Er zijn artiesten van wie je het als liefhebber als een groot onrecht of zelfs een schandaal beschouwt dat hun loopbaan zich onder de radar van de massamedia afspeelt. Die al die grote verhalen in kranten, televisie-aandacht en radio-airplay die ze zelden hebben gekregen wel hadden moéten krijgen.
En er zijn de artiesten, veel geringer in aantal, van wie je denkt: het voelt weliswaar als onrecht, maar uiteindelijk is het juist gerechtigheid. Dit leven grotendeels buiten de mainstream is een zelfverkozen leven, omdat deze artiest zelf ook denkt in termen van mainstream en underground. Ze horen in die tweede, dus proberen uit handen van die eerste te blijven. Zulke bands zijn zeldzaam. En dat zo’n band het al bijna veertig jaar weet uit te houden, is al helemaal een unicum.
Zo’n band is The Ex. Ooit begonnen als punkband, en dat zijn ze eigenlijk nog steeds, al klinken ze al heel lang niet meer zo. Maar als punk meer is dan een muziekstijl, als het een levenshouding samenvat, dan is The Ex punker dan punk.
Muzikaal zijn ze extreem veel breder, complexer, ongrijpbaarder. Ze kunnen spelen, om maar een kwaliteit te noemen die niet noodzakelijk is om een punkband te beginnen. Feitelijk spelen ze wereldmuziek, wat opnieuw een onmachtige en ontoereikende term is om te beschrijven hoe ze Afrikaanse ritmes en teksten verwerken in hun rockmuziek, waar dan ook nog eens onder veel meer jazz doorheen klinkt. De melodielijn van een harpspeler uit Oeganda ombouwen tot de dominante gitaarriff van een rocknummer: er zijn niet heel veel bands ter wereld die dat doen. En dan ook nog geproduceerd door Steve Albini, de legendarische producer van onder meer Nirvana, bekend om zijn kale stijl.
Fascinerend zijn ook de teksten van The Ex. Ondanks veel bandwissels en decennia vol vervlogen ideeën en ideologieën sinds die beginjaren in de kraakbeweging, zijn hun teksten nog steeds maatschappijkritisch op een haast ouderwetse manier. Niet sloganesk, integendeel: het zijn niet zelden lappen van teksten. Maar ze hebben soms dat tegelijk bijtende toontje dat bij punk hoorde, in combinatie met diepgravende politieke, literaire of juist massaculturele verwijzingen, dat een zeldzaamheid is geworden. In Cold Weather Is Back (2010), over het klimaatprobleem: “We were expecting a gulf from Mexico / But rumours saying now ‘it giet oan’.”
In Soon Al Cities, het openingsnummer van het sterke nieuw album 27 Passports, zingt Arnold de Boer, de laatste tien jaar de voorman, over de gelijkvormigheid van alle binnensteden en hun straten. Tegelijk gaat het nummer over de gelijkvormigheid van de inwoners van al die steden. De massa en haar massaal van elkaar geleende denkbeelden. De Boer zingt: ‘It’s time to leave town’. Een oproep tot eigengereid denken en handelen. Je kunt er oud mee worden, weet zijn band inmiddels uit ervaring.
The Ex speelt 17 mei in Landgraaf.