieraden”, zegt De Fraiture. De restanten werden met moderne onderzoeksmethoden opnieuw gedateerd. Wat bleek? De wervels zijn uit de zesde of zevende eeuw, de tijd van de Merovingers. Meer dan duizend jaar ouder dus dan tot toe werd aangenomen.

Waarmee niet gezegd is dat ook de veertig skeletten van Merovingische afkomst zijn. Want de wervels uit het doosje kwamen dan wel in 1976 aan de oppervlakte, maar was dat ook bij de veertig lichamen? De Fraiture: “Dat is niet duidelijk. De skeletten kunnen dus best van wederdopers zijn. Om dit te achterhalen is nader onderzoek nodig.”

Materiaaldeskundigen bekijken inmiddels de vondsten van destijds. Specialisten leggen hun visies tegenover elkaar tijdens discussiebijeenkomsten. De Fraiture probeert zoveel mogelijk bronnen te verzamelen, ook omdat archeologen van tegenwoordig met meer standaardregels werken dan in 1976. Zo beschikt De Fraiture over niet meer dan een weinig duidelijke kopie van een schets met een overzicht van wat waar gevonden is. De nauwkeurige tekening van de opgraving, die in elk geval bestaan moet hebben, ontbreekt. Duidelijkheid over de exacte vindplaats van afzonderlijke objecten legt mogelijk ook verbanden bloot. “De skeletten lagen bijvoorbeeld binnen een oude Romeinse structuur. Het grondplan was te groot voor een villa. Wat was dat voor een bouwwerk en is het door de Merovingers wellicht hergebruikt als begraafplaats voor hun doden?”

Alles wat nog duidelijkheid kan geven over de opgraving in 1976 wordt naast elkaar gelegd. Laatst was ze op bezoek bij een voormalige geschiedenisleraar uit Buchten. Die bleek veel van de opgraving te hebben vastgelegd op dia’s. Het beeldmateriaal kan een nuttige bron blijken als De Fraiture en anderen proberen de scherven van informatie aan elkaar te lijmen. Uiteindelijk gaat Ton Derks, docent Romeinse archeologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam, uit alle theorieën een verhaal destilleren.

Tot die tijd laat de complexe puzzel De Fraiture niet los. Haastig conclusies trekken is na gerezen twijfels over de echtheid van het 13e eeuws Joods badhuis in Venlo meer dan ooit uit den boze. Desondanks zou het mooi zijn als de stukjes van de Buchtense puzzel wat meer op hun plek zouden vallen.

Archeologie anders

Schilderingen uit de in Maasbracht gevonden Romeinse villa. Sporen van een begin achtste eeuw gesticht vrouwenklooster in Susteren. Ze moeten in de vernieuwde zalen oudste geschiedenis van het Limburgs Museum voor meer verhaal gaan zorgen.

“We willen meer gaan tonen dan alleen mooie en belangrijke voorwerpen”, legt assistent-conservator Gemma Jansen uit. “Dat betekent niet alleen tekstuele uitleg, maar ook context laten zien. Een tempel bij het Haantje, als dat uit het onderzoek komt. De villa bij de schilderingen uit Maasbracht. En hoe mensen daar leefden.”

De vernieuwde zalen van het Limburgs Museum zijn voor het publiek geopend vanaf 3 mei 2014. De resultaten van het onderzoek naar achtergronden bij het Haantje van Buchten, de wandschilderingen uit de villa bij Maasbracht en de zusters uit het klooster in Susteren zullen worden gepubliceerd in vakbladen en De Maasgouw, het tijdschrift van het LGOG.