De piepjonge band DeWolff was deze zomer de verrassende winnaar van de Kunstbende, een landelijke wedstrijd voor jong talent. Robin Piso (17) en de Geleense broers Luka (14) en Pablo van de Poel (16) spelen een rauwe experimentele mix van rock en blues. “We weten zelf ook niet zo goed waar onze teksten over gaan.”

Volgens de jury van de Kunstbende staat de muziek van de piepjonge band DeWolff als een huis. De “ijzersterke grooves” zullen DeWolff een snelle nationale doorbraak bezorgen, luidt het complimenteuze vooruitzicht.’

Maar eerst dient Wessem veroverd te worden. Op een regenachtige zondagmiddag van een regenachtige zomer staat daar een optreden gepland op het nog jonge popfestival Wessummerbreeze. Om twaalf uur ’s middags rijdt het gehuurde DeWolff-busje het grasveld bij de plaatselijke speeltuin op.
Vader Patrick van de Poel zit achter het stuur, zoon en drummer Luka van de Poel (14) stapt als eerste uit. Zwart giletje, sneeuwwitte blouse en glimmende hippe schoentjes. Aan de presentatie zal het vandaag niet liggen. Even verderop heeft toetsenist Robin Piso (17) heeft een handelaar met tweedehands elpees ontdekt. Een live album van zijn held Jimi Hendrix glijdt door zijn vingers. “Dit is een fantastische plaat. En ze hebben zelfs Dark Side Of the Moon van Pink Floyd voor zes euro. Te gek, even wat geld halen”, roept hij. Even later is hij terug met zijn bandgenoten.
“We zijn 24 uur per dag met muziek bezig: kopen en luisteren, spelen, nieuwe nummer schrijven”, vertelt Luka. Natuurlijk moet er ook af en toe wat bijverdiend worden. Ook dat gebeurt in een muzikale omgeving, hij werkt als verkoper bij een platenzaak in Sittard. Tijd voor de voor de hand liggende, maar onvermijdelijke vraag: hoe raakt een stel pubers in de ban van de blues? “Jimi Hendrix en The Doors zijn onze muzikale helden” antwoordt gitarist Pablo van de Poel (16). “Die lieten zich ook inspireren door de blues. Zo verrassend is dat voor ons dus ook niet.”
Even later verdwijnt er voor vijfentwintig euro aan inspiratie in een plastic zakje. Led Zeppelin II, The Free Live, obscuur psychedelisch werk van Pink Floyd en een album van Ten Years After. Een mooie score, vindt Robin. “Bedankt dat u hier bent!”, zegt hij tegen de handelaar.
Dan komt de ‘stage manager’ tussenbeide: tijd om het podium op te bouwen. Luka maakt indruk met zijn drumstel, dat hij bijeensprokkelde op marktplaats.nl De bassdrum is een 20×16 silver sparkle Trixon uit 1959, met origineel kalfsvel. Zijn silver sparkle Olympic floortom stamt uit de jaren zestig. Wanneer tijdens het stemmen een blueskraker door de speakers knalt, pikt Robin het nummer op en speelt het thema mee op zijn orgel. De twee broers vallen zonder haperen in, het publiek krijgt een spontaan voorproefje van wat nog komt. De eerste breed uitgespannen gitaarsolo wordt enthousiast ontvangen.
Vader Patrick van de Poel bekijkt de verrichtingen van DeWolff met een biertje in de hand. “Deze jongens zijn eigenlijk te laat geboren”, zegt hij, verwijzen naar hun opmerkelijke muzikale voorkeur. Zelf zat hij jarenlang in een coverband die vooral werk uit de jaren zestig speelde. Zo kwamen Pablo en Luka in aanraking met hun muzikale voorbeelden. “Overal bij ons in huis struikelde je over de instrumenten. Pablo stond als negenjarig ventje al met ons op het podium. Luka was er nog eerder bij. Zijn eerste roffels maakt hij toen op zijn achtste.”
Toch zullen de bewoners van de Leeuwerikstraat in Geleen weinig gemerkt hebben van de muzikale experimenten van zijn zonen, zegt Patrick. “In november 2006 zijn we begonnen met de aanleg van een oefenkelder in de tuin. De geluidsisolatie is perfect. De buurt merkt niets en de jongens kunnen ongestoord hun gang gaan.” Vorig jaar mei was het oefenhok eindelijk klaar. “Ze zijn meteen een hele avond gaan spelen. Toen ze weer naar buiten kwamen, hadden ze drie nieuwe nummers geschreven.”
DeWolff wacht ondertussen op een aandoenlijke aankondiging. De presentatrice van Wessumerbreeze mist “een leuke bassist” in de line up van de band, waarna het basloze trio lachend aan zijn set begint. De nummers die ze schreven dragen ronkende titels, zoals Yellow Rat Magic Blues, waarmee DeWolff de Kunstbende-jury overtuigden. Waar hun liedjes precies over gaan, weten de drie zelf ook niet zo goed, bekent Luka na afloop: “We schrijven wazige teksten. Het moet vooral lekker klinken en de woorden moeten goed passen bij de muziek. Je moet onze nummers in ieder geval niet al te letterlijk nemen.” Ook de bandnaam is vooral gekozen omdat ie cool is. Pablo: “In de film Pulp Fiction zit een man die ze ‘The Wolf’ noemen. In de ondertiteling stond ‘De Wolf’. Dan vond ik wel cool klinken en toen dacht ik: ik schrijf het aan elkaar vast met twee hoofdletters; dat ziet er nóg cooler uit!”
Van valse bescheidenheid hebben de drie geen last. “We zijn trots op onze eigen nummers. Het zijn goede songs. Waarom zou je er anders mee op een podium gaan staan?”

Gitarist Pablo van de Poel van DeWolff: “Jimi Hendrix en The Doors zijn onze muzikale helden.” foto Franco Gori

DeWolff speelt op 7 september op Bokpop Openluchttheater Valkenburg, op 3 oktober in de Azijnfabriek in Roermond en op 15 oktober in de Muziekgieterij in Maastricht.