De verzamelaar
Bezeten van The Boss
Jos Westenberg (38) lijdt aan de Springsteen-koorts. Enkele symptomen van deze ongeneeslijke ziekte zijn veel shows bezoeken en live-opnames verzamelen. Zijn verhaal is exemplarisch voor veel trouwe Nederlandse fans van de The Boss; dertigers en veertigers die hem voor het eerst zagen optreden tijdens de commerciële hoogtijdagen van Born in the USA in de jaren tachtig. En hem sindsdien zijn blijven volgen.
Westenberg ontdekte Springsteen via zijn zus. “Ze vond The River een fantastisch nummer en wilde in 1984 een Springsteen-special bekijken op de Duitse televisie. Ik zag een stukje van Rosalita met The E Street Band, de energie spatte van het scherm. Zoiets had ik nog nooit gezien.”
Vier jaar later beleefde Westenberg zijn eerste Springsteen-concert in De Kuip. “Tijdens het tweede nummer, een bewerking van de klassieker Boom Boom, stond ik met open mond te kijken. Ik was helemaal overdonderd.” Dat euforische gevoel wil hij steeds opnieuw beleven. “Ik kan me niets mooiers voorstellen. Waarom zou je daar dan niet vaker van genieten? Ik weet wat je tijdens een show kunt verwachten, maar toch slaagt Springsteen er in om je iedere avond te verrassen. In Bilbao speelde hij vorig jaar bijvoorbeeld in een kleine zaal. Het enthousiaste publiek stond tegen het podium aan gedrukt. Mijn vriendin Muriël kon bij Born to Run op de eerste rij meespelen op Springsteens Fender-gitaar. Dat zijn onvergetelijke momenten.”
Na het recente optreden in Londen op 19 december staat zijn teller op negentig bezochte concerten. “En ik heb al een aantal kaartjes voor dit jaar klaarliggen.” Westenberg wil hierover niet opscheppen. “Een liefhebber die één concert per tour bezoekt, kan voor mij net zo’n grote fan zijn.”
Niets kan tippen aan een concertbelevenis in een volgepakt stadion. Maar bootlegs, obscure illegale opnames van onuitgebrachte studiosessies en concerten, zijn een mooi alternatief. “Hubert van Hoof draaide wel eens zo’n ‘witte plaat’ in zijn KRO-programma. Ik herinner me nog een krakende uitvoering van Thunder Road, in 1975 opgenomen in The Roxy, een kleine club in Los Angeles.” Hij probeert alle opnames van Springsteen-shows te pakken te krijgen. “Ik heb een aantal tours compleet, of bijna compleet.” “Tegenwoordig delen fans veel muziek via het internet. Zo doe ik veel internationale contacten op. We helpen elkaar ook aan concertkaartjes.”
Westenberg is overigens geen eenkennige Springsteen-fan. Hij schat dat zijn muziekverzameling bestaat uit 4000 cd’s en 1500 dvd’s. “Ik verzamel ook opnames van andere artiesten. Jaarlijks bezoek ik ongeveer vijftig concerten. Mijn hoogtepunten van de laatste jaren? Fred Eaglesmith, Southside Johnny, Steve Earle, John Hiatt en Jimy Barnes.”
Hoe combineert hij zijn verzamelwoede met een gezonde relatie? “Mijn vriendin is ook Springsteen-fan, dus dat helpt. Ik heb nog een stapel cassettebandjes met optredens die nog niet op cd zijn uitgebracht. Die zijn haar eigenlijk een doorn in het oog, maar ik wil ze nog niet weggooien”, lacht hij. Samen met zijn vriendin is hij een van de dragende krachten van internetmagazine Be True, een site met nieuws, concertverslagen en achtergrondinformatie. “We hebben 2500 geregistreerde Belgische en Nederlandse fans. Vooral tijdens concerten is het bijhouden van de site bijna een dagtaak.”
Springsteen is een sociaal bewogen artiest, die in zijn songs ook maatschappelijke kwesties aansnijdt. Magic, de titelsong van zijn laatste rockalbum, handelt bijvoorbeeld over de politieke trucjes van George Bush.
Moet een rockzanger wel de rol spelen van een activist? De kwestie lokt nog steeds felle discussies uit op de Springsteen-forums. Westenberg waardeert dat de rocker zijn nek durft uit te steken. “In 2008 is het in de Verenigde Staten weer verkiezingsjaar. Ik verwacht dat Springsteen weer op zijn ‘zeepkist’ stapt om een statement te maken, ook al zullen er daardoor weer Republikeinse fans afhaken.”
Bruce Springsteen tijdens een concert in Bilbao. Inzet: Jos Westenberg foto’s Jos Westenberg