Rowland Jones was filmmaker en docent fotografie in Manchester tot hij in 2006 in Italië ging wonen. Sindsdien is hij actief als muzikant, gitaardocent, schrijver en tekenaar. Zuiderlucht publiceert voortaan maandelijks fragmenten uit RAM: dagboekachtige herinneringen in de vorm van invallen, foto’s, tekeningen en gadgets. “Als Leonardo da Vinci zip disks had gebruikt, waren zijn ideeën nooit bewaard gebleven.”

‘Ik was een allround mediahoer’

Waarom ben je een dagboek begonnen?
“Oorspronkelijk was het therapeutisch: een uitlaatklep voor een ongelukkige periode in mijn leven. Onlangs kwam ik een uitspraak tegen van iemand die zei: ‘Alles wat er van me over was, heb ik teruggebracht naar het station’. Dat hielp en doorbrak mijn angst voor de lege bladzijde. Vanaf dat moment begon ik verschillende dingen toe te voegen: tickets, bonnetjes, foto’s en schetsen.”

Tekende je altijd al?
“Nee, helemaal niet. Ik hield altijd al van pen, potlood en papier, maar ik ben van een generatie die op school te horen kreeg dat je goed kon tekenen of niet. Ik kon het niet, dus dat was dat. Als ik voor mijn werk schreef, dan maakte ik altijd eerst een schets op papier. Tekenen begon in het privédomein van mijn Moleskine, het legendarische zwarte notitieboekje met het elastiek dat alles bij elkaar houdt. Een vriend nam me mee naar een cursus modeltekenen, sindsdien teken ik onafgebroken. Krantenknipsels, citaten en plaatjes doe ik er ook bij. Voor een enkeling is het misschien lastig om informatie te vinden in een boek zonder index, maar ik ben visueel ingesteld en kan me een pagina met een bepaalde afbeelding vaak moeiteloos voor de geest halen. Zelfs als dat niet lukt, kom ik weer dingen tegen die ik was vergeten en dat is leuk!”

Je woont in Italië, hoe is dat zo gekomen?
“In 1988 kwam ik hiernaartoe om een film te maken. De klant verstond geen Engels en de tolk eigenlijk ook niet. De film is nooit gemaakt, maar ik was hopeloos verliefd op het land. In 1991 kocht ik hier een huis.”

Je noemde een filmproductie, was dat je beroep?
“Ik schreef, produceerde, regisseerde en presenteerde films, daarnaast organiseerde ik grote bedrijfsevenementen. Ik was een ‘allround’ mediahoer, bezig met wat ik ‘toegepaste creativiteit’ noemde: genieten van het creatieve proces zonder de vrijheid om het onderwerp zelf te kiezen. Hier ben ik een nieuw leven begonnen waardoor ik kan doen wat ik wil: spelen, muziek maken, schrijven en tekenen.”

Is pen en papier niet ouderwets, ben je anti-technologie?
“Zeker niet! Ik heb een paar Mac’s, digitale camera’s en ik heb mijn vrouw Lesley ontmoet via het internet. Voor mij is de toegankelijkheid en het opbergen van informatie het probleem. Stel dat je vijftien jaar geleden je werk op floppy disks bewaarde, dan kan je er alleen nog bij als je het regelmatig opslaat in een nieuwe software versie. En stel dat je dat regelmatig doet, dan nog is de kans groot dat we delen ervan afdanken. Als Leonardo da Vinci zip disks had gebruikt, waren zijn schetsen en ideeën niet bewaard gebleven. Dit geldt niet alleen voor het werk van Da Vinci, maar ook voor het alledaagse. We moeten niet stukje bij beetje onze eigen geschiedenis weggooien.”

Je noemde Lesley: heeft zij je dagboek beïnvloed?
“Absoluut. Nadat ik drie jaar een dagboek heb bijgehouden verschijnt Lesley in nummer 4. In de daaropvolgende drie jaar heb ik journaal nummer 19 gehaald! Vanaf het begin fotografeert zij mijn concerten en druk ik foto’s af voor de dagboeken.”

De naam Moleskine komt regelmatig ter sprake bij dagboeken: waarom denk je dat dat is?
“Ik heb andere soorten notitieboeken geprobeerd, maar ik blijf terugkomen op de Moleskine. Het formaat is precies goed en door zijn geschiedenis heeft het een iconische status. Op Moleskine websites (let op het meervoud) zie je de moeite die mensen nemen om hun dagboek naar hun persoonlijke smaak aan te passen en hoe verschillend ze gebruikt worden. Je ziet ook hoe het bijhouden van een dagboek obsessieve vormen aan kan nemen….’

(Vertaling Lorraine Witteveen – ter Meulen)

Rowland Jones als gitarist. foto Lesley Jones