‘We mogen maar vier foto’s maken’, roept een van de kinderen met gespeelde verontwaardiging. Haar klasgenoten letten niet op haar, ze wapperen hun net gekiekte Polaroids droog, nieuwsgierig naar het resultaat.

Sommigen maken er een huppelpasje bij.

Het is woensdagochtend in het Chassé Park in Breda. De kinderen van groep 7 en 8 van basisschool De Springplank uit Teteringen zijn fietsend naar de stad gekomen. Naar BredaPhoto, het tweejaarlijks fotofestival met als thema To Infinity and Beyond. Als hun onderwijzer hun dat niet vooraf heeft verteld, weten ze niet dat het een kreet is uit Toy Story, de eerste computergestuurde film uit 1995. Toen waren ze nog niet geboren.

Waarschijnlijk weten ze niet eens dat er ooit films werden gemaakt zonder computer.

Ook over zoiets onmogelijks als het bereiken van de oneindigheid maken ze zich niet druk. Laat staan over de vraag of je nóg verder kunt. Ze willen weten wat op hun foto’s staat.

BredaPhoto wil vooruitkijken. Heeft de biologische mens nog wel een toekomst? En hoe ziet die eruit?

Die zwaarte gaat volledig voorbij aan de kids uit Teteringen. Ze hebben de opdracht hun schamele vier polaroids te maken bij een met foto’s van Daesung Lee behangen kubus in het park. Normaal zouden ze met hun smartphone vijftig foto’s of zo maken, en er dan later de vier beste uitkiezen. Nu moet het anders. Ze moeten kijken, niet klikken. En hun klasgenootjes, die met de kubus van de Koreaanse fotograaf als achtergrond op de foto moeten, naar de juiste plek dirigeren. Ze doen het vol overgave. Zonder wanklank. “Iets naar links. Nu naar voren. Hou je arm iets hoger. Ja zo! Stop! Niet verder!”

Het lastige, zegt een met de kinderen meegefietste vader, is dat de Polaroidcamera geen schermpje heeft waarop ze vooraf kunnen zien hoe het wordt. Ze zien niks, ook niet als ze hebben afgedrukt. Ze moeten wachten, een paar minuten, tot het beeld langzaam opdoemt op het aanvankelijk witte fotopapier dat uit de camera opdoemt.

Zie ze wapperen met hun foto’s, in elke hand één. Waarom duurt een wonder zo lang?

Als de plaatjes zijn opgedroogd, kijken ze opgetogen naar het resultaat. Naar de kwaliteit van de goede oude fotografie die nooit verloren gaat: de wereld stilzetten om even na te kunnen denken. Achteraf lijkt die vertraging in het afdrukken een slimme zet van Erwin Land, de uitvinder van de Polaroid. Hopelijk gaan ze die naam straks nog googelen.

Ik verbaas me over de concentratie en het geduld van de kinderen bij het maken van de Polaroids. De Springplank is een Jenaplanschool, licht de vader toe. Daar wordt geen klassikaal les gegeven. De kinderen moeten het samen oplossen.

Ik wandel verder de stad in waar BredaPhoto zich manifesteert als een rijk en aangenaam festival met een niet zelden verontrustende ondertoon. Zijn we met zijn allen onderweg naar een onmetelijke, onbereikbare oneindigheid, al dan niet veroorzaakt door de uit de hand gelopen technologie? Ik denk erover na bij de ontroerende reportage van Nadia Bseiso over een waterproject tussen Rode en Dode Zee, en de beklemmende foto’s van Philippe Braquenier. Wist ik dat een gemiddeld gezin per jaar 32 GB aan data produceert? En dat die worden opgeslagen in snel verouderende servers die samen meer CO2 uitstoten dan de complete luchtvaart?

Nee, dat wist ik niet. En ja, het maakt me ongerust.

Toch denk ik op het einde van de dag vooral terug aan die opgewekte, onbekommerde kinderen uit Teteringen die vandaag hebben geleerd hoe fotografie in elkaar steekt. Eerst kijken, dan klikken. De wereld stilzetten om even na te denken. De rest volgt dan vanzelf.