Toen ik een jaar of vijf geleden ons Siciliaanse huis en onze Siciliaanse tuin voor de eerste keer zag, moest ik wel even slikken. Vooral die tuin: drie hectare groot, een onderkomen woestenij met een allegaartje aan schots en scheef geplante bomen, struiken en planten. Van deze chaos wilde ik de mooiste tuin van de hele omgeving maken. Dat was mijn ambitie.
In het voorjaar van 2006 kocht ik mijn eerste boompje, een citroen. Niet zomaar een citroen maar een Lunario. Bij elke volle maan krijgt hij nieuwe bloesem en die bloesem groeit uit tot net zoveel vruchten als de boom kan dragen. De boom bepaalt dus zijn eigen opbrengst en hij draagt het hele jaar door vruchten. Zo was mij bij de aankoop verteld. Daarom was dat kleine boompje ook zo duur geweest.
Elke dag ging ik wel een keer kijken naar mijn Lunario. Hij stond inderdaad doorlopend in bloei, maar die bloei bracht geen vruchten. In november was er van die dure boom niet meer over dan een dunne stam met dorre takken en uitvallende bloesem. In november! De maand waarin de olijven en de citrusvruchten en de kaki’s en de kweeperen overal beginnen te geuren. En ik zat met een inmiddels wel redelijk op orde gebracht stuk grond, maar zonder citroenen, zonder sinaasappelen, zonder mandarijnen. En dan tel je op Sicilië niet mee. “Je moet een gonga om de boom maken”, zei een vriendelijke buurman. Hij deed voor hoe dat moest, want ik wist niet wat een gonga was: met de hak maak je rond de boom een vrij brede geul. “Als je dat niet doet kun je de boom wel water geven, maar dat verdampt meteen of loopt binnen een paar seconden de grond in. De gonga houdt het water vast.’ En inderdaad: in de winter kwam er nieuwe bloesem aan het boompje en in het voorjaar van 2007 kon ik mijn eerste citroen plukken. Ik heb de vrucht gekoesterd, aan vrienden en kennissen laten zien. En vooral laten ruiken, want een citroen, vers van de boom geplukt, die kan een heel huis met zijn geur vullen. Zelden ben ik zo trots geweest.
Ik ben de boom blijven verwennen. Er stonden allerlei bomen in de tuin die veel weelderiger en mooier waren, maar de Lunario kreeg elke dag een beetje extra aandacht, een extra scheutje water. En hij leverde steeds meer vruchten, die in sappige Siciliaanse gerechten terecht kwamen. Mijn ambitie had ik waargemaakt: alleen al met deze ene boom had ik de mooiste tuin van de hele omgeving gemaakt.
Een paar maanden geleden ben ik even terug geweest op Sicilië. Ik ben toen ook naar mijn vroegere huis gaan kijken, door de spijlen van het tuinhek. Een paar meter van de achteringang stond nog steeds mijn Lunario. Uitgedroogd, zonder bloesem, zonder vrucht. Een zielige, dode boom.

PIETER BEEK