Het atelier in Antwerpen van Karina Beumer is volgebouwd met een grot van papier-maché. Het zijn overblijfselen van haar film (…), te zien bij NPO, over het hersenletsel van haar vader. Beumer blijkt gewist uit het geheugen van haar vader, al filmend en bouwend gaf ze herinneringen aan hem terug.
In 2015 ontdekte Karina Beumer (Peize, 1988) de studio waar ze haar werk maakt. Ze hielp mensen met verhuizen en was meteen verliefd op de plek. Toen iemand wegging nam ze de vrijgekomen plaats in.
Wat maakt deze plek bijzonder?
‘Het is lekker groot en rustig. Er is genoeg daglicht; hoewel ik dat nu helemaal heb dicht gebouwd, dus daar merk je niet meer zoveel van. Een soort basisplek.’
En draagt de industriële omgeving daaraan bij?
‘Het werkt goed om ergens naartoe te moeten fietsen. In het begin vond ik het moeilijk om te beslissen wanneer ik weer naar huis zou gaan, dus dan bleef ik hier. Die laatste uren zijn dan niet meer productief; dat moest ik leren. Tijdens covid kon ik niet op locatie filmen, dus toen dacht ik, die films kunnen ook hier plaatsvinden. Toen ben ik begonnen met de buitenwereld na te bouwen in papier-maché.’
Werk je hier vooral alleen?
‘Ik ben hier vaak alleen, het is lekker om even weg te kruipen. Maar helemaal in mijn eentje lukt het niet, ik heb altijd anderen nodig. Ik heb het afgelopen jaar een film gemaakt over het hersenletsel van mijn vader. Dan bouw ik eerst de decors en dan nodig ik de acteurs, in dit geval mijn ouders, uit om hier te komen. Mijn moeder wist dan vooraf wel wat de bedoeling was; mijn vader niet, die vergeet dat. En nu doe ik dat weer met sommige sollicitanten, voor het Vervangingsproject. Ken je dat?’
Nee…
‘Het begon in 2017, toen heb ik mezelf ontslagen. Er kwamen geen projecten meer binnen, er was geen geld en ik had een writers block. Ik schreef mezelf toen een zakelijke ontslagbrief, want ik ben eigen baas: “Je hebt dit en dit niet goed gedaan.” Als werknemer schreef ik tegelijkertijd een antwoord met: “Ik heb nog zoveel vrije dagen over, dus ik stop per direct.” Maar het werk moest wel door, dus ik had een vervanger nodig.’
Heeft het ontslag geholpen?
‘Zeker! Het is goed om te zeggen als iets niet lukt, toch? Als iets niet moet, is er meer vrijheid. Toen ik in de maanden daarna getekende video’s maakte, voelde dat als stiekem, ik was immers ontslagen. Om het goed aan te pakken zette ik een vacature uit voor een vervanger van mezelf. Na gesprekken met vijf kandidaten koos ik één iemand uit; die heeft vijf weken mijn werk gedaan. Ze gaf bijvoorbeeld een lezing en ook interviews in mijn naam; het dagboek dat ze bijhield is daarna gepubliceerd. Toen het boek verscheen, moest ze ook handtekeningen zetten. Het gekke was, zij kreeg wel betaald om Karina Beumer te zijn en ik niet. Interessant toch? Jammer genoeg kreeg mijn vervanger een dubbele identiteitscrisis, want ze wilde het heel goed doen. Zowel voor zichzelf als voor mij. Ik kreeg er ook stress van: “Wat als ze die lezing verknalt?”’
‘In 2017 heb ik mezelf ontslagen. Er was geen geld en ik had een writer’s block’
Dat was een gecontroleerd experiment?
‘Klopt, want het was maar voor vijf weken. Mijn doel was om een betere versie van mezelf te vinden en dat lukte. Toen dacht ik: ik wil hier een film over maken. Er zit iets existentieels in, maar ook iets over het kapitalistische systeem. Ik bedoel, we zijn een product, er wordt geld verdiend aan onze dromen en onzekerheden. Als je een product bent, dan ben je inwisselbaar. Dus dan gaan we dat toch doen? Maar toen ik mijn ex-vervanger vroeg om mee te werken aan de film, zei ze: “Laat me met rust.” Dus nu moet ik het nog een keer doen, maar dan beter. Dit keer kreeg ik 61 reacties op de vacature; met tien sollicitanten werk ik aan de film.’
En al die mensen zijn dan jou?
‘Ja, ze hebben dan de inlog van mijn e-mail, of maken werk namens mij. Zo heeft één kandidaat dit beeld hier gemaakt; ze laat het binnenkort zien op een expositie. Ze heeft alles blauw geverfd! Mijn dramaturg vroeg van tevoren: “Wat is het ergste dat kan gebeuren?” “Dat ze het beeld blauw maakt.” Moet je nu zien. Ik heb dus echt geen invloed meer.’
Is dat eng of bevrijdend, dat mensen namens jou beelden en afspraken maken?
‘Bevrijdend én eng. Ik wil dat ik totaal geen controle meer heb, daar gaat het werk over. Maar tot nog toe is het allemaal heel positief. Ik denk steeds: waar blijft de horror? Want dat is het uiteindelijk wel. Dat iemand jouw plek inneemt en in jouw familie gaat wonen. Waar moet jij dan naartoe? Maar voor de vervanger is het net zo heftig, want waar is diens identiteit dan gebleven?’
Zaten er geen engerds tussen de sollicitanten?
‘Nou ja, ik heb wel een paar mensen waar ik bang van was. Zo is er één iemand die zelf ook weer een vacature heeft uitgezet en kandidaten op gesprek krijgt. En hij is dan Karina Beumer die een vervanger zoekt. Maar verder doen ze het goed. Eén sollicitant heeft een pitch gewonnen in mijn naam, en won zo een filmcoach en €1000,-. Daar betaal ik de sollicitanten en mijn therapeut van.’
Want?
‘Dat kwam door die filmcoach, die zei; “Jij moet in therapie om erachter te komen waarom je deze film wil maken.” Nu gaat dus iemand anders in mijn plaats naar de therapeut.’
Karina Beumers film (…) is te zien bij 2doc.nl/documentaires/2023/12/-…–beletselteken.html