Drie jaar geleden leek Museum Het Valkhof in Nijmegen op weg naar het einde. Door samenspel van een nieuwe directeur, doortastende toezichthouders en een vasthoudende wethouder, constateert EDO DIJKSTERHUIS, liep het goed af. Nu volgt een grote renovatie. ‘Ook het plein met al die op- en afstapjes, waar je nog voor je binnen bent je nek breekt, gaat op de schop.’
‘Het was idioot kort dag’, zegt Hedwig Saam. Ze doelt op de zeventien dagen tussen haar aanstelling als directeur van het Nijmeegse Museum Het Valkhof en de gemeenteraadsverkiezingen op 18 maart 2018, waar het voortbestaan van het museum én haar kersverse baan voor een groot deel van afhingen.
Van een inwerkperiode of gezellige kennismakingsronde was geen sprake. Vanaf minuut één moest ze keihard aan de bak: beleidsplan schrijven, financiële paragraaf rondbreien en vooral praten met al die politici op campagne. ‘Ik had een heftige boodschap: als er niet wordt geïnvesteerd in het museum, moeten we sluiten.’
De boodschap kwam niet als een verrassing. Museum Het Valkhof, in 1998 voortgekomen uit een fusie tussen Museum G.M. Kam, bekend om zijn archeologische vondsten, en de in oude en moderne kunst gespecialiseerde Commanderie van St. Jan, zat al jaren in de problemen. Na een eerste decennium met zo’n 140.000 bezoekers per jaar raakte Het Valkhof in het slop; de nasleep van de bankencrisis en de daarop volgende Zijlstra-bezuinigingen eisten hun tol. Schulden en achterstallig onderhoud stapelden zich op.
Cultuurwethouder Noël Vergunst: ‘Hoge bezoekersaantallen met ingekochte blockbusters vind ik niet interessant’
Ook organisatorisch waren het roerige tijden. Directeuren volgden elkaar in snel tempo op, het personeel had geen vertrouwen meer in de toezichthouders, die vervolgens en bloc opstapten. Het vertrouwen op een goede afloop bij gemeente en provincie, de belangrijkste geldschieters, daalde tot onder nul.
‘Alle musea hebben hun moeilijke fases’, zegt Hedwig Saam. ‘Het is moeilijk als je niet zelf de agenda kunt bepalen, dan vloeien energie en financiën weg. Toen ik hier aantrad, trof ik een onzeker en getraumatiseerd team. Toch hebben ze me vanaf de eerste dag het vertrouwen gegeven, hoewel ik de vierde directeur in vijf jaar was. Dat is niet vanzelfsprekend.’
Wellicht dat haar bekendheid in de regio een handje heeft geholpen. Tot 2014 was Saam zes jaar directeur van Museum Arnhem. Ook de voorzitter van de geheel vernieuwde Raad van Toezicht komt niet van ver: Adelheid Ponsioen was tot 2012 directeur bedrijfsvoering bij het Openluchtmuseum in Arnhem. Ponsioen werd samen met twee anderen benaderd om orde op zaken te stellen bij Het Valkhof. Al snel werd duidelijk dat de problemen zich niet in een paar maanden lieten oplossen. Ponsioen: ‘We besloten aan te blijven en de RvT uit te breiden tot vijf personen. Wij zaten er bovenop, ik was bijna elke dag bezig met Het Valkhof. Toen Hedwig kwam en er full swing tegenaan ging, konden wij langzaamaan weer terug naar onze geëigende rol.’
Wat Hedwig Saam als nieuwe directeur vooral de wind in de zeilen gaf, was de winst van GroenLinks bij de Nijmeegse raadsverkiezingen en de aanstelling van Noël Vergunst als cultuurwethouder. Vergunst is locoburgemeester en heeft ook nog eens hart voor de zaak – bepaald geen vanzelfsprekendheid bij cultuurwethouders.
‘Het vertrouwen was eigenlijk heel snel hersteld’, kijkt Vergunst terug op de roerige tijd in 2018. ‘De nieuwe directeur presenteerde een masterplan met een visie die past bij de stad. Het museum heeft een dubbele opdracht: enerzijds de verbinding van erfgoed met de verbeelding ervan en anderzijds de presentatie van beeldende kunst in verschillende uitingsvormen. Saam kwam met een transhistorische aanpak waarbij die twee worden gecombineerd. In de drieënhalf jaar die sindsdien zijn verstreken, heeft Het Valkhof die visie waargemaakt. Tentoonstellingen als Ik, Maria van Gelre en De Pest waren qua inhoud én publieksbereik een succes. Er werd ook samengewerkt met de Radboud Universiteit; die link tussen kunst en wetenschap is een belangrijke pijler voor de toekomst.’
In 2019 deed wethouder Vergunst een voorstel voor een kapitale reservering: elf miljoen euro voor de renovatie en verbouwing van Het valkhof, waar het museum drie miljoen moet bijpassen. Voorwaarde was dat de gemeente het gebouw in eigendom zou krijgen. ‘De precieze verkoopsom was een onderhandelingspunt’, volgens toezichthouder Ponsioen. ‘Er rustte nog een hypotheek op het gebouw en het museum zou het pand na verkoop terughuren van de gemeente. Dat moet wel tegen gunstige prijzen, anders boer je achteruit.’
De verkoopsom werd uiteindelijk vastgesteld op 4,7 miljoen euro. Het omvangrijke reddingpakket leidde tot een stevig debat in de gemeenteraad, maar bij stemming was een meerderheid voor.
Vergunst was dan ook ‘onaangenaam verrast’ toen de raad er in maart 2021, toen de reservering zou worden geformaliseerd, opnieuw over in discussie ging. Er kwam ook tegenstand uit onverwachte hoek, van coalitiepartij SP. Vergunst: ‘Eerder had de SP geen probleem met de plannen. Vorig jaar hadden ze geen inhoudelijke argumenten, maar wilden ze meer uitgewerkte varianten zien. Dat hadden ze een jaar eerder moeten zeggen! Ook kwalijk was de opstelling van de Stadspartij, die zei dat het geld beter kon worden besteed aan erfgoed. Maar dit museum gaat over erfgoed, de collectie Romeinse archeologische vondsten kan wedijveren met die van het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Er werd een gekke tegenstelling gecreëerd.’
Al met al moest Vergunst op zoek naar een nieuwe meerderheid. Die werd gevonden bij GroenLinks, D66, CDA, 50Plus en twee lokale partijen. Na een benauwd moment werd het plan alsnog aangenomen.
Daarmee is nu de weg vrij voor een omvangrijke renovatie en verbouwing. De bedoeling is het museum, in de volksmond Het Zwembad genoemd omdat het bij binnenkomst lijkt alsof je richting kleedhokjes wordt geleid, een vriendelijker voorkomen te geven. ‘Het is super modernistische architectuur die niets weggeeft van de inhoud’, typeert Saam de vroege creatie van architect Ben van Berkel. ‘We zijn in overleg met de architect om het hermetische karakter open te breken. Het restaurant verhuist naar de voorkant en de gevel wordt transparant waardoor je zicht hebt op de workshopruimte, het restauratieatelier en de winkel. Ook het plein met al die op- en afstapjes, waar je nu drie keer je nek breekt voordat je überhaupt binnen bent, gaat op de schop.’
Tijdens de twee jaar durende verbouwing worden tijdelijke presentaties gemaakt, vooral in de publieke ruimte rondom het museum. Ook wordt nauw samengewerkt met Museum Arnhem, waarmee Het Valkhof ook in Den Haag samen optrekt. ‘De steden Arnhem en Nijmegen presenteren zich steeds meer als één regio’, zegt Saam. ‘De twee musea zijn iets te klein om elk jaar een grote publiekstrekker te maken, maar we kunnen het wel alternerend doen. Samen zijn we een soort Landesmuseum: wij hebben de relatie tot de geschiedenis, en Arnhem heeft het globale perspectief. Beide musea kunnen de collecties verbinden met actuele vragen en thema’s. Daarmee kan Het Valkhof het ambitieuze doel van 125.000 bezoekers per jaar echt halen.’
‘Als wethouder hoor ik dat natuurlijk niet te zeggen’, reageert Vergunst, ‘maar ik kijk niet op 5000 bezoekers meer of minder. Hoge bezoekersaantallen met ingekochte blockbusters vind ik niet interessant. Wat ik wil is dat mensen tegen elkaar zeggen: weet je nog, die tentoonstelling over de getijdenboeken van de gebroeders Van Limburg? Er moet iets spraakmakends worden neergezet dat past bij museum en stad. Wat mij de afgelopen jaren opviel, is hoeveel mensen zich betrokken voelen bij Het Valkhof en positief spreken over het museum. Dat is misschien een boodschap aan Nijmegen: we mogen trotser zijn op wat we in huis hebben. Het is niet zomaar een museum.’
Rettet den Wald
De titel van de Valkhof-tentoonstelling Rettet den Wald is ontleend aan de strijdkreet die Joseph Beuys aanhief toen hij zich in 1971 met vijftig studenten verzette tegen de kap van het Düsseldorfse Grafenberger Wald. De sjamaan-kunstenaar was met zijn ecologisch bewustzijn de tijd vooruit, maar vindt nu volop navolging.
Voorbeelden in Rettet den Wald zijn de sculptuur Kreupelhout van Berlinde De Bruyckere, en de virtuele herschepping van het laatste Poolse oerbos door Margit Lukács en Persijn Broersen. Chris Watson, de voormalige geluidsman van David Attenborough, laat horen wat er aan natuur dreigt te verdwijnen op Madagascar.
Het blijft niet bij waarschuwende woorden en beelden. Er wordt ook actie ondernomen. Sara Vrugt overtreft de 7000 eiken die Beuys in 1982 in Kassel plantte in het kader van Documenta VII . Met het geborduurde bos dat ze met duizend anderen maakte, haalde Vrugt 75.000 euro op, genoeg voor honderdduizend nieuwe bomen.