Wir sinds Pabst! – wij zijn paus, kopte Bildzeitung op 20 april 2005 nadat Joseph Ratzinger zich met frisse tegenzin tot Benedictus XVI had laten uitroepen. Dat zal ons Nederlanders niet overkomen. Al is ‘t maar omdat Wim Eijk, ooit kapelaan in Blerick, nu kardinaal te Utrecht, om tal van redenen net zo weinig kans maakt als u en ik.
U en ik, jazeker. Als ik het goed begrepen heb, en waarom zou dat niet het geval zijn, kunnen de 115 in de Sixtijnse Kapel bijeengedreven kardinalen iedere katholiek tot paus kiezen. Zelfs vrouwen maken kans. Nou ja, in theorie dan, er staat nergens geschreven dat het níet kan.
De praktijk is anders. In de dezer dagen door een jamming technology ook voor draadloos internet onbereikbare Sixtijnse Kapel is een onnavolgbaar lobbycircus aan de gang, maar of het op kan tegen het slinkse geritsel van de tabaksindustrie in de Haagse politiek? Laat Eelco Brinkman, Hans Hillen of prinses Laurentien een weekje los in het Vaticaan, en je weet niet wat gebeurt. Voor je het weet kluisteren ze een kettingrokende Thom Hoffman aan de pauselijke zetel.
Enfin, mijn persoonlijke favoriet voor de titel is kardinaal Peter Turkson uit Ghana. Tegen beter weten in trouwens. Want sinds Turkson iets onzinnigs over homo’s heeft gezegd, zouden zijn kansen zijn gedaald. Het zal hem bevreemd hebben; Benedictus deed acht jaar lang niet anders.
Waarom Turkson? Omdat hij bevriend is met de Maastrichtse architect Wiel Arets, die eind jaren negentig een kathedraal voor hem ontwierp in de hoofdstad Accra. Een fantastisch ontwerp was het, die ronde, in een bekisting van bamboestokken gestorte betonnen mega-kerk. Op een waanzinnige locatie ook, pal aan de oceaan. Maar de kerk in Ghana had geen geld. En de bedelreizen van Tukson, die de halve wereld overvloog met Wiels maquette onder de arm, haalden niks uit.
Met Peter Tukson als paus zou de bouw van die kathedraal een fluitje van een cent zijn. En daar zou het niet bij blijven. Tien tegen een dat Arets, de enige architect die geen pijn heeft van de crisis, ook een plan heeft liggen om de Sixtijnse Kapel, bepaald geen architectonisch hoogstandje, te vervangen door een strak, transparant gebouw van beton en glas.
Waarmee hij zich in een Nederlandse traditie zou begeven. De enige paus die Nederland ooit leverde, Adrianus VI, haalde het in 1523 in zijn uitgedroogde hoofd om de beroemde fresco’s van Michelangelo van de kapelmuren te slopen dan wel achter een vette laag kalk te laten verdwijnen. Te veel bloot, vond de steile Utrechtenaar.
Hoewel ik geen fan ben van het spierballenwerk van Michelangelo (zonder gewelfschilderingen zag de kapel er een stuk beter uit), zou die ingreep een eeuwige schande werpen over Adrianus en zijn geboorteland. Gelukkig stierf de paus – God hebbe zijn ziel – voordat hij zijn snode plan tot uitvoer kon brengen. En de Romeinen zwoeren: nooit meer een Nederlander op die troon.
WIDO SMEETS