Vraag niet hoe Annemie Van Laethem en Erik Croux het lappen, elk jaar een tentoonstelling maken met kunstenaars van faam in een leegstaand kasteel in Oud-Rekem. “Als we de subsidies niet rond krijgen, betalen we het zelf wel.”

Een jaar geleden kwamen zo’n tweehonderd leerlingen van de basisschool in Oud-Rekem, net over de grens bij Maastricht, kijken naar de jaarlijkse kunsttentoonstelling in het kasteel met de afbladderende muren en de vermolmde plafonds. Twee weken later togen curator Annemie van Laethem en echtgenoot/kunstenaar Erik Croux naar de school met de vraag of de leerlingen een impressie wilden tekenen van wat ze hadden gezien. Het resultaat was volgens beiden verbluffend. “Ongelofelijk met welke details ze nadien nog konden reproduceren en hoe ze die konden optekenen.”

De anekdote gaat over tafel op een terras nabij Kasteel d’Aspremont-Lyden in Oud-Rekem, in 2008 uitgeroepen tot mooiste dorp van Vlaanderen. En staat in schril contrast met een project van Marie Zolamian, in de huidige zomertentoonstelling in het kasteel. De Libanese kunstenaar met Armeense wortels, woonachtig in Luik, werkte hiervoor ook met kinderen. In het kader van een Biënnale in Libanon vroeg ze kinderen om een kasteelruïne in het dorp Abwein op de westoever van de Jordaan te tekenen. “Het ging om kinderen van tien, elf jaar”, vertelt Aischa Berg (1987), die Van Laethem en Croux dit jaar assisteert als curator. Het resultaat was onthutsend. “Je zou zeggen dat de tekeningen van kinderen van twee, drie jaar zijn. Het verschil in genoten onderwijs met de kinderen hier wordt zo pijnlijk zichtbaar.”

Here Is Always Somewhere Else luidt het uitgangspunt van de zevende tentoonstelling in kasteel d’Aspremont-Lyden die zo’n twintig kunstenaars samenbrengt. Een motto waar je het hele universum in onder kunt brengen. Maar in Oud-Rekem, waar Van Laethem tien jaar een galerie bestierde, is het ook de titel van een documentaire over kunstenaar Bas-Jan Ader (1942-1975), de kunstenaar die voor zijn mysterieuze verdwijning op de Atlantische Oceaan indruk maakte met zijn performances, films en foto’s. Altijd was hij onderweg, nergens voelde hij zich thuis. Tot zijn kleine zeilboot leeg werd teruggevonden voor de Ierse kust, na een poging in zijn eentje de oceaan over te steken.

Eric Croux mag het kasteel in Oud-Rekem als tentoonstellingsruimte (4000 vierkante meter) graag “een eigenzinnige plek voor het ongewone” noemen. “Waar niets moet en veel kan.” Opvallend is dat veel van de kunstenaars ter plekke aan de slag gaan om werk te maken of aan te passen aan het kasteel. Heel wat kostgangers kwamen er over de vloer, lui van adel allicht, soldaten met het kanonsyndroom, bedelaars en psychiatrische patiënten. In 1998 werd de buitenkant opgeknapt en sindsdien wacht het in smachtende leegstand op een nieuwe bestemming.

Om het weekend zwerven Van Laethem en Croux langs ateliers, musea en tentoonstellingen om de kunstwereld in de peiling te houden. Ze gaan prat op ontdekkingen. De Vlaamse schilder Luc Tuymans was nog nachtwaker in een disco toen hij in Rekem exposeerde. Ai Weiwei was er, Marc Manders en Berlinde de Bruyckere, nu alle drie prominent aanwezig op de Biënnale van Venetië. Dit jaar mogen ze zich verheugen in de aanwezigheid van bijvoorbeeld Roy Villevoye die voortreffelijk in het motto past met zijn fotografie uit Papoea Nieuw Guinea. De Duitse kunstenaar Rosemarie Trockel heeft er een ruimte met 18 studenten.

Mooie namen, goede recensies, steeds zo’n drieduizend bezoekers (vorig jaar het dubbele aantal vanwege de tentoonstelling Manifesta in Genk) en elk jaar zeventig rondleidingen. “We hebben nooit de middelen hebben gehad om een goede catalogus te maken”, baalt Annemie van Laethem van het ontbreken van een historische verslaglegging. “Maar goed,” zegt Croux. “Als we de subsidies niet rond krijgen, betalen we het zelf wel. We doen dit omdat we het moeten doen.”

Here Is Always Somewhere Else. Van 28 juli t/m 29 september (op zaterdag en zondag van 11-18 uur) in kasteel d’Aspremont-Lyden, Groenplaats 1, Oud-Rekem. www.forumtri.be