Weinig fotografen hebben zoveel mensen op de kast weten te jagen als Oliviero Toscani (Milaan, 1942). Hij heeft niet alleen een neus voor actuele, controversiële thema’s, hij weet ze ook als geen ander in de publiciteit te brengen. Met wisselend effect. “Visueel lawaai en moreel-culturele snoeverij” oordeelde NRC Handelsblad toen het Bonnefanten in 1998 zijn Benetton-campagnes liet zien. Tegelijkertijd was het de drukst bezochte tentoonstelling van het museum ooit.
Twintig jaar later – en wijzer, mogen we aannemen – is Toscani van schreeuwer tot fluisteraar geworden. Al blijft hij ook in zijn nieuw rol grootschalig denken. Met zijn wereldwijde project Razza umana is hij nu in La Cité Miroir in Luik neergestreken, het voormalige stedelijk zwembad waar hij met zijn team in mei vorig jaar zo’n 500 stadsbewoners fotografeerde. Het resultaat ervan is nu te zien, afgewisseld met de foto’s die hij maakte in Thailand, Guatemala, Zwitserland, Namibië, Italië uiteraard en nog tal van andere landen. Wat Toscani met Razza umana wil uitdrukken? “We zijn allemaal anders, maar behoren tot hetzelfde ras. Iedereen is uniek.”
Niet toevallig is in hetzelfde gebouw een expositie te zien over de zeventigste verjaardag van de Verklaring van de Rechten van de Mens – waar in Nederland opvallend genoeg nog weinig ruchtbaarheid aan is gegeven.
Oliviero Toscani, Razza umana. Van 11 januari t/m 1 april in La Cité Miroir in Luik. citemiroir.be













