Het beste wat je kunt doen bij Sound of Music is gewoon gaan kijken. De tentoonstelling in het Maastrichtse Centrum voor Contemporaine Cultuur Marres gaat over muziek, beeldende kunst en digitale techniek. Het mooi uitgevoerde bezoekersgidsje en de kleine catalogus geven hierover allerlei diepzinnige bespiegelingen ten beste. Maar probeer het eerst eens zelf! De sterkste werken op de tentoonstelling geven zoveel aanknopingspunten voor associaties dat ze het moeiteloos alleen af kunnen.
Neem de twee vleugels van de Franse kunstenaar Rainier Lericolais. Ze zijn tegenover elkaar opgesteld, als op een concert met twee pianisten. Vanzelfsprekend wekken ze herinneringen op aan muziek. Echter, de toetsenborden, de snaren en zelfs de zangbodems ontbreken. Alles wat vleugels tot muziekinstrumenten maakt is afwezig. Wat rest is het tegendeel: stilte. Maar het is geen onverbiddelijke stilte. Als je beter kijkt, blijken de vleugels niet gemaakt te zijn van hout en staal, maar van karton. Een paar welgemikte trappen en alles ligt in duigen. Dit is een heel fragiele stilte, een stilte die je moet koesteren.
Ander werk op de tentoonstelling is allesbehalve stil: de carillons van Pierre Huyghe die een hele zaal in beslag nemen en die de bezoeker zelf tot klinken mag brengen, de videoregistratie van een gelijktijdig optreden van een fanfare en een acid house band van Jeremy Deller, de speeldoosjes van Dennis Oppenheim. Vooral op de eerste verdieping van Marres is het een aangename kakofonie.
In het bezoekersgidsje valt onder meer te lezen dat de vleugels van Lericolais verwijzen naar het werk van de componisten John Cage en Morton Feldman, en naar de onttakelde piano’s in het werk van Joseph Beuys. Veel kunstenaars in de tentoonstelling blijken trouwens schatplichtig te zijn aan John Cage, de man die stilte en toeval een plaats gaf in de hedendaagse muziek.
En dan is er nog “een tweede, discursief niveau”, zoals Marres-directeur Guus Beumer het uitdrukt. ‘Sound of music’ maakt deel uit van een serie exposities onder de titel ‘De verzamelaar’. De meeste werken zijn afkomstig van het FRAC Nord-Pas de Calais, een regionale kunstinstelling met een indrukwekkende verzameling die tijdelijk zonder onderkomen zit. Ze worden nu door Hilde Teerlinck, de Vlaamse directeur van FRAC Calais, getoond in Marres, een kunsthuis zonder eigen verzameling. Dat is een mooie, maar voor de bezoeker eigenlijk overbodige gedachte. Die moet gewoon gaan kijken.
Sound of Music. Marres, Maastricht, t/m 30 maart. Zie www.marres.org.