Binnen enkele jaren is het gedaan met de cd-winkels, voorspelde Hans ‘Free Record’ Breukhoven in januari bij de sluiting van de Fame Music Store in Amsterdam. Het gaat rap: van de 1450 cd-winkels in 1990 zijn er nog 650 over. Een onomkeerbare trend of vlakt de daling af? “De economische crisis baart me meer zorgen dan de concurrentie van internet.”

“Dit is de mooiste zaak van Nederland en elke week denk ik erover na hoe ik die kan verbeteren”, zegt Paul Smeets van de gelijknamige cd-shop in Heerlen. Bij zijn woorden zit geen greintje cynisme of bluf. Smeets is koning in zijn eigen koninkrijk, 12.000 cd’s groot, tachtig procent is klassieke muziek. Verwacht hier geen verhalen over hoe het hoofd boven water te houden in tijden van penarie. Natuurlijk kampt ook Smeets met een dalende omzet, deels te wijten aan illegale downloads en de opkomst van iTunes en streamingdiensten als YouTube en Spotify. Vrijwel alle muziek is voor weinig of niets via internet te beluisteren.

Toch hoeven we ons over Paul Smeets (1954) geen zorgen te maken. “Ik verdien nog steeds een goede boterham.” De Goede Week is nog niet voorbij of hij heeft al veertig keer de Mattheus Passie van Bach verkocht. Met dank aan het Parkstad Theater, dat met regelmaat concerten van gerenommeerde orkesten programmeert. Smeets: “Als er elfhonderd mensen naar de Passie of het Concertgebouworkest komen luisteren, dan werkt dat hier nog weken door. Er zijn genoeg mensen die cd’s kopen en daarmee een prachtige reis maken door de muziekgeschiedenis. Mensen zijn verzamelaars. Er zijn klanten die Vier letzte Lieder van Richard Strauss zestig keer in huis hebben.”

Maar de cijfers liegen niet. Met een omzet van twaalf miljoen euro en 800.000 klanten per jaar en artiesten als Prince en Madonna die er hun albums kwamen presenteren, redde zelfs Fame Music Store aan de Amsterdamse Kalverstraat het niet. Goed, het pand was volgens eigenaar en Free record shop-baas Breukhoven peperduur, maar zijn paradepaardje werd naar eigen zeggen ten val gebracht omdat illegaal downloaden heel gewoon wordt gevonden en er niet tegen wordt opgetreden. In Ups & Downs, een rapport van onder meer TNO, wordt het omzetverlies in Nederland voor de muziekindustrie op honderd miljoen euro per jaar geschat. Volgens branchevereniging NVPI gingen er in vorig jaar 13,5 miljoen (fysieke) cd’s over de toonbank, 10,9 procent minder dan in 2010. Nog steeds is 93 procent van de verkochte albums een fysiek exemplaar en zijn deze cd-albums verantwoordelijk voor ruim 81 procent van de omzet. Die omzet daalde met 6,3 procent naar 205,3 miljoen euro. Toch is die daling nog maar de helft van die in 2010. Paul Smeets: “Ik denk dat we de kelder hebben bereikt.”

Neemt niet weg dat de kelder van de Free Record Shop in Venlo al onder water is gelopen. Geert Driessen (1955) en Leo Hagens (1958), eigenaren van de cd-winkel Sounds in dezelfde stad, laten er geen traan om. Volgens hen heeft Free Record Shop vooral zichzelf de das om gedaan door het aanbod te versmallen tot populaire albums, en daarnaast flink in te zetten op films, telefonie en games.

“Een winkel van liefhebbers voor liefhebbers’, noemen ze hun eigen zaak. Met 80.000 cd’s en zo’n 50.000 lp’s op voorraad zijn er uitsluitend in Amsterdam winkels van vergelijkbare grootte. Geert Driessen: “Hier telt de beleving en de fysieke ervaring van het kopen van cd’s. Die zal niet verloren gaan. De economische crisis baart me meer zorgen dan de concurrentie van internet. Als je geen geld hebt, is het snel gedaan met de romantiek van de cd, zeker als je die op internet gratis kan downloaden.”

Hagens en Driessen werkten in hun beginjaren allebei voor de firma Dom van den Bergh. “Toen al importeerden we uit Amerika dure westcoast-platen die we verkochten voor 38 gulden. Je zou kunnen zeggen dat we de markt hier zelf hebben opgebouwd en dat we ons publiek zelf hebben opgevoed. Natuurlijk heeft internet de klant veranderd. Vroeger kwamen ze vragen wanneer de nieuwe Springsteen uitkwam. Nu vragen ze of die al binnen is.” Volgens het duo is diversiteit nóg belangrijker geworden. “Het lijkt haaks op elkaar te staan, maar nu de verkopen teruglopen zie je dat de platenmaatschappijen juist meer verschillende titels uitbrengen om de risico’s te spreiden.”

Zowel Paul Smeets in Heerlen als Hagens en Driessen in Venlo gaan prat op hun kennis van zaken. Geert Driessen: “Wij hebben 28 jaar popmuziekgeschiedenis onder de pet. Onze persoonlijke en actuele top vijf is het best bezocht op onze website.” Een paar uurtjes in de winkel van Paul Smeets leert dat hij het verhaal achter vrijwel elke cd kent. “Als we van complimenten konden leven, waren we bol en rond.”

Sounds is meer dan een cd-winkel. Je koopt er muziekboeken, T-shirts, concertkaarten, er is een koffieautomaat en er zijn vaak optredens van bands die hun nieuwe cd hier live presenteren. Bij grote festivals zijn ze er met een stand. Op dit moment wordt hun zaak aan de Parade flink vertimmerd. Van de negenhonderd vierkante meter levert de platenzaak tweehonderd vierkante meter in voor een restaurant. Driessen: “Wij trekken klanten uit het hele land. Die kunnen straks ook blijven eten.”

Veel meer kunnen Driessen en Hagens niet verzinnen om de internet-concurrentie het hoofd te bieden. Alleen het concept van de openingstijden kan nog op de helling. “De concurrentie, internet dus, is altijd open. Vandaar dat we een webshop zijn begonnen en sinds een jaar zijn we zeven dagen per week open. We moeten anders gaan denken, straks willen we van 11 tot 20 uur open.”

Paul Smeets begon in 1973 als platenverkoper bij Vroom en Dreesmann, in 1980 begon hij voor zichzelf. “Ook in de beginjaren waren er bedreigingen, dat is in ons vak eigenlijk nooit anders geweest. Maar angst is een slechte raadgever. In de jaren tachtig was er MTV-Brown, vanuit het criminele circuit werden illegale cd’s aangeboden met de laatste hits. Internet is het nieuwste pootje. Dat negentig procent van alle muziek nog steeds in de winkel wordt verkocht, daar hoor je niemand over. Internet is hot, iedereen heeft het erover. Maar dankzij internet is muziek gedegradeerd tot een wegwerpartikel. Mag een cd waar musici, technici, kunstenaars en vormgevers aan te pas zijn gekomen alsjeblieft een prijskaartje hebben?” Smeets laat zich niet al te gek maken door illegaal downloaden. “Wij reden vroeger toch ook naar de Hema om cassettebandjes te kopen waarmee we vrijdagmiddag de top veertig opnamen?” “Je hoopt alleen”, zeggen Hagens en Driessen in Venlo, “dat wanneer jongeren eenmaal zelf beginnen te verdienen, ze ook gaan betalen voor muziek.”

In Nederland wordt nog maar twaalf procent van de muziekomzet gehaald door iTunes of streamingdiensten als Spotify. In de VS is dat al meer dan vijftig procent. Het zij zo, klinkt het in Heerlen en Venlo berustend. “Soms”, relativeert Smeets, “is het in een afnemende markt zelfs prettiger werken. Ik ben zo blij dat ik af ben van die opgefokte en driftige vertegenwoordigers die je 120 cd’s van Madonna door de strot proberen te duwen in ruil voor posters, etalagemateriaal en extra kortingen.”

Jongeren mogen dan bijna geen cd’s meer kopen, zegt Hagens, ze kopen in toenemende mate lp’s. Het duo heeft destijds, toen iedereen zijn lp’s aan de straat zette, grote hoeveelheden opgekocht. “Ook hier telt de fysieke ervaring, ze kopen lp’s van muziek die ze al lang thuis op de computer hebben. De jonge gasten van popband DeWolff bijvoorbeeld zijn echt vinylfanaten, dat brengen ze over op hun fans. Van DeWolff verkopen we zelfs twee keer zoveel lp’s als cd’s.”

Maar goed, kassa is anders. In Amerika was Abbey Road van The Beatles vorig jaar de best verkochte lp: 30.000 stuks, een marginaal aantal. “Zeker hier kun je daar geen winkel op draaien maar er zit wel groei in,” zegt Driessen.

Vingervlug gaat dj Bash alias Alec Vulture (24) door de platenbakken bij Sounds. Hij noemt zichzelf een ambassadeur van vinyl, geeft workshops aan jonge dj’s. Oké, nieuwe releases die niet op vinyl verschijnen downloadt hij, ook al vanwege ‘het kostenplaatje’. “De digitalisering heeft veel kapot gemaakt. Er wordt ongelofelijk veel rotzooi gemaakt die allemaal op internet te krijgen is. Vinyl heeft dat piepje, dat kraakje, dat slurpende geluid van de naald: pure nostalgie.”

Paul Smeets heeft inmiddels ook weer lp’s, al zijn het er niet veel. Pop-klassiekers als Some Girls (Rolling Stones), Berlin (Lou Reed) en In-A-Gadda-Da-Vida (Iron Butterfly) hebben samen een eigen rek gekregen. “Ik had nooit gedacht dat ik ooit weer lp’s zou verkopen”, lacht Smeets. Liefhebbers van klassiek trekken niet zo hard aan vinyl. “Die zijn verwend met de geluidskwaliteit van de cd.”

Ik zie het bij mijn eigen kinderen, zegt Leo Hagens. “Ze hebben muziek op de iPod, maar binnen twee weken zijn ze weer toe aan iets nieuws. Boeit niet wat het is. Ze hebben geen enkele notie van de muziekgeschiedenis.” Paul Smeets: “Jongeren vinden het heel normaal om muziek gratis van het net te halen, maar betalen wel moeiteloos tachtig euro voor een concertkaartje.”

Leo Hagens vertelt hoe hij in de jaren zestig opgroeide met albums waar veel aandacht was besteed aan hoezen en artwork. “We moeten de klant terugbrengen naar het artistieke aspect. Kwestie van opvoeding. Een cd is een kunstwerk waarvoor je moet betalen. Als we dat besef terug kunnen brengen, is er weer hoop. Het is heel simpel: sluit alle boekhandels en het e-book heeft een grote toekomst. Dat is met de platenwinkels niet anders.”