Merieke Manders was jarenlang een fervent lezer. Daarna nam ze zelf de pen ter hand om te schrijven over haar literaire helden. Over August Strindberg bijvoorbeeld, drie huwelijken, drie keer een fiasco.

Begin jaren tachtig van de vorige eeuw kluistert een memorabel interview met de schrijvers Marguerite Yourcenar en Elias Canetti me ademloos aan de buis. Aanleiding voor deze tv-uitzending is, voor zover ik mij herinner, het winnen van de Nobelprijs voor literatuur door één van beiden. Geboeid luister ik hoe ze hun denkbeelden uiteen zetten en probeer ik de teneur van hun verhaal te volgen. Hun bespiegelingen bestrijken het gebied van de literatuur, de geschiedenis en de filosofie. Hun bloemrijke taal en hun oorspronkelijke gedachtegoed wakkeren mijn tomeloze leeslust nog meer aan. Canetti en Yourcenar staan niet op mijn lijstje van nog te lezen schrijvers, maar daar komt na die avond verandering in.

Canetti heeft mijn grootste en dringendste aandacht omdat zijn autobiografische boeken zijn ondergebracht in de prachtige Privé-Domein reeks van de Arbeiderspers. Bij Canetti maak ik een begin met De behouden tong. Het voert me in rap tempo door de landen van een vergeten en verdwenen Europa. In de passage die de meeste indruk op me maakt, beschrijft hij hoe zijn moeder zich elke avond na gedane arbeid terugtrekt in de keuken met de boeken van August Strindberg. Op bladzijde 202 staat: “Maar in werkelijkheid leefde zij naar de avond toe, wanneer wij in bed lagen en zij eindelijk tot lezen kwam.” Ze zondert zich af met een stapel gele banden die de huwelijken van een Zweedse schrijver uit het einde van de negentiende eeuw beschrijven. Kennelijk confronteert het haar met haar eigen leven en huwelijk. Als een bezetene leest ze tot diep in de nacht. Elias, haar zoon, die de stapel voor haar netjes op tafel heeft gezet en nu boven in bed ligt, verbiedt ze in de boeken te neuzen. In haar ogen is hij nog veel te jong voor zulke ingrijpende levensvragen.

Het roept een vertederend en vredig beeld bij me op hoe ze in alle eenzaamheid met een spaarzaam brandende lamp in het Zürich aan begin van de twintigste eeuw, voorovergebogen zit op haar stoel aan de keukentafel. Haar ellebogen leunend op de tafelrand en het boek opengevouwen voor haar. Zij en de schrijver sluiten iedere avond een pact waar niemand anders deel aan mag hebben. Haar zoon niet en haar dodelijk jaloerse man niet. Een veilig toevluchtsoord voor haar dromen. De plek waar de Zweedse schrijver haar tot tranen toe roert.

Door Canetti schuift Marguerite Yourcenar een plaatsje lager op de ranglijst. Eerst wil ik weten wat de ziel van Canetti’s moeder zo beroerd heeft in het oeuvre van Strindberg.

Diens eerste boek verschaft me duidelijkheid, Strindberg is geobsedeerd door de vrouw, door de gapende kloof tussen haar onverzettelijke kracht, luimen en haar onberekenbaarheid. Ze blijft voor hem een onpeilbaar schepsel dat hij moet liefhebben en bevechten.

Zelf hoop ik in zijn verhalen de sleutel te vinden tot mijn eigen huwelijk dat maar niet uit de verf wil komen. Een niet weg te zetten dagelijkse teleurstelling. Het ligt niet aan mijn man, het ligt aan de illusie die ik mezelf heb voorgespiegeld. Het huwelijk als oplossing voor onoverbrugbare verschillen.

Waar ik moed uit put is dat Strindberg, net als ik, worstelt met het samenleven van twee onverzoenlijke seksen. In zijn ogen ben ik echter het andere, toornige, niet te beteugelen wezen dat hem voortdurend provoceert en hem in een diabolisch mijnenveld laat belanden. Hij vindt mij vreemd terwijl ik meen mezelf goed te begrijpen. Ik voel me onder één noemer gebracht met de voor mij wezensvreemde vrouw uit het einde van de negentiende eeuw. Hij brengt de basis van een huwelijk terug tot een absurditeit. Zowel de man als de vrouw zit gevangen in hun eigen patronen en die werelden raken elkaar nooit. Ze zetten elkaar constant op scherp en ze raken verstrikt in discussies die nergens toe leiden, de vreemdheid alleen maar onderstrepen. Eigenlijk wil hij gewoon zeggen dat man en vrouw niet zonder elkaar maar ook niet mét elkaar kunnen. Ieder samenleven draait op een teleurstelling uit. Wat ze beiden nodig hebben is de liefde, de fysieke aantrekkingskracht. Wat hen vernietigt is datgene wat hen in elkaar aantrekt. De ruis van het onbegrip.

De moeder van Canetti spelt woord voor woord, ze weegt elke betekenis. Gedisciplineerd en gelukzalig baant ze zich een weg door het boek . Af en toe sluit ze haar ogen om de tekst op zich in te laten werken. Om beelden bij de zinnen op te roepen en haar gedachten te laten gaan over haar eigen drukke leven. Het volgende moment buigt ze zich weer over de letters en pluist verder in het dikke boek, op zoek naar het recept voor het vervolmaken van haar eigen huwelijk. Ze weet dat haar man zijn jaloezie niet kan onderdrukken wanneer ze zich afzondert met haar Zweedse, intellectuele minnaar. Twee liefdes op één kussen. Beide mannen vervullen haar met bovenmatige ontroering. Ze huivert wanneer ze diep in de nacht het boek dichtslaat en het licht dooft. Tijd om naar bed te gaan en de stapel op te bergen voor de volgende avond. De kostbare uren van afzondering en overpeinzing. Háár zuurverdiende moment van de dag. De dagen zijn voor haar man, de nachten voor Strindberg. De vrouw die ze is of de vrouw die ze misschien wel wil zijn. Mevrouw Canetti of de hoofdrolspeelster in een drama van August Strindberg. Welke rol past haar het beste? Dat zullen de verhalen van Strindberg haar spoedig vertellen.

Merieke Manders is een pseudoniem: haar echte naam is bijd redactie bekend. Dit is de laatste aflevering in een reeks van zeven.