De omzet is sinds de crisis fors gedaald, toch blijft Hans van Gennep van boekhandel De Ganzenveer in Helmond optimistisch. “Tijdens onze young adults-avonden hebben we veertig tot vijftig jongeren binnen. Die zie ik later terug in de winkel.”

Dit jaar wordt hij zestig, de toekomst van zijn boekhandel baart Hans van Gennep wel eens zorgen. Zijn drie kinderen hebben andere interesses, een compagnon die over een tijdje de zaak zou overnemen zou welkom zijn. Maar wellicht is het beter om eerst uit te breiden, misschien zelfs te verhuizen naar een gunstiger locatie nu de looproutes in het centrum van Helmond aan het veranderen zijn.

Net als veel van zijn collega-boekhandelaren combineert Hans van Gennep een idealistisch wereldbeeld met een onblusbare liefde voor het boek. 38 jaar zit hij in het vak. Ooit begonnen als in- en verkoper van tweedehands boeken bij De Slegte werkte hij bij twee kantoorboekhandels voordat hij in 2004 samen met zijn vrouw Yvonne voor zichzelf begon met De Ganzenveer. Twee en een half jaar geleden overleed zij, en nu pas heeft hij de energie van vroeger weer terug en denkt weer volop na over de toekomst.

Dat is hard nodig. De jaren dat je nog wel eens een omzetgroei van twintig procent boekte, zijn voorbij. Tot 2009, toen de financiële crisis uitbrak, had Van Gennep geen klagen. De ellende die daarna kwam duurde zeven jaar en kostte De Ganzenveer (325 m2, vijf werknemers) een behoorlijk deel van de omzet. Inmiddels is het weer stabieler, toch levert hij per jaar nog een procent of twee in. Sinds kort durft hij weer op meer te hopen. Het eerste halfjaar van 2018 was redelijk goed, vooral het tweede kwartaal. “Als de groei groter is dan de inflatie, zijn we al tevreden.”

Van Gennep heeft geleerd zijn doelen bescheiden te formuleren. “Het zal nooit meer worden als vroeger”, zegt hij. “Internet heeft de detailhandel definitief veranderd.” Het veranderde koopgedrag leidt tot wat hij “de ontvolking van de binnenstad” noemt. De boekhandels lijden in stilte mee. “Ik schat dat bol.com intussen zo’n twintig procent van de markt in handen heeft.”

Het heeft even geduurd voordat de nog resterende boekhandels de concurrentie aankonden. Van Gennep: “Inmiddels kunnen ook wij binnen 24 uur aan huis leveren.” Niet via Post NL of pakketdiensten, dan is de winst al zowat verdampt. De Ganzenveer houdt er een eigen bezorgdienst op na. Meestal rijdt hij zelf, na sluitingstijd. “Of een van de werknemers, die wonen net buiten Helmond. Zo beleveren we wekelijks enkele tientallen klanten in stad en regio. Ik vind het trouwens erg leuk om te doen. Het verhoogt de klantenbinding. En ik ben van de oude stempel, goede service gaat voor alles.”

Wie aan Helmond (90.000 inwoners) denkt, krijgt niet per se het beeld van een echte boekenstad. Toch kent de voormalige industriestad aan de Zuid-Willemsvaart een bloeiend cultureel leven met een ambitieus Stedelijk Museum en de Cacaofabriek waar cultuur en creatieve industrie succesvol samensmelten. En, als kroonjuweel, het Literair Café waar gemiddeld 400 tot 500 mensen op af komen. “Het grootste literaire café van Nederland”, zegt Van Gennep niet zonder trots, “ze hebben vaak grote nationale namen.” Om die binnen te halen, zorgt de gemeente voor financiële ondersteuning.

Houdt het veelkoppige monster genaamd ontlezing dan halt in Helmond? Van Gennep mag graag relativeren. “Dertig jaar geleden werd er ook geklaagd dat de jongeren niet meer lazen. Ik denk dat het nu vooral met een veranderde dagbesteding te maken heeft. Er gaat veel tijd verloren aan sociale media, Netflix, YouTube, vloggers, bloggers, noem maar op. Ik maak me daar wel zorgen over, maar zie tegelijkertijd dat we met onze young adults-avonden vaak veertig tot vijftig jongeren binnen hebben. Die zie je terugkomen. Twee derde van hen leest trouwens vooral Engelstalige boeken.

Zelf kreeg Van Gennep het leesvirus van zijn opa en oma. “Dan gingen we samen naar de boekwinkel en mocht ik een of twee titels uitkiezen. Zo heb ik op jonge leeftijd Gulliver’s Travels gelezen, en Moby Dick.” Tegenwoordig leest hij vooral historische romans, afhankelijk van de omvang een à twee per week. “Ik lees ’s avonds, ’s nachts, als ik niet kan slapen, en ‘s ochtends.” Als recent gelezen titels noemt hij De ommegang van de fenomenale Jan van Aken en Musch van Jean-Marc van Tol, om vervolgens gedetailleerd verslag te doen van zijn ervaringen met De niet verhoorde gebeden van Jacob de Zoet van David Mitchell. Vuistdik, net als de andere twee.

Welke maatregelen voor leesbevordering zou hij nemen als hij minister van cultuur zou zijn? “Ik zou de vaste boekenprijs voor eeuwig verankeren. Als die wordt losgelaten, is het voorbij met de boekwinkels.” Als voorbeeld noemt hij de Engelstalige boeken die bij bol.com worden aangeboden voor bedragen waar de reguliere winkels amper boeken voor kunnen inkopen.

Verder zou hij geld en energie steken in voordragen en voorlezen. Als jurylid van voorleeswedstrijden heeft hij gezien hoeveel enthousiasme dat kan teweegbrengen. “We moeten terug naar de vertelcultuur. Dan neemt de interesse in literatuur ook weer toe.”

Dit is de vijfde aflevering in een reeks van tien over boekhandels in tijden van internet en ontlezing.