‘Geef me een lepel, sluit me op in een witte ruimte en klop na drie dagen eens op de deur om te vragen hoe het gaat. Vermoedelijk ben ik dan aan het skateboarden op die lepel.’ Het is om jaloers van te worden, de creativiteit die als dikke spetters verf van de woorden van Mike Moonen spat.
Wees dus voorzichtig als u pagina 22 openslaat, waar u het interview vindt dat Joep Vossebeld voor ZOUT magazine met de Heerlense kunstenaar voerde. Die imposante creative gereedschapskist laat hem, bijvoorbeeld, de perfecte combinatie ontdekken van plastic testhoofden van een kappersopleiding en op afstand bestuurbare speelgoedauto’s. Ach, zat er maar meer van die speelsheid in onze wereld.
Niet dat ‘het spel’ aan zich ontbreekt. Integendeel, hoeveel producten worden ons niet aangeprezen met de beloofde dat we via ‘speelse elementen’ in een handomdraai onze BMI verlagen, Spaans onder de knie hebben of een paar duizend euro met beleggingen verdienen. Een vriendin van mij die zich op de huizenmarkt waagde, had er gauw genoeg van: ‘Die makelaars, ik geloof inmiddels dat die het als één groot en grappig spel zien.’ Nee, deze spellen bedoel ik niet, ze zijn gewoon één van de gezichten van onze door marktliberaal denken gevormde samenleving.
Wat ik bedoel: Waren we allemaal maar wat beter in het skateboarden op een lepel.
Over deze vrije, niet commercieel onderlegde speelsheid echter wordt graag lacherig gedaan – het is het begin van het wegzetten van cultuur als linkse hobby.
‘Voor die makelaars lijkt het één groot en grappig spel’
Hoeveel er bij deze schijnbaar onschuldige houding tegenover creativiteit concreet op het spel staat, weet Yannick Dangre te berichten. Als één van de vijf stadsdichters van Antwerpen maakte hij vorige jaar van op de eerste rij mee hoe dat prachtige instituut van stadsdichter vakkundig werd geliquideerd door het stadsbestuur. De schepen van Cultuur, Nabilla Ait Daoud, deed er zelfs een schepje bovenop. In een interview vertelde ze ’haast triomfantelijk’ dat het stadsdichterschap ‘dood en begraven is’.
Haar woorden bevestigden het vermoeden van Yannick Dangre en zijn collega’s dat dit ‘al bij ons aantreden de onderliggende strategie was: verzwakken, monddood maken en afvoeren.’ Lees Yannicks verhaal (zie volgende pagina’s), en huiver.
Over creativiteit gesproken. Niet iedereen met creatief talent wordt kunstenaar. Er zijn mensen die het inzetten om óver kunstenaars te berichten, zoals het dertigtal schrijvers, fotografen en vormgevers die aan ZOUT magazine bijdragen. Met deze editie heten we in ons team een nieuwe vormgeefster welkom, Hendrickje van Dijk. Zij volgt Andrea Bertus op die zes jaar lang voor die heldere en typografisch uitgekiende vormgeving heeft gezorgd waarvoor we zo vaak complimenten ontvangen. Un grand merci, Andrea!
Nóg een verandering: Vanaf deze maand maand zal ik als mede-hoofdredacteur mijn kennis en kunde inbrengen voor die ene missie: u toegang te geven tot de fascinatie, de vragen en de fun die kunstenaars aandrijven, en die ons soms iets meer van ons menselijk bestaan laten zien en begrijpen. Zodat u de volgende keer misschien anders naar het koffielepeltje in uw handen kijkt.
CHRISTIANE GRONENBERG
Co-hoofdredacteur