Toen Lodewijk XIV in 1668 de noordgrens van zijn Frankrijk wilde opschuiven naar de Rijn, stak de Nederlandse republiek daar een stokje voor. Zijn wraak begon met de belegering van Maastricht in 1673. ROB SCHOONEN ging naar een expositie over deze roerige periode en ontmoette er een zekere d’Artagnan.

Eigenlijk is het een soort broederstrijd tussen twee tegenpolen. Ga maar na: de één, Lodewijk XIV, liet ooit optekenen: ‘Er is maar één manier om koning te zijn en dat is om groots te zijn’. De ander, Willem III, hield het bij ‘de grootsheid van koningen en van hun onderdanen hangt af van de exacte naleving en handhaving van wetten, vrijheden en gebruiken’. 

Van Lodewijk XIV, de Zonnekoning, hangt in het Limburgse Museum in Venlo een enorm schilderij waarop hij zich toont als een Romeins veldheer te paard, inclusief een door een engel gedragen lauwerkrans en de zojuist verslagen stad Maastricht op de achtergrond. Willem III, de Hollandse stadhouder die ook koning van Engeland was, werd rond dezelfde tijd door Cornelis de Man geschilderd, met strenge blik en glimmend harnas tegen een achtergrond van wandkleden. De extravagante katholiek Lodewijk die zich het liefst spiegelde aan Alexander de Grote, versus de introverte protestant Willem III. De twee waren nog familie ook. Ver weg weliswaar, maar toch.

Atelier Hyacinthe Rigaud (1659-1743), Lodewijk XIV, koning van Frankrijk en Navarra, 1701-1712. © Château de Versailles. foto Christophe Fouin

Het is 350 jaar geleden dat Lodewijk besloot die Hollanders een lesje te leren. Met een leger van ruim 100.000 man, het grootste leger ooit, denderde hij vanuit Charleroi naar het noorden, om zijn landsgrenzen op te rekken. In juni 1673 sloegen de manschappen hun tenten op voor Maastricht, dat zich na een belegering van dertien dagen overgaf. Het leger werd aangestuurd door de koning zelf, vanuit een enorme tent, goed voor driehonderd personen, inclusief artsen en maîtresses. Dat van die tent weten we omdat er een grote kaart is waarop de belegering van Maastricht tot in detail is weergegeven. Alle garnizoenen, loopgraven en dus ook die koninklijke tent staan erop.

Dat de Franse koning Maastricht zo rap op de knieën kreeg, had ongetwijfeld te maken met de 20.000 kanonskogels die in die dertien dagen op de stad werden afgevuurd. Maar het heeft waarschijnlijk nog meer van doen met Sébastien le Prestre de Vauban, die de belegering leidde; hij gold als een groot militair strateeg. Hij bedacht onder meer de loopgraven die ’s nachts werden gegraven; ze bewogen in een zigzagpatroon richting stad, waren zó diep dat er vanaf het bolwerk Maastricht niets tegen kon worden gedaan en kwamen elke nacht een stukje dichterbij.



Op 30 juni begon de zogeheten stormloop, met tweeduizend man, onder wie een van ‘s konings musketiers d’Artagnan, historisch figuur in boeken en films, die tijdens de belegering het leven zou laten. Maar Maastricht maakte geen kans, binnen twee weken kon gouverneur Jacques de Fariaux niet veel anders doen dan capituleren.

Stadhouder Willem III had weinig weerwerk tegen de Franse overmacht. Op zee was de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden heer en meester, op land was het schrapen. Na de val van Maastricht zetten de Fransen koers naar het noorden en bezetten een tijdlang Utrecht. Uit die tijd dateert het spreekwoord: ‘Het land was reddeloos, de regenten radeloos en het volk redeloos’. Door een deel van de Nederlanden onder water te zetten rond de Waterlinie kon de opmars van de Fransen worden gestopt. Met de Vrede van Nijmegen (1687) kwam een einde aan de Hollandse Oorlog en deed de Franse koning afstand van Maastricht.

Kaart, beleg van Maastricht door Franse troepen (1673)

De tentoonstelling De Zonnekoning en Oranje – Slaags aan de Maas in het Limburgs Museum in Venlo brengt die roerige periode van de Nederlandse en vooral Maastrichtse geschiedenis keurig in beeld. In de gecompartimenteerde museumzalen wordt een vloed aan kunstvoorwerpen en teksten over de bezoekers uitgestrooid; met bruiklenen van musea uit alle windstreken wordt het verhaal van de Zonnekoning in Maastricht verbeeld. Blikvangers zijn de portretten van de twee koninklijke kemphanen en de eerder genoemde landkaart waarop tot in detail de belegering van de stad is weergegeven. Ook op andere kaarten is de belegering te zien. 

Zo krijgen de bezoekers veel op hun bordje: kaarten, tekeningen, brieven en een vracht aan schilderijen en objecten, waaronder een haardplaat (met daarop een afbeelding van Willem III) en een pronkkabinet uit circa 1650 van meubelmaker Pierre Golle, hofleverancier van Lodewijk XIV.

De Zonnekoning en Oranje – Slaags aan de Maas blijft niet steken in het verleden. Met filmpjes van premier Rutte en president Macron, de huidige leiders van de twee landen, wordt de Hollandse oorlog naar het heden getild. In dezelfde ruimte is een eerbetoon aan Charles de Batz de Castelmore, graaf van Artagnan, de ‘eerste musketier’ in het leger van de Franse koning, die bij Maastricht sneuvelde: er zijn sigarenbandjes met zijn afbeelding erop, maar ook borden, postzegels en een editie van Suske en Wiske – De Dulle Musketiers.

Limburgers houden van d’Artagnan, zoveel is duidelijk. In het Maastrichtse Aldenhofpark wordt hij zelfs geëerd met een zwierig standbeeld. Best opmerkelijk, omdat hij uitkwam voor de tegenpartij; een zeldzaam voorbeeld van vergevingsgezindheid, ingegeven door een in boeken en films geromantiseerd heldenleven.

De Zonnekoning en Oranje – Slaags aan de Maas. Van 10.06 t/m 07.01 in het Limburgs Museum in Venlo. limburgsmuseum.nl