Eén werk van Sofie Muller is al indrukwekkend, maar een heleboel werken van haar samen zijn nog veel indrukwekkender. De tentoonstelling Black out in C-mine in Genk laat zien hoe de verschillende onderdelen van haar oeuvre met elkaar verstrengeld zijn en een steeds rijker verhaal vertellen.

Laten we beginnen in 2009. Verder terug zou ook kunnen, maar zo wordt voldoende duidelijk hoe Sofie Muller (Sint-Niklaas, 1974) werkt. In dat jaar maakt ze haar eerste sculptuur waaraan vuur te pas komt, Oscar. Zijn onderlijf bestaat uit brons, zijn romp uit verkoold hout. Een hoofd is er niet. Je komt er niet achter hoe het precies zit, maar één ding is zeker: dit gaat over geweld en verwoesting.

Het vuur keert terug in een serie beelden uit 2011-2012. Brandt heeft een hoofd van houtskool waarmee hij langs de muur schuurt. Hij laat een zwart spoor achter. Naarmate hij verder loopt zal zijn hoofd meer en meer verdwijnen. Clarysse zit met haar handen in denkbeeldig haar (ook haar hoofd ontbreekt) in een schoolbank. En dan is er Jonas, die aan zijn kraag aan een spijker hangt. Het macabere drietal is losjes gebaseerd op de roman Fahrenheit 451 van Ray Bradbury. “Het boek beschrijft een wereld waarin het verboden is kennis op te doen, elke kritische gedachte wordt onderdrukt”, licht Muller telefonisch toe. “Brandweermannen verbranden boeken en zelfs huizen waarin zich boeken bevinden. Een politieke interpretatie ligt natuurlijk voor de hand, maar eigenlijk zijn het meer psychologische portretten. Clarysse staat bijvoorbeeld voor het stilvallen van het brein, een zwarte vlek, een black out.”

In dezelfde periode begint Muller met het maken van tekeningen met roet van een kaars: “Je hebt grote kans dat het hele blad in rook opgaat. Ik begin meestal met drie bladen en ben blij als ik er aan het einde één over heb.” In de ijle, vluchtige rooktekeningen verschijnen dezelfde in zichzelf gekeerde, soms verminkte figuren als in haar beelden.

Bij de voorbereiding van haar tentoonstelling in C-mine valt haar oog op een lege nis in de gevel van het hoofdgebouw van Winterslag, de huidige Euroscoop. Volgens de overlevering stond hier een beeld van de Heilige Barbara, patrones van onder meer brandweerlieden en mijnwerkers. Maar Barbara is verdwenen. Ze heeft niet goed gezorgd voor de mijnbouw in Genk. Muller zoekt een nieuwe Barbara – een negentiende-eeuws, neogotisch exemplaar – en steekt haar aan. De verbranding legt ze vast op film. De heilige zelf, nu zwartgeblakerd, keert terug naar haar nis. Het is een boetedoening. Voor de tweede keer is Barbara martelares.

Op de tentoonstelling is ook een volledig met houtskool beklede ruimte te zien. Het is een overduidelijke verwijzing naar de mijnen, maar ook naar de zwarte vlek die de mijnbouw in Genk achterliet, haast letterlijk een black out. De geteisterde mens blijft hier beperkt tot paren voeten, bij de enkels afgesneden en deels verkoold.

Het oeuvre van Sofie Muller is een duister universum waarin alles met alles samenhangt.

Black Out – Sofie Muller, Van 2 juni t/m 30 september in C-mine. www.c-mine.be. Als kunstenaar in residentie bij het Emile van Doren Museum maakte Sofie Muller het werk Tableau vivant, vanaf dit voorjaar te zien op de Welzijnscampus in Genk.