De afgelopen jaren exposeerde Quinn Zeljak met gehaakte kledingstukken en dekens waarin ze digitale spam-advertenties verwerkte. Onlangs is ze weer gaan studeren, om een nieuwe koers in te slaan. ‘Ik ben van mezelf vrij lui, maar ik zeg dat met liefde.’
De algoritmes achter sociale media worden steeds slimmer. De advertenties die voorbijkomen zijn voor jou geselecteerd op basis van je eerdere zoekgedrag. Waarmee die advertenties, hoe irritant je ze ook vindt, een spiegel worden van je gedrag, van je bestaan.
Nou ja, niet helemaal. Ze tonen een betere versie van jezelf, van de persoon die je in de toekomst kunt worden als je klikt op de advertentie, iemand die helemaal één is met zichzelf. Althans, dat was het soort advertenties die Quinn Zeljak voorgeschoteld kreeg: yoga-cursussen en dieetpillen, aangeprezen door jonge vrouwen in sportkleding.
Toen Quinn Zeljak (Venlo, 1998) recentelijk de diagnose kreeg van een chronische ziekte, ging ze online op zoek naar informatie. Tijdens die zoektocht kreeg ze hele andere berichten in haar tijdlijn: ‘How to be productive when you are chronicly ill?’ luidde een van de advertenties. Quinn: ‘Dat was heel naar. We denken wel dat het fijn is dat video’s steeds beter aansluiten bij je voorkeuren, maar op zo’n moment is het heel bedreigend.’
En toen besloot je om een deken te haken van die zin…
‘Ja. Er kunst van maken is een proces om het voor mezelf te begrijpen, waarom het een emotie oproept die ik niet snap. Ik verzamelde al langer digitale advertenties die ik tijdens de lockdown ben gaan omzetten in textiel. Tijdens corona zat ik toch al veel op de bank te haken en het contrast tussen die twee dingen leek me zo mooi: het tijdrovende, hele tactiele van handwerk en de digitale spam die je zo snel mogelijk wegklikt. Textiel leek me een goed medium om deze dingen in de “echte” wereld te plaatsen.’
En dan ben je vervolgens tweehonderd uur bezig met één zin…
‘In het begin ben ik er dan veel over aan het denken, wat zo’n zin betekent. Maar ik kijk tussendoor ook gewoon Netflix, ik ga niet tweehonderd uur in mijn eentje filosoferen. Het is vooral een interessante ervaring op het moment dat je letters moet haken, omdat je dan twintig uur met één woord bezig bent. Dat doet veel met me, alsof je dat woord heel vaak achter elkaar moet zeggen; op een gegeven moment verliest zo’n woord zijn betekenis.’
Op wat voor woorden bleef je dan hangen?
‘Een woord als ‘chronic’ is fascinerend om twintig uur mee bezig te zijn. Of ‘productive’. Je bent wel productief, maar in een tempo dat in deze maatschappij niet productief voelt. Je zit je in je pyjama op de bank te haken, dan voel je je niet echt het toonbeeld van productiviteit. Technisch gezien was ik wel productief, maar het voelde niet zo. En dan is er nog de vraag waarom ik dat eigenlijk zo belangrijk vind, productief zijn. Als ik nou helemaal niks doe, is dat dan erg? En voor wie dan?
‘Mag’ een kunstenaar dan wel Netflix kijken tijdens het werken?
‘Ik vertelde het vaker als anekdote bij mijn werk, tijdens een kunstbeurs. Als mensen dan vroegen “En duurt dat nou lang?” zei ik: “Nee joh, ik zit gewoon lekker tv te kijken hoor.” Ik dacht dan zo een connectie te maken met mensen die misschien mijn werk wilden kopen, maar de meesten verloren dan per direct hun interesse. Dan was toch de magie weg.’
‘Ik heb drie jaar kunnen aankloten met het kunstenaarschap en ontzettend veel geleerd. In deze master weet ik waar ik aan wil werken’
Inmiddels, drie jaar na haar afstuderen aan de kunstacademie in Maastricht, volgt Quinn Zeljak een master aan de KABK in Den Haag. We spreken elkaar in het atelier dat ze deelt met twee andere studenten. Haar hoek bestaat uit twee tafels en een halfgevulde stellingkast. De ene tafel is leeg, op de andere staat een naaimachine, in de kast staan vooral kisten gevuld met bolletjes wol.
Wat is er eigenlijk zo leuk aan haken?
‘Het is makkelijker om kleuren te wisselen in een ontwerp dan bij breien. En juist het feit dat je het gewoon op de bank kan doen. Zeker direct na je afstuderen, als je geen atelier hebt, is dat heel praktisch. Je haalt wat wol bij Zeeman, gaat op de bank zitten en begint met werken.’
Moet je al dat handwerk überhaupt zelf doen?
‘Toen ik de technieken aan het leren was, was het belangrijk dat het in mijn handen bleef. Op gegeven moment realiseerde ik me wel, dit kan ik ook door anderen laten doen. Maar als iemand anders het kan doen, dan kan ik ook totaal iets anders doen, dus waarom maak ik dit dan? Ik zat dus een beetje vast; daarom ben ik weer gaan studeren. Ik heb drie jaar kunnen aankloten met het kunstenaarschap en ontzettend veel geleerd. In deze master weet ik waar ik aan wil werken.’
En dan?
‘Ik wil fulltime kunstenaar zijn. Het is niet erg als ik op een gegeven moment iets erbij moet doen om wat geld te verdienen, maar na drie jaar weet ik: dit is waar ik voldoening uithaal. Ik ga nu twee jaar studeren en zo hopelijk een fundering bouwen voor een praktijk die winterhard is en een beetje mee kan in de toekomst. En verder wil ik de dingen gewoon blijven doen zoals ik ze doe. Ik ben van mezelf vrij lui, maar ik zeg dat met liefde. Ik vind het een fijne eigenschap. Ik zie genoeg mensen om me heen die het te vol maken voor zichzelf.’