Vorige maand zag ik Nick Cave in de Vereeniging in Nijmegen. Het was een avond die nog lang nadreunde. De avond heette Conversations with Nick Cave, en die titel viel letterlijk te nemen. Er stond een vleugel, en er stond een lange man op het podium. Meer niet. Alle aanwezigen mochten vragen wat ze wilden, zonder ballotage vooraf, zonder enig filter, en Nick Cave zou antwoorden, en af en toe een nummer spelen – uiteindelijk speelde hij er die avond achttien. Hij stond drie uur op het podium, en vertelde, bekende, reflecteerde, bespiegelde, dacht hardop.
De openingsvraag luidde: “Als je leven een boek zou zijn, in welk hoofdstuk ben je dan nu?”
Nick Cave antwoordde: “Ik ben dicht bij het einde. Ik nader de epiloog. Maar op driekwart van het verhaal is iets gebeurd dat de plot compleet aan diggelen heeft geslagen. De rest van mijn leven ben ik bezig met het aan elkaar plakken van de scherven.”
Nick Cave verloor in 2015 zijn 15-jarige zoon, toen die van een rots viel. Troost voor hem zit niet zozeer in muziek zélf, hield hij de zaal voor, maar in connectie met andere mensen, in werkelijk contact. Vandaar zijn dialoog met zijn publiek, eerst alleen online, nu ook op het podium.
Veel vragen gingen over de dood, over verlies en troost, en over geloof. Cave, die zoals zijn teksten laten zien is opgegroeid met de Bijbel, zei dat het leven over meer gaat dan feiten. Hij is gelovig omdat hij gelovig wíl zijn en houdt rekening met de kans dat hij gelooft in wat er niet is.
Hij was eerlijk over eigen teksten die hij achteraf niet goed vindt, over nummers die live op het podium “ter plekke stierven”, en over nummers die zijn ontstaan op een manier die hij zelf ook niet helemaal begrijpt, en die hij daarom “happy accidents” noemde, waarover hij eigenlijk zelf net zoveel vragen heeft als zijn publiek.
Ik liep naar buiten, tegelijk verdwaasd, ontroerd en geïnspireerd, en moest denken aan de Broadway-show en de
Western Stars-film van de acht jaar oudere Bruce Springsteen (70) die net als Cave bezig is met het overdragen en duiden van zijn erfenis. Springsteen houdt de formulering daarvan strak in eigen hand, Cave laat het de avond zelf gebeuren. Dat vond hij eng, gaf hij toe, “maar mijn troost is dat het voor jullie even eng is”.
Ik vroeg me af wie dit nog meer zou kunnen. Er kwamen weinig namen bij me op. Dit werkt alleen wanneer je veel te vertellen hebt, dat ook kúnt vertellen én een soort autoriteit bent, waarbij het feit dat je nu eenmalig aanspreekbaar bent voor wie dat maar wil al een sensatie op zichzelf is. Het komt er eigenlijk op neer dat je dus al heel, heel lang moet meedraaien en nog steeds aan de top moet staan.
Arno Hintjens zou binnenkort in Nederland optreden. Het gaat niet door, om een verdrietige reden: Arno is ziek. Een onvergetelijke tour die er helaas niet gaat komen:
Conversations with Arno.