Rocco Granata lacht altijd. Alsof hij meespeelt in een spot voor tomaten in blik. Rocco is het Italiaanse zonnetje. In 1959 al, toen hij Marina bedacht, het b-kantje op zijn eerste single. Hij had het raprap geschreven, maar niet voor een meisje dat hij kende. Marina stond op een pakje sigaretten. 100 miljoen platen verkocht hij van zijn teerbeminde. Ze zeggen dat Rocco Granata er rijk van is geworden. ‘Marina, Marina, Marina, ti voglio al più presto sposar’.

De onbestaande bruid heeft hem al die jaren flink onderhouden. Misschien omdat hij daarom altijd lacht. Ik denk van niet. Rocco Granata lacht omdat de mensen dat graag hebben. Vrolijkheid verkoopt liedjes, want voor de rest was geen pretje in de barakken van Waterschei, waar hij woonde. Ja, er waren veel Italiaanse vrienden, maar verder was er niets dan de zwarte kou van de mijn. Ze misten allemaal zon, zee en basilicum, die Calabrezen. En toen moest pappa Granata het ongeval nog krijgen. Zijn been raakte verbrijzeld. Hij kon geen kool meer graven en de Granata’s vlogen uit hun huis op de mijncité. Goddank was daar toen Marina. En Zomersproetjes. ‘Zomersproetjes, ieder sproetje is een kusje waard’, op het ritme van een polonaise. Je ziet je dikke tantes zo voorbij hobbelen. Merde la commerce!

Rocco Granata heeft dik spijt van die hoempapa. Hij houdt niet van feestjes. Hij houdt niet van mensen die te laat komen. Niet van bonen. Niet van meningen. Niet van diepvriesfrieten. En in zijn memoires zegt hij gewoon zonder poespas: “Ik ben van nature een pessimist. Een mens mist altijd wat in zijn leven.” Oef. Rocco Granata heeft het niet meer nodig. Hij hoeft niet meer te lachen om graag te worden gezien.

Ik geloof dat hij er vorige zomer voorgoed mee is opgehouden, toen heeft Rocco Granata een plaat gemaakt met Buscemi, het dj-pseudoniem van Dirk Swartenbroeckx. De man grossiert wereldwijd in bossabeat, latin groove, jazz bass en alles wat in aanmerking komt. Het kan hem niet schelen hoe het heet. En lachen doet hij nauwelijks. Hij draait weliswaar platen op feestjes, maar hij is geen danser. Hij is moe. Hij leeft al te lang ’s nachts, als de zon slaapt. Eén van zijn projecten heet overigens Azure Mortal, wat staat voor low frequency music, experimenteel en avantgardistisch. Jaag het maar eens door Google.

Enfin, die twee gingen dus samenwerken. Het was een verademing om Rocco Granata zo te horen, met de korrel van zijn échte stem. En dan was daar nog het commentaar van Marc Lagrange, de fotograaf die het portret schoot voor de hoes van de plaat. Rocco mocht niet lachen op de foto. “Gene zever”, zei Lagrange tegen zijn model. Hij wilde het gigantisch ontwapenende Italiaanse jongetje niet hebben. En wat bleek? Als Rocco Granata ernstig blijft, zie je de man in zijn grote glorie. Weg met de zomersproetjes! Rocco Granata doet zijn jas uit en laat zijn charisma zien. Zijn minzame blik is van een schoonheid! Helemaal anders dan het eeuwige namaakzonnetje.

Nu is er een film in de maak. Marina zal de prent heten, losjes gebaseerd op het leven van Rocco Granata. De vooruitzichten zijn goed, omdat Stijn Coninx de regisseur is. Zijn vorige film was geen lachertje, ook al ging die over Soeur Sourire. “Dominique, nique, nique” zong ze, “s’en allait tout simplement”. Maar het leven van die non ging niet over rozen! Bovendien doen de Dardennes mee aan Marina, de broers-regisseurs uit Luik die een patent hebben op de anti-komedie. Kortom, Marina wordt met zekerheid niet zo vervelend als de oude schaterlach van Rocco Granata. Het leven is nu eenmaal geen spot voor tomaten in blik.